Energie bronnen en energieomzettingen

Energie bronnen & energieomzettingen
1 / 51
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Energie bronnen & energieomzettingen

Slide 1 - Slide

Je kan de voor en nadelen van verschillende energiebronnen uitleggen.
Je kent het verschil tussen primaire en secundaire energiebronnen.
Je kan uitleggen waarom energie nooit verloren gaat.
Je kan uitleggen wat de invloed is van fossiele brandstoffen en bio brandstoffen op het mileu en het klimaat.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Energiebronnen

Slide 7 - Slide

Welke energiebronnen
ken je?

Slide 8 - Mind map

Primaire energiebronnen

Deze bronnen kunnen direct gebruikt worden zoals ze in de natuur voorkomen.

Bijvoorbeeld: kool, olie, aardgas, hout, uranium, de zon, wind, het getij, bergmeren en rivieren (hydro elektriciteit) en de warmte van de aarde zelf (geothermische energie).
Secundaire energiebronnen

Deze bronnen omvatten grondstoffen die opgeslagen zijn of omgezet in een andere energie vorm.

Bijvoorbeeld: petroleum, aardgas, kool, biomassa, stromend water, wind en zonnestraling. Deze brandstoffen kunnen direct worden gewonnen, geoogst of benut.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Natuurlijk gas
Nadeel
  1. geeft schade aan het ecosysteem
  2. niet duurzaam
  3. erg brandbaar
  4. transport is duur
  5. belangrijke oorzaak van koolmonoxide doden
Voordeel
  1. de schoonste fossiele brandstof
  2. relatief goedkoop
  3. makkelijk te transporteren
  4. makkelijk op te slaan
  5. grote voorraden
Fossiele brandstof
Fossiele brandstoffen worden gevormd uit plant en dier resten die gedurende miljoenen jaren worden samengedrukt onder de grond

Slide 12 - Slide

Voordeel
  1. makkelijk te verkrijgen via oppervlake mijning
  2. makkelijk om te transporteren
  3. direkt bruikbaar
  4. grote voorraden
  5. energie dicht
Nadeel
  1. luchtverontreinigend
  2. oorzaak van klimaat verandering
  3. niet duurzaam
  4. niet erg efficient
Steenkool
Fossiele brandstof
Fossiele brandstoffen worden gevormd uit plant en dier resten die gedurende miljoenen jaren worden samengedrukt onder de grond

Slide 13 - Slide

Olie
Voordeel
  1. goedkoop
  2. weinig landoppervlak nodig
  3. grote energie dichtheid
  4. makkelijk transporteerbaar
  5. relatief goedkoop
  6. efficient distributie systeem
Nadeel
  1. niet duurzaam
  2. luchtverontreiniging
  3. ecologische vervuiling
  4. watervervuiling
  5. ontbossing
Fossiele brandstof
Fossiele brandstoffen worden gevormd uit plant en dier resten die gedurende miljoenen jaren worden samengedrukt onder de grond

Slide 14 - Slide

Biomassa
Voordeel
  1. overal verkrijgbaar
  2. goedkoop
  3. duurzaam
  4. klimaat neutraal
  5. afval wordt omgezet in energie
De biomassa is overal te gebruiken en in te zetten naar de vraag.
De biomassa zorgt niet voor extra CO2 omdat de vrijgekomen CO2 weer wordt opgenomen door de nieuwe biomassa.


Nadeel
  1. veel ruimte (land) nodig
  2. niet echt schoon
  3. duur
  4. lastig om te transporteren
De biomassa (chemische energie) is energie die net als de fossiele brandstof een brandstof is. Er komt dus ook CO2 in de lucht.
De brandstof wordt alleen verkregen van organisch materiaal die nu leeft, dus wordt er bij het verkrijgen van de brandstof ook CO2 opgenomen. Dit noemen we CO2-neutraal.
Van biomassa kun je gas en olie producten maken en die kun je net zo inzetten als de fossiele brandstoffen.

