Je kunt uitleggen welke hoogtegordels er zijn in de bergen en je kunt ze herkennen.
Je kunt uitleggen wat het verband is tussen bevolkingsdichtheid, inrichting van het landschap en reliëf.
Je kunt uitleggen wat het verband is tussen toerisme en bereikbaarheid in de bergen.
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Video
B-nummers
B51: hoogtegordels
B52: Hoogteligging en temperatuur
Vaardigheden:
B3: Aardrijkskunde: verschijnselen
B13: Wisselen van schaalniveau
B15: verbanden leggen
Slide 21 - Slide
Vergelijk de twee kaarten. Wat valt je op?
Je mag het antwoord zo geven. Eerst goed kijken.
Slide 22 - Slide
Vergelijk de twee kaarten. Wat valt je op?
Slide 23 - Mind map
Bevolkingsdichtheid en reliëf
Slide 24 - Slide
Reliëf = hoogteverschil
4 vormen van relië van hoog naar laag:
1- hooggebergte > 1500m
2- middelgebergte 500-1500m
3- heuvelland 200-500m
4- laagland < 200m
Slide 25 - Slide
Lage bevolkingsdichtheid
Hoog in de bergen natuurlandschap
In de dalen meer ingericht landschap
Slide 26 - Slide
Wat doen toeristen die naar de Alpen op vakantie gaan?
Slide 27 - Mind map
Lötschental vroeger & nu
Vroeger in de zomer het vee op de alpenweiden
Nu mensen zijn geen boer meer maar werken in de toeristische sector. Ook werken ze nu vaker buiten het dal door de betere bereikbaarheid.
Tegenwoordig 2 seizoenen voor toeristen zowel de winter als de zomer = dubbelseizoen
Slide 28 - Slide
Hoogteligging
Regel
Hoe hoger hoe kouder
Als je 1000 meter stijgt wordt het 6 graden Celsius kouder.
Uitleg
Pas wanneer zonnestralen op het aardoppervlak vallen geven ze hun warmte af. Het aardoppervlak wordt daardoor warm en geeft nu zelf warmte af. De dampkring wordt op die manier van onderaf verwarmd.
Hoogteligging en temperatuur
Slide 29 - Slide
Schrijf de vraag en het antwoord in je schrift.
Waarom groeit de bevolking?
Hoe verschilt de groei van de bevolking per land?
Waarom wonen op sommige plekken veel mensen?
Waarom wonen op sommige plekken weinig mensen?
Hoogteligging en temperatuur:
Pas wanneer zonnestralen op het aardoppervlak vallen geven ze hun warmte af.
Het aardoppervlak wordt daardoor warm en geeft nu zelf warmte af.
De dampkring wordt op die manier van onderaf verwarmd.
Regel:
Hoe hoger, hoe kouder
Als je 1000 m stijgt wordt het 6°C kouder.
Slide 30 - Slide
Hoogtegordels
Hoogtegordel = Plantengroeizone op een berg
Slide 31 - Slide
Poolgebied
Hooggebergte
Slide 32 - Slide
Poolgebied
(toendra)
Hooggebergte
(alpenweide)
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Slide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat een hooggebergte is
Je kunt uitleggen welke hoogtegordels er zijn in de bergen en je kunt ze herkennen.
Je kunt uitleggen wat het verband is tussen bevolkingsdichtheid, inrichting van het landschap en reliëf.
Je kunt uitleggen wat het verband is tussen toerisme en bereikbaarheid in de bergen.
Slide 35 - Slide
B-nummers
B51: hoogtegordels
B52: Hoogteligging en temperatuur
Vaardigheden:
B3: Aardrijkskunde: verschijnselen
B13: Wisselen van schaalniveau
B15: verbanden leggen
Slide 36 - Slide
Zet de hoogtegordels op de juiste plaats in de tekening.
loofboomgordel
naaldboomgordel
alpenweiden
rotsgordel
eeuwige sneeuw
Slide 37 - Drag question
Welke hoogtegordel zie je op de voorgrond?
A
Loofboomgordel
B
Rotsgordel
C
Naaldboomgordel
D
Alpenweide
Slide 38 - Quiz
Het toerisme in het Lötschental kent een dubbelseizoen. Welk schaalniveau past het beste bij deze uitspraak?