Lezen H 1,2 en 3

Lezen hoofdstuk 1, 2 en 3
Schrijf dit over:

hoofdstuk 1 blz. 6 t/m 12            het onderwerp van de tekst
hoofdstuk 2 blz. 45 t/m 51        alinea's (en globaal lezen Kader)
hoofdtsuk 3 blz. 82 t/m 89        inleiding middenstuk slot
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lezen hoofdstuk 1, 2 en 3
Schrijf dit over:

hoofdstuk 1 blz. 6 t/m 12            het onderwerp van de tekst
hoofdstuk 2 blz. 45 t/m 51        alinea's (en globaal lezen Kader)
hoofdtsuk 3 blz. 82 t/m 89        inleiding middenstuk slot

Slide 1 - Slide

Vind het onderwerp van een tekst.

Slide 2 - Slide

Naar welke 
4 dingen in de tekst kijk je om het onderwerp 
te vinden? 
timer
2:00
zoek in je boek op blz. 7 en 8

Slide 3 - Slide

Het onderwerp van een tekst:
 Waar gaat de tekst over?

1. Bekijk de titel van de tekst.
2. Bekijk de plaatjes die bij de tekst horen.
3. Ga op zoek naar tussenkopjes.
4. Kijk naar anders gedrukte woorden (schuin, vet, gekleurd).



Slide 4 - Slide

welke vraag stel je?

Slide 5 - Open question

Op welke vier dingen let je als je het onderwerp van een tekst zoekt?

Slide 6 - Open question

hoe beschrijf je het onderwerp van een tekst
A
in een paar woorden
B
in een paar zinnen
C
een hele alinea
D
een samenvatting

Slide 7 - Quiz

Orienterend lezen
Orienterend lezen doe je als je alleen maar het onderwerp  van een tekst wil lezen:    Bij orienterend lezen, lees je:

1. de titel
2. de tussenkopjes
3. anders gedrukte woorden (dikgedrukt of schuin)
4. illustraties/ plaatjes

Slide 8 - Slide

Alinea's
Een tekst is meestal verdeeld in stukjes. Deze stukjes noem je alinea's. 
Kenmerken van een alinea zijn:
  • een nieuwe alinea begint altijd op een nieuwe regel;
  • soms springt de eerste regel van een alinea een beetje in;
  • soms is er tussen twee alinea's een regel overgeslagen. 

Elke alinea gaat over een deel van het onderwerp (deelonderwerp)
De belangrijkste informatie staat vaak in de eerste zin van de alinea (kernzin).

Slide 9 - Slide

Hoeveel alinea's heeft deze tekst?

Slide 10 - Slide

Een goede tekst bestaat uit 
drie delen

- een inleiding
- het middenstuk (kern)
- een slot

Slide 11 - Slide

Uit welke drie delen bestaat een goede tekst?

Slide 12 - Open question

Uit hoeveel alinea's bestaat een inleiding
A
uit één alinea
B
uit meer alinea's

Slide 13 - Quiz

Uit hoeveel alinea's bestaat een middenstuk?
A
uit één alinea
B
uit meer alinea's

Slide 14 - Quiz

Uit hoeveel alinea's bestaat een slot?
A
uit één alinea
B
uit meer alinea's

Slide 15 - Quiz

Globaal lezen

Je leest de eerste en de laatste zin van elke alinea
(kernzinnen)

Slide 16 - Slide

Orienterend lezen
Orienterend lezen doe je als je alleen maar het onderwerp  van een tekst wil lezen:    Bij orienterend lezen, lees je:

1. de titel
2. de tussenkopjes
3. anders gedrukte woorden (dikgedrukt of schuin)
4. illustraties/ plaatjes

Slide 17 - Slide

Wat lees je als je globaal leest?

Slide 18 - Open question

Lezen hoofdstuk 1, 2 en 3
Oefen nu met opdrachten uit deze hoofdstukken

hoofdstuk 1 blz. 6 t/m 12            het onderwerp van de tekst
hoofdstuk 2 blz. 45 t/m 51        alinea's (en globaal lezen Kader)
hoofdtsuk 3 blz. 82 t/m 89        inleiding middenstuk slot

Slide 19 - Slide

Nog vragen?

Slide 20 - Slide