Slide 15 - Slide

Voordeel
  1. kan goed aangepast worden aan de vraag
  2. geen broeikast effect
  3. slechts weinig nodig
  4. goedkoop en ruim voorradig
  5. goedkoop in gebruik
  6. relatief kleine installatie met veel energie opbrengst

Nadeel
  1. constructie is erg duur
  2. niet duurzaam
  3. afval product is echt een probleem
  4. duur indien fabriek wordt opgeheven
Nucleaire energie

Slide 16 - Slide

Wind energie
Voordeel
  1. geen vervuiling
  2. geen broeikast effect
  3. duurzaam
  4. investering geeft goed rendement
  5. er is veel wind
Nadeel
  1. ecologische schade (vogels en geluid)
  2. afhankelijk van de wind
  3. grondstoffen nodig voor de batterijen
  4. energie toevoer is onbetrouwbaar
  5. duur indien in de zee geplaatst

Slide 17 - Slide

Zonne energie
Voordeel
  1. geen vervuiling
  2. geen broeikas effect
  3. duurzaam
  4. lgoedkoop in onderhoud


Nadeel
  1. hoge aanschafkosten
  2. siezoensgebonden
  3. locatie beperkt
  4. geen energie in de nacht
  5. weinig energie tijdens bewolking
  6. onbetrouwbare energiebron
  7. veel materiaal nodig voor de batterijen

Slide 18 - Slide

Geothermische energie
Voordeel
  1. nauwelijks mileu vervuiling
  2. oneindige energiebron
  3. de warmte kan voor later gebruik worden opgeslagen
  4. hoog rendement
  5. kosteen effectief
Nadeel
  1. locatie afhankelijk
  2. waterverontreiniging
  3. hoge initiele kosten
  4. levensduur fabriek is onbekend

Slide 19 - Slide

Hydro-elektrische energie
Voordeel
  1. betrouwbare energiebron
  2. relatief goedkoop
  3. geen broeikas effect
  4. duurzaam
  5. makkelijk op de slaan
Nadeel

  1. constructie is erg duur
  2. grote ecologische schade op de vallei eronder
  3. negatieve invloed op het ecosysteem (vissen)
  4. droogtes zijn niet positief
  5. locatie afhankelijk (bergen)

Slide 20 - Slide

Getijde energie
Voordeel
  1. duurzaam
  2. geen vervuiling
  3. werking en onderhoud is niet duur
  4. energieproductie is voorspelbaar
  5. vrij hoge energie dichtheid
Nadeel
  1. vrij grote investering
  2. locatie afhankelijk
  3. ecologische impact op het zeeleven
  4. alleen gedurende enkele uren effectief

Slide 21 - Slide

Golf energie
Advantage
  • duurzaam
  • natuur vriendelijk
  • geen broeikas effect
  • veel gebieden zijn hiervoor geschikt waardoor landen minder afhankelijk zijn van andere energieproducerende landen
Nadeel
  1. niet alle locaties zijn even ideaal
  2. energieproductie is variabel
  3. visuele impact
  4. van invloed op het zeeleven
  5. geluidsoverlast

Slide 22 - Slide

Energie uit water (waerstof)
Voordeel
  • duurzaam
  • mileu vriendelijk
  • geen broeikaseffect
  • makkelijk op te slaan
  • goed transporteerbaar
  • makkelijk te produceren
  • energie rijk
  • grote voorraden
Nadeel
  • erg brandgevaarlijk
  • ontploffingsgevaar
  • technisch lastiger te controleren

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Duurzaam?
om de planeet leefbaar te houden moet de koolstof dioxode productie drastisch worden verminderd. 
Dat valt echter niet mee gezien het feit dat opkomende economien steeds meer energie nodig hebben en daarvoor voornamelijk gebruik maken van fossiele brandstoffen

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Slide 28 - Video

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Leg uit wat het verschil is tussen het natuurlijk broeikas effect en het versterkte broeikas effect. Zoek het eventueel op als je niet bekend bent met deze termen.

