3.4 Hoe sterk sta je op de markt?

§ 3.4 Hoe sterk sta je op de markt?
1 / 26
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

§ 3.4 Hoe sterk sta je op de markt?

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Terugblik
§ 3.3  Productie
  1. Arbeidsproductiviteit 
  2. Productiecapaciteit
  3. Maatschappelijke opbrengsten en maatschappelijke kosten 


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen de arbeidsproductiviteit en productiecapaciteit?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Meer productie per persoon
Arbeidsproductiviteit = de productie per persoon in een bepaalde tijd. Hoe meer een werknemer in een bepaalde periode kan produceren, hoe productiever hij/zij is. Als een werknemer in dezelfde tijd meer gaat produceren, dan is dit een stijging van de arbeidsproductiviteit.

Berekening arbeidsproductiviteit:







Slide 4 - Slide

De arbeidsproductiviteit bereken je per persoon. De periode waarvoor je de arbeidsproductiviteit berekent, kan verschillen. Bijvoorbeeld per jaar, per week, per dag of per uur.
Jos, Stan en Piet bezorgen samen per jaar 234.000 pakketjes. Ze werken alle vijf dagen per week.

Hoeveel is de arbeidsproductiviteit per dag?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Productiecapaciteit
Productiecapaciteit = de maximale hoeveelheid producten die een bedrijf kan maken.

De productiecapaciteit hangt af van:
  1. het aantal mensen dat in het bedrijf werkt
  2. het aantal uren dat zij werken
  3. de kapitaalgoederen die gebruikt worden



 

Slide 6 - Slide

Als alle werknemers volledig aan het werk zijn en alle kapitaalgoederen (machines) gebruikt worden, dan is je productiecapaciteit voor 100% benut.
Noem twee manieren om de arbeidsproductiviteit toe te laten nemen.

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Herhaling leerdoelen § 3.4 
Aan het eind van de les kun je:
- Beschrijven wat vraag en aanbod op de markt is
- Het marktaandeel van een bedrijf berekenen
- Beschrijven hoe bedrijven hun marktaandeel kunnen vergroten
- Uitleggen hoe bedrijven bij hun productie rekening houden met mens en milieu

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

De markt bepaalt de prijs
Bij economie is een markt vooral: alle vraag en aanbod van een product. (huizenmarkt, arbeidsmarkt, grondstoffenmarkt).

Het Aanbod = alles wat producenten te koop aanbieden.
Vraag: de hoeveelheid producten die mensen willen kopen.



Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Vraag en aanbod bepalen de prijs


Als vraag en aanbod veranderen, heeft dat gevolgen voor de prijs:
-Als de vraag toeneemt terwijl het aanbod gelijk blijft, stijgt de prijs.
-Als het aanbod toeneemt terwijl de vraag gelijk blijft, daalt de prijs.


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Veranderingen vraag & aanbod
De vraag kan veranderen door:
- Bevolkingsgroei -> vraag stijgt
- Meer werkloosheid -> vraag daalt

Het aanbod kan veranderen door:
- Tekort aan grondstoffen -> aanbod daalt
- Meer producenten -> aanbod stijgt







Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Prijzen in een markt worden bepaald door
A
Vraag
B
Aanbod
C
Vraag en aanbod
D
Inkoopprijzen

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Mensen die hun huis te koop hebben staan, zorgen voor ....
A
Aanbod
B
Vraag

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Bevolkingsgroei zorgt voor ...
A
Verandering in de vraag
B
Verandering in het aanbod

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Als de winters warmer worden zal de prijs van gas...
A
Dalen
B
Stijgen
C
Gelijk blijven
D
Gas zal verdwijnen

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een marktaandeel?

Slide 16 - Mind map

This item has no instructions

Marktaandeel
Marktaandeel = de afzet van jouw bedrijf in procenten van de totale afzet op de markt. (óf je omzet in producenten van de totale omzet). 

Berekening:


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld

Slide 18 - Slide

65.640 ; 547.000 x 100%= 12%
Hoe een groter marktaandeel?
  1. door het inzetten van marketinginstrumenten (de 6 P’s)
  2. overname van een ander bedrijf
  3. fusie: het samengaan van bedrijven: samen vormen ze 1 nieuw bedrijf

Slide 19 - Slide

prijs, product, plaats, promotie, personeel en presentatie
Een marktaandeel is:
A
Je afzet in procenten van de totale afzet op de markt. Of je omzet in procenten van de totale omzet.
B
Hoeveel afzet een onderneming heeft in een maand ten opzichte van het vorige jaar.
C
Hoeveel winst een onderneming heeft behaald in een bepaalde periode
D
Aandelen van de markt

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Marktaandeel bereken je door ......
A
eigen afzet : totale afzet x 100%
B
omzet totale markt/ omzet bedrijf

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

De vuurwerkkoning verkoopt 25.000 kg vuurwerk. In totaal wordt er 500.000 kg vuurwerk verkocht. Bereken het marktaandeel van de vuurwerkkoning.

Slide 22 - Open question

25.000 : 500.000 x 100% = 5%
De afzet van Apple is 3 miljoen Smartphones per jaar.
In totaal worden er wereldwijd 12 miljoen smartphones per jaar verkocht.
Wat is het marktaandeel van Apple?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Verantwoord produceren
 Maatschappelijk verantwoord ondernemen (mvo): 
Bedrijven houden bij hun productie rekening  met de gevolgen voor mens en milieu.

Verkopen geen producten die gemaakt zijn met kinderarbeid. 
Of producten die schade aan het milieu veroorzaken.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
Nakijken
Paragraaf 3.4
Opdrachten blz. 86 t/m 89

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Lesdoelen behaald? (vraag en aanbod, 
 marktaandeel betekenis + berekening+ hoe te vergroten &
 mens en milieu)


Huiswerk: opdrachten blz. 86 t/m 89
Vragen?

Slide 26 - Slide

This item has no instructions