epilepsie en hersenvliesontsteking

verschillen ziekte van kahler, trombocytopenie en (non) hodgekin
1 / 28
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 28 slides, with text slides and 6 videos.

Items in this lesson

verschillen ziekte van kahler, trombocytopenie en (non) hodgekin

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

epilepsie en hersenvliesontsteking

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Epilepsie
- verandering elektrische activiteit in de hersenen, hierdoor wordt de prikkeloverdracht verstoord en volgt er een aanval

Slide 3 - Slide

hoofdstuk 10.5 in boek pathologie
Plaatsen waar de aanvallen beginnen
- aanval met begin op 1 plek in de hersenen ( focale aanval )
- aanval die in beide hersenhelften ontstaan (gegeneraliseerde aanvallen)
- aanvallen met onbekend begin


Slide 4 - Slide

- focale:
focus  of haard, wat er gebeurd is afhankelijk van de plek van de aanval, maar ze blijven wel bij bewustzijn.
ze kunnen wel gekke bewegingen met het gezicht maken of smakken. en zijn onrustig, gaan frunikken, kasten open en dicht doen, doelloos rondlopen.

gegeneraliseerde:
hele brein wordt verstoord, bewustzijnsverlies en weet niet wat er na de aanval is gebeurd


Slide 5 - Slide

bij ong de helft is de oorzaak van aanvallen onbekend
andere gevallen gevolg van een hersenaandoening, denk aan trauma, hersentumor, CVA, ontsteking in de hersenen, of beschadiging door zuurstoftekort


soorten aanvallen
gegeneraliseerde:
Korte afwezigheid: Absence
tonisch clonische aanval
myoclonie aanval
focale aanval:
eenvoudige partiele aanval
complexe partiele aanval


 

Slide 6 - Slide

absence
Bij een absence ben je kort afwezig. Je staart 3 tot 30 seconden voor je uit. Daarna ga je vaak weer door met wat je aan het doen was. Veel mensen denken bij een absence niet direct aan een epileptische aanval.

laat filmpje zien

tonisch clonische aanval
Bij een tonisch-clonische aanval raak je buiten bewustzijn. De symptomen (kenmerken) van deze epileptische aanval zijn: je valt op de grond, verkrampt en gaat schokken met je lichaam. Meestal duurt deze aanval een paar minuten.

focale aanval:
Bij deze epileptische aanval heb je een kleine verstoring in een deel van je hersenen. Je blijft bij bewustzijn, maar hebt bijvoorbeeld schokjes in je arm of je voelt, ziet of ervaart iets.

Slide 7 - Video

Absence-aanvallen worden geclassificeerd als gegeneraliseerde aanvallen omdat ze direct beginnen in beide hersenhelften tegelijk, zonder een lokale startplaats zoals bij focale aanvallen.

lijkt op dagdromen
oogknippers

Slide 8 - Video

tonisch clonische aanval

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Slide 10 - Video

focale aanval
1 deel van de hersenen
eenvoudig partiele aanval

Slide 11 - Video

focale aanval
symptomen
zie blz 462 en 463 boek
maak hier voor jezelf even een kleine samenvatting van

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

oorzaken epilepsie
- vaak onbekend

- als gevolg van een hersenaandoening, zoals: hersenletsel door een ongeluk, een hersentumor, een CVA, een ontsteking in de hersenen of zuurstoftekort.