Slide 32 - Open question

Waarom is biomassa in de meeste gevallen
niet echt een duurzame energiebron?

Slide 33 - Open question

Wat zijn de grootste nadelen
van fossiele brandstoffen?

Slide 34 - Mind map

Door welk antwoord
wordt het broeikas effect het best verwoord?
A
het broeikas effect geeft aan de lucht en zee zijn blauwe kleur
B
Het broeikaseffect is het gevolg van industriele vervuiling
C
het broeikas effect ontstaat doordat infrarode straling gevangen raakt in de atmosfeer
D
het broeikaseffect wordt veroorzaakt door een gat in de ozon laag

Slide 35 - Quiz

Het broeikas effect is nodig voor de aarde omdat...
A
het beschermd ons tegen de ultraviolette straling van de zon
B
het zorgt ervoor dat de temperatuur van de aarde niet te warm wordt en niet te koud
C
het zorgt voor de zuurstof die we nodig hebben om te kunnen leven
D
het zorgt voor koolstofdioxide die de planten nodig hebben om te leven

Slide 36 - Quiz

In een windmolen vind de volgende energieomzetting plaatst
A
warmte → elektrische energie
B
zwaartekracht energie→ elektrische energie
C
zonne energie → elektrische energie
D
kinetic energie → elektrische energie

Slide 37 - Quiz

Which of the following is classified
as a non-renewable energy resource?
A
Nuclear power station
B
Wind turbine generator
C
Hydroelectric power station
D
Geothermal power station

Slide 38 - Quiz

The enhanced greenhouse effect
may be causing a gradual increase in
A
The amount of solar energy entering the Earth’s atmosphere
B
The amount of carbon dioxide in the Earth’s atmosphere
C
The amount of ultraviolet light reaching the Earth’s surface
D
The average temperature of the Earth’s atmosphere and surface

Slide 39 - Quiz

Which one of the following pairs of gases
are both greenhouse gases?
A
Carbon dioxide gas and water vapour
B
Carbon dioxide gas and oxygen gas
C
Nitrogen gas and carbon dioxide gas
D
Water vapour and oxygen gas

Slide 40 - Quiz

Selma is going to boil an egg.
When the water boils, the temperature
of the water will remain 100 °C.

This is because:
A
no more energy is absorbed by the water
B
supplied energy will be released to the surroundings
C
supplied energy is used to move molecules father away
D
supplied energy is getting destroyed

Slide 41 - Quiz

What are fossils anyway?
A
The remains of plants and animals
B
Old skeletons in the earth
C
The remains of dinosaurs
D
Old buildings like ruins

Slide 42 - Quiz

What kind of fossil fuels
are located in our Dutch soil
A
Oil, natural gas and coal
B
Coal and natural gas
C
Natural gas in Groningen
D
We do not have any fossil fuels left

Slide 43 - Quiz

What energy source
do we use most?
A
Wind energy
B
Solar energy
C
Biomass
D
Oil

Slide 44 - Quiz

What renewable energy source
do we use most?
A
Wind energy
B
Solar energy
C
Biomass
D
Oil

Slide 45 - Quiz

What fuel is not a fossil fuel?
A
oil
B
brown coal
C
charcoal
D
coal

Slide 46 - Quiz

What fuel is no biomass?
A
prunings of plants, shrubs and treetops
B
cooking fat
C
biodiesel
D
diesel

Slide 47 - Quiz

What disadvantage do
wind energy, solar energy, nuclear energy and hydro-energy have in common?
A
waste products
B
enhanced greenhouse effect
C
the need of ground sources to produce batteries
D
residu heat

Slide 48 - Quiz

Which one is not a greenhouse gas
A
Water vapor
B
Ozon
C
Carbondioxide
D
Nitrogen

Slide 49 - Quiz

Slide 50 - Slide

Slide 51 - Slide