tweede wereldoorlog Natasja 1b

Wie was de aanstichter van de tweede wereldoorlog?
1 / 21
next
Slide 1: Open question
GeschiedenisPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Wie was de aanstichter van de tweede wereldoorlog?

Slide 1 - Open question

Wat wilde Hitler met de tweede wereldoorlog bereiken?
A
Alle joden en zigeuners dood
B
Uitroeiing van alle burgers
C
Werkgelegenheid creëren
D
Een Duits rijk met een zuiver Duitse bevolking

Slide 2 - Quiz

Hoe werden de aanhangers van Hitler genoemd?
A
kampbeulen
B
verraders
C
Ariërs
D
nazi's

Slide 3 - Quiz

Wanneer vielen de Duitsers Nederland binnen en wanneer was (heel) Nederland weer bevrijd?
A
mei 1930 - mei 1935
B
mei 1940 - mei 1945
C
april 1930 - april 1935
D
april 1940 - april 1945

Slide 4 - Quiz

Wie was de Nederlandse koningin tijdens de oorlog en waar verbleef zij tijdens de bezetting?
A
Koningin Wilhelmina; ze verbleef in Londen
B
Koningin Juliana; ze verbleef in Parijs
C
Koningin Wilhelmina; ze verbleef in Parijs
D
Koningin Juliana; ze verbleef in Londen

Slide 5 - Quiz

Welke maatregelen werden er genomen tegen de Joden?

A
Joden mochten niet meer fietsen en met de tram reizen.
B
Joden moesten een ‘jodenster’ op hun kleren dragen
C
Joden mochten niet meer in bepaalde winkels komen
D
Joden mochten niet meer in hun huis wonen

Slide 6 - Quiz

Jodenvervolging: welke volgorde is juist?
A
Oppakken - doorvoerkamp - concentratiekamp - vergassen.
B
concentratiekamp - oppakken - doorvoerkamp - vergassen
C
doorvoerkamp - oppakken - concentratiekamp - vergassen.
D
vergassen - doorvoerkamp - concentratiekamp - oppakken

Slide 7 - Quiz

Een bekend Nederlands doorvoerkamp was...
A
Mechelen
B
Sobibór
C
Auschwitz
D
Westerbork

Slide 8 - Quiz

Wat deden de Nederlandse verzetsstrijders?
A
De Duitsers tegenwerken, onderduikers helpen, informatie geven via 'Radio Oranje'
B
Samenwerken met de Duitsers, ondergedoken joden verraden.
C
Ze dropten voedsel m.b.v. vliegtuigen.
D
Ze organiseerden een grote, gezamenlijke aanval op de Duitsers.

Slide 9 - Quiz

Het 'achterhuis' is…

1 de titel van een boek, dat het dagboek van Anne Frank bevat.
2 de plek waar veel joden werden opgevangen, voor ze naar Polen gedeporteerd werden.
3 een huis in Amsterdam, dat achter het kantoor van Otto Frank zat

A
Alleen 1 en 3 zijn juist.
B
1, 2 en 3 zijn juist.
C
Alleen 2 en 3 zijn juist.
D
Alleen 1 en 2 zijn juist

Slide 10 - Quiz

Hoe lang heeft Anne Frank ondergedoken gezeten in het Achterhuis, voor zij en haar familie werden verraden?
A
1 jaar
B
2 jaar
C
3 jaar
D
4 jaar

Slide 11 - Quiz

Uit welk(e) land(en) kwam(en) de 'geallieerden'?
A
Japan
B
Duitsland en Oostenrijk
C
Italië, Oostenrijk en Spanje
D
Frankrijk, Engeland, Rusland, de Verenigde Staten en Canada

Slide 12 - Quiz

Waar staat het begrip 'D-day' voor en wat gebeurde er op deze dag?
A
D-day = Division-day. Legers werden gevormd
B
D-day = Demolishion-day. Rotterdam werd gebombardeerd
C
D-day = Decision-day. de geallieerden komen aan bij de kust van Normandië.
D
D-day = Direction-day. Op deze dag kreeg de oorlog een nieuwe wending.

Slide 13 - Quiz

Welk deel van Nederland werd het eerst door de geallieerden bevrijd?
A
Het gebied ten oosten van de IJssel.
B
Het gebied ten zuiden van de Rijn.
C
Het gebied ten noorden van de Rijn.
D
Het gebied ten westen van de IJssel

Slide 14 - Quiz

Waarom ging het spoorwegpersoneel in 1944 staken?
A
Geen aanvoer meer van wapens en soldaten voor de Duitsers
B
Geen eten en brandstof meer voor de Duitsers
C
Het werd te gevaarlijk
D
Het spoorpersoneel kreeg te weinig betaald

Slide 15 - Quiz

Hoe probeerden mensen in de hongerwinter aan eten te komen?
A
Bezittingen ruilen tegen eten
B
Ze aten gekookte en gestampte bloembollen.
C
Ze braken in bij winkels
D
Ze hadden voedselbonnen

Slide 16 - Quiz

Hoe kwamen de mensen in de hongerwinter aan brandstof?
A
Ze haalden het hout uit leegstaande huizen
B
Ze kapten de bomen.
C
Brandstof werd de hele winter door met schepen aangevoerd
D
Brandstof werd de hele winter door met treinen aangevoerd

Slide 17 - Quiz

Wat gebeurde er kort voor de bevrijding met Hitler (in Duitsland)?
A
De geallieerden namen Hitler gevangen
B
Hitler kwam om in de gevechten met de geallieerden
C
De geallieerden namen Hitler gevangen
D
Hitler pleegde zelfmoord

Slide 18 - Quiz

Hoeveel slachtoffers zijn er tijdens de Tweede Wereldoorlog gevallen?
A
Tussen de twintig en dertig duizend
B
Ongeveer zes miljoen
C
Ongeveer 17 miljoen.
D
Tussen de twintig en dertig miljoen

Slide 19 - Quiz

Waar in Nederland staat het Nationaal Monument?
A
Op de Dam in Amsterdam
B
Op het Domplein in Amsterdam
C
Op de Canadese begraafplaats in Holten
D
Kamp Westerbork

Slide 20 - Quiz

Waar op de wereld viel de eerste kernbom, die een definitief einde maakte aan de Tweede Wereldoorlog?
A
China
B
Rusland
C
Polen
D
Japan

Slide 21 - Quiz