M4 Voorbereiden SO3 - deel 1

Voorbereiden SO3 - Mavo 4
Hoofdstuk 1 

MAVO 4 

VOORBEREIDEN SO3

1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Voorbereiden SO3 - Mavo 4
Hoofdstuk 1 

MAVO 4 

VOORBEREIDEN SO3

Slide 1 - Slide

Lezen: oefenen!
Wat moet je kennen en kunnen van lezen:
  • De functies van de inleiding, kern en het slot
  • De geleerde begrippen in leerjaar 3 
Oefen examenteksten via Escapeweb

Slide 2 - Slide

Examenteksten oefenen!


Lees en leer de theorie in je boek op bladzijden 
203, 205, 209, 213, 214/215, 216/217, 220
Oefen examenteksten via Escapeweb

Slide 3 - Slide

Voorkennis
Hoofdzaken = wat in een tekst belangrijk is.
Waar staan hoofdzaken?
1. In de inleiding;
2. In het slot;
3. In de kernzin van elke alinea.

Kernzin = Het is meestal de eerste of laatste zin van een alinea.

De andere informatie uit een alinea is overige informatie, zoals een uitleg of een voorbeeld.

De tussenkopjes en andersgedrukte woorden helpen je de hoofdzaken te vinden.

Hoofdgedachte = het belangrijke van een tekst in één zin samengevat.
Je stelt de vraag: Wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd?

De hoofdgedachte staat vaak in de inleiding of in het slot.

Slide 4 - Slide

Inleiding van een tekst
1. Inleiding --> Het onderwerp wordt altijd genoemd.
Daarnaast wordt bijvoorbeeld:
  • De aanleiding genoemd (waarom wordt de tekst geschreven);
  • Een voorbeeld gegeven (over het onderwerp);
  • Een leuk, kort verhaaltje (=anekdote) verteld;
  • Een belangrijke vraag gesteld;
  • Een mening gegeven (over het onderwerp);
  • de hoofdgedachte van de tekst genoemd;
  • Een deskundige over het onderwerp geïntroduceerd;
  • Een korte samenvating van de tekst gegeven. 

Slide 5 - Slide

Middenstuk van een tekst
Er worden verschillende zaken behandeld die met het onderwerp te maken hebben = deelonderwerpen 

Slide 6 - Slide

Slot van de tekst 
In het slot van een tekst wordt bijvoorbeeld:
  • De hoofdgedachte van de tekst genoemd;
  • Een advies gegeven;
  • Een conclusie getrokken;
  • Een korte samenvatting van de tekst gegeven;
  • Een toekomstverwachting genoemd;
  • Een vraag uit de inleiding beantwoord.  

Slide 7 - Slide

Op welke manier wordt de inleiding uit de tekst ingeleid?
A
Door de aanleiding voor het schrijven van de tekst te noemen.
B
Door de opbouw van de tekst uit de leggen.
C
Door een mening (over het onderwerp) te geven.
D
Door vooraf een samenvatting van de tekst te geven.

Slide 8 - Quiz

Wat is de functie van de slotalinea in deze tekst?
A
Een advies geven.
B
Een conclusie trekken.
C
Een samenvatting van de tekst geven.
D
Een toekomstbeeld schetsen.

Slide 9 - Quiz

Op welke manier wordt de inleiding uit de tekst ingeleid?
A
De hoofdgedachte van de tekst wordt genoemd.
B
Er wordt een belangrijke vraag gesteld.
C
Er wordt een samenvatting van de tekst gegeven.
D
Er wordt een voorbeeld bij het onderwerp genoemd.

Slide 10 - Quiz

Wat is de functie van de slotalinea?
A
Een advies geven.
B
Een conclusie trekken.
C
Een samenvatting van de tekst geven.
D
Een toekomstbeeld schetsen

Slide 11 - Quiz

Hoe heb je deze test gemaakt?
Is het voldoende? Leg uit.

Slide 12 - Open question

Wat heb jij nog nodig of moet je nog doen om SO3 goed te maken?

Slide 13 - Open question