Opdracht 1 : Maak een planning voor woensdag en donderdag
Ga goed voorbereid op stage. Denk bij je planning aan:
- Wekker (hoe laat sta je op?)
- Wanneer moet je de deur uit?
- Hoe lang is het lopen / fietsen / met OV?
- Als je met OV gaat: Welke bus / trein moet je nemen? Welke halte stap je uit?
- Wat neem je mee naar stage? Pen / stageboekje / Eten / Kleding
- Hoe laat start stage / Hoe laat ben je klaar?
- Welke persoon is jouw aanspreekpunt voor de eerste dag?
- Hoe kom je weer thuis?