Oefentoets H2 § 1 t/m 4 VersieRemco

Rep. H2 Van de bergen naar de zee
Maak goede zinnen van je antwoorden en gebruik hoofdletters en punten ed.! Succes!
1 / 23
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Rep. H2 Van de bergen naar de zee
Maak goede zinnen van je antwoorden en gebruik hoofdletters en punten ed.! Succes!

Slide 1 - Slide

 Sleep de goede plaatjes naar de begrippen: Endogene of Exogene kracht
Exogene krachten
Endogene krachten

Slide 2 - Drag question

5. Sleep de begrippen naar de juiste plek. 
Stroomopwaarts
Zacht gesteente
Hard gesteente
Stroomafwaarts

Slide 3 - Drag question

De bovenloop van de Rijn ligt vooral in ...............  en in de ...................
De middenloop van de Rijn ligt in ......................... daar gaat de Rijn al ......................
De benedenloop van de Rijn ligt in het ...................... van 
..................... Daar gaat de Rijn zich .....................    en mondt uit als ..................  in de Noordzee.
Antwoorden: 
vertakken
Zwitserland 
Nederland
Duitsland 
laagland 
meanderen
Alpen
delta

Slide 4 - Drag question

Sleep de begrippen naar het juiste deel van de rivier. 
Bovenloop
Sedimentatie
Benedenloop
Transport/Erosie

Slide 5 - Drag question

Leg uit hoe zo'n hoefijzermeer ontstaat. Gebruik in je antwoord de woorden 'meander' en 'erosie'

Slide 6 - Open question

In welk gedeelte van een rivier vind je de hoefijzermeren meestal?
A
In de bovenloop
B
In de middenloop
C
In de benedenloop
D
In de delta

Slide 7 - Quiz

Welke proces speelt een grote rol bij een klifkust?
A
Erosie
B
Sedimentatie
C
Transport

Slide 8 - Quiz

Iemand zegt: ‘Met het keienstrand beschermt de klifkust zichzelf.’ Leg de uitspraak uit.

Slide 9 - Open question

Verklaar waarom het strand op de voorgrond van de foto van figuur 5 uit keien bestaat.

Slide 10 - Open question


Op de plaatjes zie je een afbraak- en aanslibbingskust. Welke kust staat op welk plaatje? Wat veroorzaakt de afbraak en de aanslibbing? 
A
B

Slide 11 - Open question

Sleep de begrippen naar de juiste kust
Aanslibbingskust
Afbraakkust
Sterke terugstroom
Duinen
Zwakke
terugstroom
Strandwallen
Klifkust
Erosie
Golven
Strand
Golven
Boog

Slide 12 - Drag question

Wat is géén kenmerk van de bovenloop van een rivier?
A
breed
B
grote stroomsnelheid
C
veel transport van keien, stenen en zand
D
veel verval

Slide 13 - Quiz

Welke drie factoren bepalen de hoogte en de kracht van een golf?
A
De kracht, de tijdsduur en de richting van de wind
B
De kracht en de richting van de wind plus de afstand die de golven hebben afgelegd
C
De tijdsduur en de richting van de wind plus de afstand die de golven hebben afgelegd
D
De kracht en de tijdsduur van de wind plus de afstand die de golven hebben afgelegd

Slide 14 - Quiz

Iemand doet twee uitspraken:
I De Alpen zijn een jong gebergte met spitse toppen.
II De Alpen zijn gevormd door het uit elkaar bewegen van de schol met Afrika en de schol met Europa.

A
Uitspraken I en II zijn beide goed
B
Uitspraken I en II zijn beide fout
C
Uitspraak I is goed en II is fout
D
Uitspraak I is fout en II is goed

Slide 15 - Quiz

Is de volgende stelling goed of fout? Leg je antwoord uit.
'Het landschapselement waar de zeerobben op liggen is een voorbeeld van een duin.'

Slide 16 - Open question

Waarom zijn de delta's van de Rijn en de Maas heel belangrijk voor het ontstaan van het westen van Nederland?

Slide 17 - Open question

Nu krijg je nog 4 pittige vragen:
T - toepassen.
   A - analyseren. 

Slide 18 - Slide

Beantwoord vraag a. en b. hieronder.
a. Wat is verwering?
b. Naast mechanische verwering zijn er nog twee vormen van verwering. Beschrijf deze vormen van verwering.

Slide 19 - Open question

Waarom is vorstverwering een voorbeeld van een exogene kracht?

Slide 20 - Open question

Hoe kan het dat je nu soms fossielen op berghellingen in de Alpen kunt vinden?
Antwoord met behulp van een oorzaak en gevolg.

Slide 21 - Open question

Beantwoord vraag a. en b. hieronder.
a. Wat is verwering?
b. Naast mechanische verwering zijn er nog twee vormen van verwering. Beschrijf deze vormen van verwering.

Slide 22 - Open question

De toets is klaar. Kijk je antwoorden goed na en lever de toets dan in.

Slide 23 - Slide