Splitsbare werkwoorden

Splitsbare werkwoorden
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Splitsbare werkwoorden

Slide 1 - Slide

nakijken 
- grammatica woordsoorten: opdracht 4 ( zin 1 t/m 5),
   opdracht 5 vraag 1 t/m 7 en opdracht 6 blz. 105

Slide 2 - Slide

Maak een foto van je huiswerk opdracht 6 op blz. 105

Slide 3 - Open question

Doel:
Je kunt splitsbare werkwoorden herkennen.
Je kunt splitsbare werkwoorden vervoegen.

Slide 4 - Slide

Noem één splitsbaar werkwoord

Slide 5 - Mind map

Instructie
Met sommige werkwoorden is wat bijzonders aan de hand: 
  • opbellen --> Ik bel mijn vriendin op.
  • uitzetten --> Hij zet de tv uit.
  • weggooien --> Juf gooit het strafwerk weg.
  • nakijken --> De leraar kijkt de toets helemaal na.

Ze worden op gesplitst: SPLITSBARE WERKWOORDEN dus!

Slide 6 - Slide

DOELEN


- meervouden op -en goed spellen



Slide 7 - Slide

Wat is het meervoud van
OLIFANT
A
olifantjes
B
olifantje
C
olifanten
D
olifantten

Slide 8 - Quiz

Wat is het meervoud van
KOEKENPAN
A
pannenkoek
B
pannenkoeken
C
koekenpannen
D
koekenpanen

Slide 9 - Quiz

Wat is het meervoud van
KAAS
A
kaazen
B
kazen
C
kaasen
D
kasen

Slide 10 - Quiz

Maken 


- spelling: opdracht 1 t/m 12  blz. 106 t/m 109

Slide 11 - Slide