H9.2 & H9.4 | Nieren & Ziek

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

H9.2 & H9.4 | Nieren & Ziek

Wat is de poortader?

1. P
2. Q
3. Bovenste bloedvat
4. Rechter dunne bloedvat

De poortader is belangrijk.
Wat is waar over de poortader?

1. Vervoert veel voedingsstoffen
2. Vervoert veel zuurstof
3. A en B zijn beide juist
4. A en B zijn beide onjuist

Wat gebeurt er in de lever?
De lever....

1. breekt eiwit, alcohol en rode bloedcelen af
2. Slaat glycogeen op
3. Maakt gal
4. A, B en C zijn juist

Nierader

De nierader voert gezuiverd zuurstofarm bloed weg uit de nieren.

Nierslagader

De nierslagader brengt zuurstofrijk bloed met veel afvalsstoffen in de nieren.

Urineleider

Vervoert urine van de nierbekkens naar de urineblaas.

Urineblaas

Tijdelijke opslag van urine.

Urinebuis

De urinebuis vervoert urine van de urineblaas het lichaam uit.

Nierschors

Het nierschors filtert overtollig water, zout, afvalstoffen en andere schadelijke stoffen uit het bloed. Vervoert het naar het merg.

Niermerg

Het niermerg filtert overtollig water, zout, afvalstoffen en andere schadelijke stoffen uit het bloed. Vervoert het naar de nierbekkens.

Nierbekken

Het nierbekken verzameld uitgescheide stoffen uit het niermerg en voert het verder naar de urineleiders. 

Wat doen je nieren?

VWO | Hoe werken je nieren?

Werking nieren

1. Nierslagader – nefronen in niermerg met kluwen haarvaten.
   
2. Haarvaten als filter – bloeddruk drukt bloedplasma uit haarvat = filtratie
   
3. Voorurine ontstaat (water/zouten/glucose+ afvalstoffen.
   
4. Voorurine in nierkanaaltje – resorptie stoffen (glucose/deel zouten / osmose water) weer terug in bloed.
   
5.  Urine blijft over – verzamelbuisje – nierbekken – urineleiders – blaas – urinebuis.
   
   
   

LR Bron 11 en 12 blz. 84 KK.

VWO | Werking van een nefron

Wat doen de nieren?

1. Afvalstoffen uit het bloed halen
2. Zuurstof aan het bloed toevoegen
3. Voedingstoffen aan het bloed toevoegen
4. Zuiveren de Urine

Wat is waar over voorurine?

1. In voorurine bevinden zich nefronen.
2. In voorurine bevinden zich alleen afvalstoffen.
3. In voorurine bevinden zich alleen nuttige stoffen.
4. In voorurine bevinden zich nuttige stoffen en afvalstoffen.

VWO | De nefronen bevinden zich in:

1. Het nierbekken
2. De nierader
3. De nierschors

VWO | In de nefronen van de nieren vindt filtratie plaats.
Op welke plaats in een nefron is er sprake van filtratie?

1. kluwen van haarvaten
2. nierbekken
3. nierkanaaltje
4. verzamelbuisje

Maken H9.2

HV: Laatste 2 vragen goed? Sla opdracht 19 over

Maak opdracht 17 tm 20

VWO: Laatste 4 vragen goed? Sla opdracht 21 over

Maak opdracht 19 tm 24

Ziek

ziekteverwekkers

bacteriën, virussen , schimmels

Ziekteverwekkers

Virus

• Dringt een cel binnen
• Heeft de cel nodig om zich zelf te delen.
• Wanneer er genoeg kopieën zijn gaat de cel dood en komen de virussen vrij. 

1. Dringt cel binnen

2. Deelt zich

3. Maakt cel kapot

4. Zoekt nieuwe cellen

Virus

Verloop van een infectieziekte.

Algemene en specifieke afweer

• Algemene afweer 

• Specifieke afweer 

Versleep de woorden naar het juiste begrip. Dus hoort het bij bacterie of virus of allebei?

Bacterie

Virus

Ik ben de grootste van de twee

Ik ben een ziekteverwekker

Ik ben soms ook juist hartstikke nuttig

Ik gebruik cellen van het lichaam om zo te kunnen vermeerderen

Zet de afbeeldingen van het verloop van een infectieziekte in de goede volgorde.

Het verloop van een infectieziekte bestaat uit een aantal stappen. Zet deze op de goede volgorde:

Stap 1

Stap 2

Stap 3

Stap 4

Stap 5

Stap 6

Diagnose

Genezen

Incubatie

Prognose

Besmetting

Symptomen

Algemene afweer

Specifieke afweer

Koorts

Maagsap

Slijmvliezen

Witte bloedcellen: 'antistofcellen'

Huid

Antistoffen

Witte bloedcellen: 'vreetcellen'

Maken H9.4

HV: Laatste 4 vragen goed? Sla opdracht 1, 2, 3 & 6 over

Maak opdracht 1 tm 17

VWO: Laatste 4 vragen goed? Sla opdracht 1, 2, 3 & 6 over

Maak opdracht 1 tm 15