Infographic en instructieve tekst

Welkom
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom

Slide 1 - Slide

Planning
  • Toestemming filmen
  • Lesdoel
  • Infographics bestuderen
  • Theorie instructieve teksten
  • Opdracht

Slide 2 - Slide

Lesdoel
Aan het eind van de les weet ik hoe ik informatie uit een infographic haal en wat een instructieve tekst is.

Slide 3 - Slide

Wat weten jullie nog?

Slide 4 - Slide

Informatie uit infographics halen

  • Kijk naar (tussen)koppen, pijlen, kleurgebruik en cijfers.
  • Lees de tekst
  • Waar gaat het over?
  • Wat is het doel?

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Instructieve tekst
Een instructieve tekst informeert je over hoe je iets moet doen. 
Bijvoorbeeld een gebruiksaanwijzing of recept. 

Informatie wordt stap voor stap gegeven, in de goede volgorde. 
Om de volgorde aan te geven worden signaalwoorden gebruikt. 


Slide 10 - Slide

Signaalwoorden die een volgorde aangeven
Eerst
Daarna
Vervolgens
Toen
Terwijl
Dan
Tot slot

Slide 11 - Slide

Technische handleiding
Een technische handleiding geeft informatie en instructie. Vaak met tekeningen of foto's om de informatie te verduidelijken.

Informatie: Je leest hoe een apparaat in elkaar zit en hoe het werkt.
Instructie: Je lees hoe je het apparaat moet gebruiken. 

Slide 12 - Slide

Controle theorie

Slide 13 - Slide

Wat kom je normaal gesproken niet tegen in een technische handleiding?
A
Reclame voor het apparaat
B
Tekeningen of foto's
C
Hoe je het apparaat moet gebruiken
D
Hoe het apparaat in elkaar zit

Slide 14 - Quiz

Wat is geen voorbeeld van een instructieve tekst?
A
Gebruiksaanwijzing
B
Technische handleiding
C
Nieuwsbericht
D
Recept

Slide 15 - Quiz

Welke signaalwoorden zie je vaak in een instructieve tekst?

Slide 16 - Open question

Opdracht
Wat: Lees tekst 1 en/of 2 en beantwoord daarbij de vragen.
Hoe: Je mag zacht overleggen of muziek in.
Tijd: 20 minuten
Klaar: Antwoordenblad halen en zelf nakijken. Hierna antwoordenblad terugbrengen en taalraadsel halen.
Uitkomst: Ik kijk even als je nagekeken hebt hoe het is gegaan.




Slide 17 - Slide

Opdracht 1
1   verslikking 
2   Voorbeelden van goede kenmerken zijn: 
  De informatie wordt stapsgewijs gegeven;  
  De volgorde van de stappen is dwingend;  
  De illustratie verduidelijkt de handeling. 
3   informeren en instrueren 
4   www.ehbo.nl 
5   Ja, dat is belangrijk. Je wilt weten of de bron deskundig is op dit gebied. Je kunt je geen fouten veroorloven. 

Slide 18 - Slide

6   Nee. Deze informatie veroudert niet: wat 20 jaar geleden hielp, zal nu nog helpen.  
7   stoot bij … borstkas hierbij 
 
8   a hoesten aanmoedigen; (Zolang kind blijft hoesten, hoef je verder niets te doen.)  
b stap één uit de instructie toepassen; als de stoot met de onderkant van de hand niet helpt, moet je stap twee en drie toepassen. Heb je nog geen succes? Dan moet je 1-1-2 bellen.  
  c naar de huisarts gaan ter controle  
  d 1-1-2 bellen 

Slide 19 - Slide

Opdracht 2
1   een rugzak (efficiënt) inpakken 
2   informeren en instrueren 
3   Hoe kun je een rugzak het beste inpakken? 
4   C 
5   C 


Slide 20 - Slide

6
Stap 1. Stop voorwerpen die je het minst gebruikt, bijvoorbeeld slaapzak, in het ondervak. 
Stap 2. Houd de zwaarste dingen (tent, water)  in het midden van de rugzak, in de buurt van de rug. Omring ze met lichte, zachte spullen. 
  Stap 3. Doe breekbare dingen als een camera in het midden. 
Stap 4. Pak dingen waar je snel bij moet kunnen (regenkleding, tussendoortjes) bovenop de andere spullen. 
Stap 5. Stop harde dingen als tentstokken en waterflessen in de zijvakken of onder de riemen aan de buitenkant. 

Slide 21 - Slide

7   De kleur geeft het zwaartepunt van de rugzak aan. 
8   Reden 1: het verstoort de stabiliteit (en dat leidt tot zwaardere belasting van rug- en beenspieren). 
 Reden 2: Je kunt jezelf of anderen verwonden, (bijvoorbeeld doordat je ergens achter blijft haken). 

Slide 22 - Slide

Taalraadsel
‘Het land van geen idee’ 
Een land hier heel ver vandaan, heet ‘Het land van geen idee’. Ze hebben er wel mensen, maar geen kinderen. Ze hebben wel vel, maar geen huid en geen vervoermiddelen, maar wel een auto en een brommer. Ze hebben wel computers, maar geen muis, beeldscherm en toetsenbord.  
Waarom heet dit land ‘Het land van geen idee’? 

Slide 23 - Slide

Lesdoel behaald?
Aan het eind van de les weet ik hoe ik informatie uit een infographic haal en wat een instructieve tekst is.

Slide 24 - Slide