What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
werkwoorden DISK thema Technologie
Thema Technologie
werkwoorden
1 / 32
next
Slide 1:
Slide
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
This lesson contains
32 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Thema Technologie
werkwoorden
Slide 1 - Slide
Wat leer je?
Je leert de werkwoorden van het DISK thema technologie
Je schrijft de juiste werkwoordsvorm.
Slide 2 - Slide
Regelmatige werkwoorden
zwakke werkwoorden
besturen
dalen
downloaden
studeren
wisselen
Slide 3 - Slide
besturen
ik bestuur
jij/u bestuurt
hij/zij bestuurt
wij/zij/jullie besturen
ik/jij/u/hij/zij bestuur
de
wij/zij/jullie bestuur
den
hij heeft
be
stuur
d
voorbeeldzin:
De chauffeur bestuurt de bus.
Slide 4 - Slide
dalen
ik daal
jij/u daalt
hij/zij daalt
wij/zij/jullie dalen
ik/jij/u/hij/zij daal
de
wij/zij/jullie daal
den
hij is
ge
daal
d
voorbeeldzin:
Het vliegtuig daalt langzaam.
Slide 5 - Slide
downloaden
ik download
jij/u downloadt
hij/zij downloadt
wij/zij/jullie downloaden
ik/jij/u/hij/zij download
de
wij/zij/jullie download
den
hij heeft
ge
downloa
d
voorbeeldzin:
Ik heb dit programma gisteren gedownload.
Slide 6 - Slide
studeren, wie durft? ;)
ik
jij/u
hij/zij
wij/zij/jullie
ik/jij/u/hij/zij
wij/zij/jullie
hij heeft
voorbeeldzin:
.
Slide 7 - Slide
studeren
ik studeer
jij/u studeert
hij/zij studeert
wij/zij/jullie studeren
ik/jij/u/hij/zij studeer
de
wij/zij/jullie studeer
den
hij heeft
ge
studeer
d
voorbeeldzin:
Zij studeert voor tandarts.
Slide 8 - Slide
wisselen
ik
jij/u
hij/zij
wij/zij/jullie
ik/jij/u/hij/zij
wij/zij/jullie
hij heeft
voorbeeldzin:
Slide 9 - Slide
wisselen
ik wissel
jij/u wisselt
hij/zij wisselt
wij/zij/jullie wisselen
ik/jij/u/hij/zij wissel
de
wij/zij/jullie wissel
den
hij heeft
ge
wissel
d
voorbeeldzin:
Bij de grens moesten we geld wisselen.
Slide 10 - Slide
Onregelmatige werkwoorden
bezoeken
lijken
onthouden
stijgen
uitvinden
opladen
Slide 11 - Slide
bezoeken
ik bezoek
jij/u bezoekt
hij/zij bezoekt
wij/zij/jullie bezoeken
ik/jij/u/hij/zij
bezocht
wij/zij/jullie
bezochten
hij heeft
bezocht
voorbeeldzin:
We hebben gisteren onze familie bezocht.
Slide 12 - Slide
lijken
ik lijk
jij/u lijkt
hij/zij lijkt
wij/zij/jullie lijken
ik/jij/u/hij/zij
leek
wij/zij/jullie
leken
hij heeft
geleken
voorbeeldzin:
Jaap lijkt op zijn vader.
Slide 13 - Slide
onthouden
ik onthoud
jij/u onthoudt
hij/zij onthoudt
wij/zij/jullie onthouden
ik/jij/u/hij/zij
onthield
wij/zij/jullie
onthielden
hij heeft
onthouden
voorbeeldzin:
Hebben jullie de werkwoorden onthouden?
Slide 14 - Slide
stijgen
ik
jij/u
hij/zij
wij/zij/jullie
ik/jij/u/hij/zij
wij/zij/jullie
hij is
voorbeeldzin:
Slide 15 - Slide
stijgen
ik stijg
jij/u stijgt
hij/zij stijgt
wij/zij/jullie stijgen
ik/jij/u/hij/zij
steeg
wij/zij/jullie
stegen
hij is
gestegen
voorbeeldzin:
De gasprijzen zijn gestegen.
Slide 16 - Slide
uitvinden
ik vind uit
jij/u vindt uit
hij/zij vindt uit
wij/zij/jullie vinden uit
ik/jij/u/hij/zij
vond
uit
wij/zij/jullie
vonden
uit
hij heeft
uitgevonden
voorbeeldzin:
Edison heeft de lamp uitgevonden.
Slide 17 - Slide
opladen
ik
jij/u
hij/zij
wij/zij/jullie
ik/jij/u/hij/zij
wij/zij/jullie
hij heeft
voorbeeldzin:
Ik heb de accu weer opgeladen.
Slide 18 - Slide
opladen
ik laad op
jij/u laadt op
hij/zij laadt op
wij/zij/jullie laden op
ik/jij/u/hij/zij laad
de
op
wij/zij/jullie laad
den
op
hij heeft
opgeladen
voorbeeldzin:
Ik heb de accu weer opgeladen.
Slide 19 - Slide
Vul in (verleden tijd):
(uitvinden)
Hij heeft een handig apparaat ............ .
Slide 20 - Open question
Vul in (tegenwoordige tijd):
(opladen)
Ik ...... mijn telefoon .... .
Slide 21 - Open question
Vul in (verleden tijd):
(winnen)
Het Spaanse team ........ de wedstrijd.
Slide 22 - Open question
Vul in (verleden tijd):
(dalen)
De temperatuur .....deze week.
Slide 23 - Open question
Vul in (tegenwoordige tijd):
(studeren)
Jasmijn ... elke avond heel lang.
Slide 24 - Open question
Vul in (verleden tijd):
(wisselen)
Ik ....... een briefje van 10 euro.
Slide 25 - Open question
Vul in (verleden tijd):
(stijgen)
Het vliegtuig .........
Slide 26 - Open question
Vul in (verleden tijd):
(onthouden)
Heb jij de lesstof goed ........ ?
Slide 27 - Open question
Vul in (verleden tijd):
(bezoeken)
Hij heeft zijn buurman vaak ........ .
Slide 28 - Open question
Vul in (verleden tijd):
(downloaden)
Hij heeft die game gisteren ....... .
Slide 29 - Open question
Vul in (tegenwoordige tijd):
(besturen)
De chauffeur ...... de bus.
Slide 30 - Open question
Ik schrijf de juiste werkwoordsvorm.
Nieuws van de week video quiz
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 31 - Poll
Nu maken:
Het werkblad
Slide 32 - Slide
More lessons like this
werkwoorden DISK thema 8 Technologie
January 2025
- Lesson with
28 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
werkwoorden DISK thema Technologie
October 2023
- Lesson with
28 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
werkwoorden DISK thema Technologie
October 2024
- Lesson with
27 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
werkwoorden DISK thema 8 Technologie
January 2025
- Lesson with
28 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
werkwoorden DISK thema Technologie
13 hours ago
- Lesson with
27 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Veilig opladen
June 2024
- Lesson with
17 slides
by
Brandweer op School
Brandweer, Veiligheid, Burgerschapskunde
Basisschool
Groep 7,8
Brandweer op School
Spelling T2L5: Ik, jij of wij
February 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Is de batterij vol?
July 2024
- Lesson with
13 slides
by
Brandweer op School
Brandweer, Veiligheid, Burgerschapskunde
Basisschool
Groep 5,6
Brandweer op School