Klas 3A en B spelling blok 4

verleden tijd
De leraar ( straffen) mij vanwege een langdurige slappe lach.
A
straffen
B
strafte
C
straftten
D
straftte
1 / 21
next
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

verleden tijd
De leraar ( straffen) mij vanwege een langdurige slappe lach.
A
straffen
B
strafte
C
straftten
D
straftte

Slide 1 - Quiz

verleden tijd
Victor (krabben) het wondje steeds open op zijn arm.
A
krabte
B
krabde

Slide 2 - Quiz

VT.
De deelnemers aan de Amstel Goldrace (fietsen) met 40km per uur.

Slide 3 - Open question

Vandaag is er van alles (gebeuren)
A
gebeurdt
B
gebeurd
C
gebeurt

Slide 4 - Quiz

We hopen dat we de kinderen hebben (verrassen)
A
verrast
B
verrassd
C
verrassdt

Slide 5 - Quiz

Een samenstelling is een woord dat uit twee of meer woorden bestaat.

Slide 6 - Open question

Galaavond
A
goed
B
fout

Slide 7 - Quiz

Hoe schrijf je galaavond?

Slide 8 - Open question

Is het eerste deel GEEN zelfstandig naamwoord dan schrijf je e als koppelteken
A
platteland
B
plattenland

Slide 9 - Quiz

Heeft het eerste gedeelte van het zelfstandig naamwoord een s als meervoud dan schrijf je e
A
groentensoep
B
groentesoep

Slide 10 - Quiz

Heeft het eerste deel van een zelfstandig naamwoord geen s dan en
A
spinnenweb
B
spinneweb

Slide 11 - Quiz

Als het eerste deel het tweede deel versterkt heb je een e als verbinding noem een voorbeeld.

Slide 12 - Mind map

Als er maar een van is dan heb je een e als verbinding tussen de twee woorden
A
nee
B
ja

Slide 13 - Quiz

Hoe schrijf je dit woord correct?
A
berengoed
B
beregoed

Slide 14 - Quiz

Hoe scHoe schrijf je dit woord correct?hrijf je dit woord correct?
A
maneschijn
B
manenschijn

Slide 15 - Quiz

Hoe schrijf je dit woord correct?
A
roggenbrood
B
roggebrood

Slide 16 - Quiz

Hoe schrijf je dit woord correct?
A
kattenluik
B
katteluik

Slide 17 - Quiz

dorp+ kerk
A
dorpkerk
B
dorpskerk

Slide 18 - Quiz

hoe schrijf je station+ straat

Slide 19 - Mind map

Personeel+ chef

Slide 20 - Mind map

Welke samenstellingen zijn goed?
A
Groentenwinkel, berensterk
B
Groentewinkel, beresterk
C
Groentenwinkel, beresterk
D
Groentewinkel, berensterk

Slide 21 - Quiz