19-02 ZM2B (3.1)

Wel op tafel:
Map
Pen
Feniksboeken
Flesje water
Welkom bij Geschiedenis ZM2B!

Niet op tafel:
Telefoon of Zakkie
Laptop
Tas

timer
5:00
1 / 25
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Wel op tafel:
Map
Pen
Feniksboeken
Flesje water
Welkom bij Geschiedenis ZM2B!

Niet op tafel:
Telefoon of Zakkie
Laptop
Tas

timer
5:00

Slide 1 - Slide

HK2C les 2 (1.1+1.2) 
ZM2B 3.1
Tijd van burgers en stoommachines
Op stoom

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
  • §2.4 'Slaven op de plantages' (HERHALEN)

  • Lesdoelen §3.1

  • §3.1 'Het koninkrijk der Nederlanden' De handel verbeteren, België onafhankelijk,  De koning verliest zijn macht

Slide 3 - Slide

Herhalen §2.4

Slide 4 - Slide

§2.4
§2.4 Op de plantage
Herhalen

Slide 5 - Slide

§1.2 de WIC
  • Oprichten van de WIC 
       (West-Indische Compagnie)

  • Handelde in cacaobonen, koffie, tabak, suiker (Amerika) en tot slaaf gemaakten (West-Afrika)

  • Trans-Atlantische 
       Driehoekshandel
Begrip: Verenigde West-Indische Compagnie= (WIC) Handelsvereniging voor de handel met Zuid- Amerika en het Caraïbisch gebied.
Omdat de VOC erg succesvol was en veel winst maakte, wilde de Nederlanden nog een zelfde soort handelsonderneming oprichten; de Verenigde West-Indische Compagnie (WIC) werd in 1621 een feit. De WIC zou zich voornamelijk richten op de handel met Noord- en Zuid-Amerika en de Afrikaanse slavenhandel. 
Begrip: Driehoekshandel= Handel tussen Europa, West-Afrika en Amerika.
Herhalen

Slide 6 - Slide

§1.2 de WIC
  • Oprichten van de WIC 
       (West-Indische Compagnie)
  • Handelde in cacaobonen, koffie, tabak, suiker (Amerika) en tot slaaf gemaakten (West-Afrika)
  • Trans-Atlantische Driehoeks              handel
  • Kaapvaart
§2.4 Op de plantage
  • Plantageproducten worden steeds populairder in Europa

  • Om deze producten goedkoop te verbouwen gingen Europeanen tot slaaf gemaakten uit Afrika gebruiken

  • Plantages zijn hele grote boerderijen waar één soort gewas werd verbouwd
Herhalen

Slide 7 - Slide

  • Hele zware werk- en leefomstandigheden

  • Lijfstraffen

  • Verschillende soorten tot slaaf gemaakten; veldslaven, opzichters, ambachtslaven, huisslaven.


§2.4 Op de plantage
Herhalen

Slide 8 - Slide

§2.4 Slavenopstanden
  • Tot slaaf gemaakten probeerde vaak van de plantages te ontsnappen

  • Diep in de oerwouden en jungles van Suriname ontstonden zo hele dorpen van ontsnapte slaven (Marrons)

  • Verzet in Suriname, Curaçao, Haïti (Haïti werd het eerste (ei)land waar een slavenopstand helemaal lukte > Een eigen land van ex slaven   


Herhalen

Slide 9 - Slide

§2.4 Abolitionisme
  • Door de ideeën van de Verlichting (vrijheid, gelijkheid, broederschap) gaan mensen anders over slavernij denken 

  • Geloof speelt een grote rol ("God heeft de mensen als gelijke geschapen")

  • Slavernij als eerste door Engeland afgeschaft, abolitionisten in 1833, daarna in andere Europese landen (en hun kolonies)


