verkeerd aansluitende beknopte bijzin
In de beknopte bijzin laat je het onderwerp en de persoon weg. Dat moet je wel goed doen! Kijk maar:
Wachtend op de bus, reed de chauffeur hard voorbij.
Het onderwerp in de hoofdzin moet hetzelfde zijn als het [verborgen] onderwerp van de beknopte bijzin. Zijn ze niet hetzelfde, dan moet je de zin volluit schrijven:
Terwijl zij wachtte op de bus, reed de chauffeur hard voorbij.