De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid
1 / 20
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4
This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Tijdvak 3 - Monniken en ridders
500 - 1000
De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid
Slide 1 - Slide
Hofstelsel met vroonland - dit is het land van de heer waarop gewerkt moet worden
en hoevenland - het land dat de horige zelf bewerkt en waarvan hij een deel van de oogst moet afstaan.
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Het hofstelsel
Is een economisch systeem
Waarbij boeren zich aansluiten bij een domein in ruil voor herendiensten en pacht betalen.
Daarvoor komt veiligheid terug.
Dit domein (hof) kan in handen zijn van een hoge of lage edelman, een rijke boer of een klooster.
Slide 4 - Slide
De abdij van Egmond als 'heer'
Graaf Dirk II en zijn opvolgers schonken de abdij ook veel land. Dat land lieten de monniken bewerken door horigen, totdat het hofstelsel in de 13e eeuw in verval raakte. Het hofstelsel regelde hoe de landbouwgrond gebruikt werd.
In het geval van Egmond was het land van de abdij. Maar de monniken konden niet zelf al het land bewerken. Dat lieten ze doen door horigen: zij bewerkten het land voor de abdij, en moesten een deel van de oogst aan de abdij geven. Ze mochten het land ook niet verlaten zonder toestemming! In ruil hiervoor kregen de horigen bescherming van de abdij.
Slide 5 - Slide
Belangrijk gevolg van de dalende landbouwproductie door de invallen van de Germanen in het Romeinse Rijk?
A
geen voedsel meer voor de steden
B
werkloosheid
C
stijgende prijzen
Slide 6 - Quiz
Het hofstelsel domein, herendiensten, pacht
Hofstelsel in een bron
heer, horigen
Slide 7 - Slide
Romeinse steden in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr)
A
bleven in de middeleeuwen in oorspronkelijke staat functioneren
B
werden flink kleiner
C
werden vervangen door Middeleeuwse steden
Slide 8 - Quiz
De geldeconomie in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr)
A
werd gedomineerd door goud
B
was gebaseerd op waardepapieren
C
was een stuk minder, er was voornamelijk ruilhandel
D
was verdwenen
Slide 9 - Quiz
De infrastructuur in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr)
A
functioneerde goed
B
werd uitgebreid
C
werd verwaarloosd
Slide 10 - Quiz
De veiligheid om te reizen in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr)
A
was niet te vertrouwen en viel grotendeels weg
B
was goed georganiseerd
C
was gegarandeerd
Slide 11 - Quiz
De handel in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr)
A
bloeide als nooit tevoren
B
werd gekenmerkt door stagnatie
C
speelde geen rol
D
verminderde sterk
Slide 12 - Quiz
Waardoor viel de landbouwstedelijke samenleving weg na de val van het Romeinse rijk? Primaire oorzaak
A
Er was geen bescherming meer, handel werd onveilig
B
De steden werden vernield
C
Er was geen geld meer waar mee gehandeld kon worden
D
De wegen werden niet meer onderhouden
Slide 13 - Quiz
Belangrijkste middel van bestaan in de tijd van monniken en ridders (500-1000 n.chr)
A
handel
B
landbouw
C
nijverheid
Slide 14 - Quiz
Schema over het hofstelsel
Slide 15 - Slide
Afsluiting:
Hofstelsel
standenmaatschappij
1 geestelijkheid - 2 adel - 3 boeren
(en burgers)
Slide 16 - Slide
Vraag!
Bekijk de video op de volgende dia.
De presentator wijkt af van de heersende opvatting
over de horigen in de tijd van Monniken en Ridders.
Waaruit blijkt dat?
Ga in op de heersende opvatting en noteer vervolgens twee aspecten die hier tegenin gaanl
Heersende opvatting - de opvatting die de meeste mensen hebben over een bepaalde kwestie