"Ben ik niet een mens, een broeder?" 
Herhalen

Slide 10 - Slide

Slavernij monument in Amsterdam
§2.4

Slide 11 - Slide

§3.0 Oriëntatie
  • Waar gaat dit hoofdstuk over? > De industriële revolutie

  • Hoe nieuwe techniek na duizenden jaren onze manier van leven compleet veranderde
  • Hoe 'gewone burgers' meer invloed kregen
  • Hoe West-Europese landen gebieden in Afrika en Azië koloniseerde

  • 1800 - 1900 = een tijd van grote veranderingen

Slide 12 - Slide

Lesdoelen 3.1
Aan het eind van deze les kan je:

1. De begrippen liberalen, minister, volksvertegenwoordiging, democratie en kiesrecht uitleggen (R)
2. Uitleggen hoe Nederland een koninkrijk werd in 1815 (T1)
3. Uitleggen hoe het koninkrijk der Nederlanden werd geregeerd voor 1848 (T1)
4. Uitleggen wat er veranderde door de grondwet van 1848 (T1)











Slide 13 - Slide

Lees: blz. 44+45 leerboek
timer
5:00

Slide 14 - Slide

§3.1 Koning Willem I
  • Nadat Napoleon definitief verslagen was, wilde Nederland weer een eigen koning
  • De landen die Napoleon verslagen hadden, vonden dat er een sterk land ten Noorden van Frankrijk moest komen
  • Dit land werd: 'Het verenigd koninkrijk der Nederlanden'
  • De zoon van de gevluchte stadhouder kwam terug uit Engeland om koning te worden: Koning Willem I (de eerste)

Slide 15 - Slide

§3.1 Een machtige koning
  • Het nieuwe Nederlandse koninkrijk kreeg een grondwet
  • Willem I regeerde samen met ministers en volksvertegenwoordigers
  • In de praktijk besloot hij alles zelf
  • Willem I was geïnteresseerd in de handel en wilde van Nederland een rijk land maken
  • Hij liet kanalen graven, wegen aanleggen, spoorlijnen aanleggen
  • Bijnaam: koning-koopman

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Zelf doen:
Leerboek blz. 44 
'De handel verbeteren'

Werkboek blz. 81
> Maken: opdr. 
1- 2


timer
6:00

Slide 18 - Slide

§3.1 Problemen
  • Het verenigd koninkrijk der Nederlanden = meervoud...
  • Nederland en België vormden één land, maar er waren grote verschillen:
  • Protestanten/ katholieken, Nederlands / Vlaams en Frans, verschil in inkomen maar wel dezelfde belasting, etc. etc.
  • De Belgen waren ontevreden met de 'Nederlandse' koning
  • In 1830 kwamen zij in opstand en werd België onafhankelijk

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

§3.1 De koning verliest zijn macht
  • In 1840 wordt de zoon van Willem I de nieuwe koning van Nederland, Willem II
  • Willem II is niet zo'n goede koning als zijn vader en mensen worden ontevreden met zijn bestuur
  • Er ontstaat een nieuwe politieke groep: de liberalen
  • In Europa worden koningen afgezet, Willem II wil zijn troon behouden
  • De Liberaal Thorbecke mag in 1848 een nieuwe grondwet schrijven

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Lesdoelen 3.1
Aan het eind van deze les kan je:

1. De begrippen liberalen, minister, volksvertegenwoordiging, democratie en kiesrecht uitleggen (R)
2. Uitleggen hoe Nederland een koninkrijk werd in 1815 (T1)
3. Uitleggen hoe het koninkrijk der Nederlanden werd geregeerd voor 1848 (T1)
4. Uitleggen wat er veranderde door de grondwet van 1848 (T1)











Slide 23 - Slide

Opdrachten 
maak van 3.1 opdracht:





Als je nu lekker doorwerkt, heb je minder huiswerk!
Leerboek blz. 44 - 45
Werkboek blz. 81 - 84
2 - 4 - 5 - 6 - 9
Niet af = Huiswerk

Slide 24 - Slide

  1. Schrijf twee dingen op die je van 3.1 hebt geleerd

...............................................

...............................................


2. Schrijf minimaal één ding op wat je nog lastig vind van 3.1

...............................................
Check out

Slide 25 - Slide