30% van de mensen met een verstandelijke beperking heeft een vorm van epilepsie

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

diagnostiek
-EEG ( Elektro Encefalo gram )
- CT scan of MRI scan
- cardiologisch onderzoek

Slide 14 - Slide

encefalo is hersenen
activiteit van de hersenen wordt gemeten
tussen de aanvallen door kan dit hersen gram normaal zijn.
dus dan ook een 24u meting nodig, of een slaap eeg.
of een eeg na slaaponthouding, dat betekent de hele nacht wakker blijven en daarna overdag gaan slapen en dan wordt er een eeg gemaakt

CT of MRI scan
beschadiging in de hersenen op te sporen, denk aan litteken, tumor

cardiologisch onderzoek omdat hartritmestoornissen ook epilepsie kunnen veroorzaken.
behandeling
- medicatie ( bij 70% heeft dit effect)
welke medicijnen?
om te voorkomen:
om te onderdrukken:
- dieet ketogeen dieet
- operatie als med geen effect heeft, deel hersenen verwijderen of isoleren
- operatie om een pacemaker te plaatsen, onder het sleutelbeen


Slide 15 - Slide

om te voorkomen:
Medicijnen om aanvallen van epilepsie te voorkomen
De meeste gebruikte medicijnen om epilepsie zoveel mogelijk te voorkomen zijn: levetiracetam (Keppra), natriumvalproaat (Depakine), lacosamide (Vimpat), Clobazam (Frisium), carbamazepine (Tegretol), fenytoine (Diphantoine), oxcarbazepine (Trileptal), en lamotrigine (Lamictal). 
Meestal wordt met een lage dosis begonnen en kan de dosis worden opgehoogd bij onvoldoende effect. Bij enkele medicijnen is het nodig de dosis geleidelijk te verhogen.

onderdrukken:
Medicijnen om aanvallen van epilepsie te onderdrukken
Bij langer durende aanvallen met spierschokken is het soms nodig medicijnen te geven die de aanval onderdrukken. Vooral als de spierschokken langer door gaan dan 5 minuten. Voorbeelden zijn midazolam (Dormicum, neusspray) en diazepam (Stesolid, rectiole voor rectale toepassing). Midazolam neusspray is het makkelijkst in gebruik en daarom het meest voorgeschreven. Als de spierschokken langer dan 5 minuten aanhouden, wordt in elk neusgat één pufje midazolam gegeven van 2,5 mg. Totaal dus twee pufjes = 5 mg midazolam

De keuze voor een bepaald medicijn hangt af van:

  • Het type epilepsie (focaal, gegeneraliseerd, absences, etc.).
  • De leeftijd van de patiënt.
  • Bijwerkingen en bijkomende aandoeningen.
Elk medicijn werkt door het aanpassen van de balans tussen remmende (GABA) en stimulerende (glutamaat) signalen in de hersenen, of door het stabiliseren van de elektrische activiteit.

ketogeen dieet
Het ketogeen dieet wordt toegepast bij: (Jonge) kinderen en soms volwassenen met een complexe vorm van epilepsie. Waarbij medicijnen die niet voldoende werking hebben (of tot onaanvaardbare bijwerkingen leiden). Epilepsiechirurgie geen behandeloptie is gebleken. Het principe van het ketogeen dieet berust op een vetrijke voeding met weinig koolhydraten en een normale hoeveelheid eiwitten. Het lichaam mist de koolhydraten en zoekt dan een andere energiebron. Het lichaam schakelt over op vetverbranding. Hierbij komen ketogene stoffen vrij. Deze stoffen kunnen bijdragen aan het verminderen van aanvallen. Regelmatig moeten de ketonen in de urine worden gemeten.

operatie:
Hersenoperatie: epilepsiechirurgie Epilepsiechirurgie, een hersenoperatie, heeft als doel patiënten aanvalsvrij te maken. Patiënten komen in aanmerking voor epilepsiechirurgie als: Ze ondanks medicijnen aanvallen houden die hun leven ernstig beïnvloeden. De aanvallen afkomstig zijn van één gebied in de hersenen. Dit gebied - de epilepsiehaard - te verwijderen is zonder dat de operatie tot aanzienlijke schade leidt zoals verlamming, spraak- of geheugenverlies. Het mogelijke effect van de operatie moet dus opwegen tegen de risico’s. Aan de operatie gaat een uitgebreid selectietraject vooraf.

