2.2 - week 15

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

ZRGVEPL419AK

ZRGDVLG219AK & BK

Voordat je verder gaat... 

lees onderstaande goed door!

• Er wordt van zowel de studenten als de docenten op dit moment veel verwacht. Laten we elkaar helpen waar nodig en doen wat er van ons gevraagd wordt.
• Probeer zoveel mogelijk bij te blijven met alle opdrachten en online oefeningen.
• Bekijk alle filmpjes: dit is informatie die je nodig hebt.

Voordat je verder gaat... 

lees onderstaande goed door!

• Werk eerst de hele LessonUp door, voordat je de opdrachten gaat maken.
• Door middel van de rapportage kan ik zien welke student de LessonUp heeft bekeken en hoe lang daarvoor de tijd genomen is.
• Voor alle oefeningen en deeltoetsen moet een voldoende gehaald worden.

Informatie

• Ik ben altijd bereikbaar via de mail:
  -> [e-mail]      
• Tijdens de reguliere les (zie rooster) ben ik bereikbaar via Skype voor vragen, uitleg en andere zaken. 

Let op!

In deze presentatie staat eerst alle informatie over de opdrachten in het werkboek.

Daarna volgt er uitleg die je nodig hebt om je online opdrachten te maken!

Vorige week: 

- Formeel en informeel taalgebruik

- Voorkennis van de doelgroep

Deze week: een tekst schrijven

Stappenplan schrijven

- de inleiding

- het middenstuk

- het slot

Start met lezen in werkboek

HOOFDSTUK 4

4.3 Tekst voorbereiden (blz. 74) 

-> theorie 6 & 7

4.4 Een tekst schrijven (blz. 78)

-> theorie 8,9 & 10

Inleiding

• Aandacht van de lezer.
• Kijk waar je tekst overgaat en wat je gaat behandelen.
• Standpunt: wat wil je de lezer laten weten?
• Welke deelvragen kunnen daarbij helpen?
• Noteer steekwoorden die je later uitwerkt.

Middenstuk

• Bestaat uit alinea's (minstens 3)
• Werkt deelvragen uit; geef antwoord 
• Geef per alinea een argument; waar wil je de lezer van overtuigen?
• Plaats witregel tussen de alinea's
• Plaats tussenkopjes tussen elke alinea

Slot

• Als je alle deelvragen in het middenstuk hebt behandeld, schrijf je het slot.
• In het slot sluit je je tekst af.
• Je komt terug op je inleiding.
• Je geeft geen nieuwe informatie meer.
• Het slot is een aparte alinea.

Opdracht tekst schrijven:

Jullie hebben te horen gekregen dat de schoolleiding leerlingen bij schoolfeesten wil verplichten oordoppen te dragen om gehoorschade te voorkomen. Jullie vinden dit een slecht plan.  -> -> ->

HUISWERK inleveren vóór 13 april

In het werkboek staat dat je deze opdrachten samen met een klasgenoot moet maken. Aangezien dat niet mogelijk is, maak je de onderstaande opdrachten alleen. 

HOOFDSTUK 4:

opdracht 14, 15 en 16 (vanaf blz. 78)

Inleveren huiswerk werkboek

- Je maakt foto's van de opdrachten die je gemaakt hebt.

- Dit mail je vóór 13 april naar: 

           [e-mail]

Online: Wat is de context?

"De context is de totale omgeving waarin iets zijn betekenis krijgt." 

Als je de betekenis van een woord zoekt, helpen de andere woorden in de zin om je om de betekenis te vinden.

Online: contextzinnen

- Een contextzin is een zin die een context geeft aan een woordje. 

- Woorden bestaan nooit alleen maar altijd in een zinsverband. 

- Met een contextzin leer je het woordje makkelijker en kan je het beter onthouden.

 Online: contextzinnen

• Onderdeel: woordenschat -> contextzinnen
• Bij het vakje 'theorie' vind je het woordenboek 
• Twijfel je over de betekenis van een woord, zoek het woord dan eerst op.
• Kijk ook goed naar de zin, hier haal je al veel informatie uit die met het juiste woord te maken heeft.

Huiswerk:

- VIA Starttaal online 2F

- Deelvaardigheid Woordschat

- Contextzinnen oefening 1 t/m 6

- Maken vóór 13 april