pacemaker/ stimulator
deze geeft dan kleine stroomstootjes af aan de nervus vagus ( de tiende hersenzenuw ), deze zorgt er dan voor dat er minder aanvallen optreden



prognose
  •  sommige vormen gaan na een korte periode vanzelf over
  • andere blijven levenslang bestaan
  • patiënten met epilepsie leven over het algemeen 2-10 jaar korter

Slide 16 - Slide

waardoor leven ze korter?
- meer kans op ongelukken
niet overleven van een status epilepticus
- onderliggende aandoeningen
complicaties
ongelukkig vallen tijdens een insult, iets breken, of pijnprikkels worden niet gevoeld en ze verwonden zichzelf, denk aan bijten bijv.

of een status epilepticus
deze duurt langer dan 5 minuten en stopt niet vanzelf.
als het insult blijft bestaan, dan volgt er zuurstoftekort in alle organen van het lichaam, dus kan dus schadelijk en dodelijk zijn


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Video

This item has no instructions

eclamptisch insult in zwangerschap

is geen epilepsie, maar wordt veroorzaakt door hoge bloeddruk en de zwangerschap zelf
symptomen:
bovenbuikspijn re, hoofdpijn, sterretjes zien, duizelig, opwekbare reflexen

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Link

9.30-11.37
13.30-15.38
20.20-22.18
40.28-43.00
hersenvliesontsteking
meningitis

rondom het ruggenmerg en de hersen diverse vliezen, deze kunnen gaan ontsteken

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

vormen meningitis
viraal en bacterieel

bacte                                         bacterieel zijn 
                                                                          vaak ernstiger dan virale

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

ontstaan
- veroorzaakt door een bacterie zoals bijv een meningokok, pneumokok

Slide 23 - Slide

deze bacterien leven normaal gesproken in onze neus en keelholte en zijn onschuldig.
maar bij verminderde weerstand kunnen ze via de bloedbaan in de hersenen terecht komen. ook via een ontstoken oor of neusbijholte.

kan levensbedreigend zijn
symptomen
virale meningitis geeft andere klachten dan bacteriële meningitis



Slide 24 - Slide

foto 1 is amputatie in zicht
diagnostiek
- ruggenmergpunctie, hiermee wordt hersenvocht verkregen
- bloedafname
-uitstrijkje uit neus en keelholte

Slide 25 - Slide

bloedafname:
ontstekingsmarkers zoals:
CRP, Een verhoogde CRP-waarde wijst op een ontsteking of infectie in het lichaam.
Bezinking Een verhoogde bezinkingssnelheid kan ook op een ontsteking duiden.
leukocyten, verhoogd kan een infectie aanduiden

bloedkweken: welke bacterie

Glucose en lactaat
Bloedglucose: Verlaagd bij bacteriële meningitis, omdat bacteriën glucose gebruiken als energiebron.
Lactaat: Verhoogd bij bacteriële infecties, omdat dit een teken is van zuurstoftekort en snelle stofwisseling door bacteriën.


behandeling
- directe start AB ook al is nog niet bekend welke bacterie het is
- wordt aangepast zodra bekend is welke bacterie
- medicatie tegen de pijn, koorts en misselijkheid

bij een virale meningitis, geen AB nodig, verdwijnt vaak vanzelf, stel dat de ontsteking is veroorzaakt door het herpesvirus dan kan er wel een anti-viraal middel worden gegeven

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

prognose
-van virale meningitis is goed
-bacteriële meningitis, behandeling echt noodzakelijk anders dodelijk
- wel restverschijnselen

ter preventie, Vaccinatie

Slide 27 - Slide

restverschijnselen zoals:
-vermoeidheid
- blijvende schade aan de hersenzenuwen, zoals doofheid, evenwichtsstoornissen, gezichtsverlamming.
- of door schade in de hersenen epilepsie


Slide 28 - Slide

This item has no instructions