LB-WW Basis Deel 1 - H6 - Jodendom en christendom - Les 5

[Aandachtsrichter]
1 / 12
next
Slide 1: Slide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

[Aandachtsrichter]

Slide 1 - Slide

WW Basis Deel 1-H6
christendom
Les 5

Slide 2 - Slide

Huiswerk bespreking 
Lezen:
par. 3.1 Hoe zag Jezus eruit?, p.118-122

Maken:
Opdr. 21a, 23a+b, 24a en 26

Slide 3 - Slide

Opdr. 21a
Mensen

Slide 4 - Slide

Opdr. 23a
Jezus wordt gezien als het paaslam dat geofferd wordt. Op oude voorstellingen wordt Jezus vaak als lam afgebeeld, soms met een overwinningsvaandel als teken dat hij zegeviert: de dood heeft overwonnen. 

Slide 5 - Slide

Opdr. 23b
Het lam heeft een nimbus. Dit is een gouden of goudkleurige cirkelvormige schijf die achter het hoofd van Christus of heiligen geplaatst wordt. Nauw verwant hiermee: aureool, een licht- of stralenkrans. Vaak boven het hoofd (of om het hele lichaam) van goddelijke figuren of heiligen.  

Slide 6 - Slide

Opdr. 24a
1. De nimbus (of aureool), gouden cirkelvormige schijf achter het hoofd van de herder.

2. De staf is in de vorm van een kruis.
3. De kleding: een purperen mantel bedekt een tunica van goud. Niet bepaald kleding voor een herder
4. De schapen (mensen) richten zich allemaal tot de herder (Goede Herder). 


Slide 7 - Slide

opdr. 25, p.121  
1. Deze Christus met harnas en mantel draagt een kruis dat op zijn schouder rust. Het lijkt de plaats in te nemen van een lans of ander wapen. Het kruis is hier een overwinningsteken, net als bij Constantijn.



2. Hij heeft een nimbus (aureool) met daarin een kruis verwerkt, een zogenaamde kruisnimbus.
3. Mogelijk merken leerlingen op dat de soldaat op een leeuw en slang staat. Heeft dat misschien ook nog een betekenis? Hij vertrapt inderdaad een leeuw en een slang, beide symbolen van het kwaad. 

Slide 8 - Slide

Opdr. 26
De eerste voorstelling: in de vierde eeuw is Christus jong en baardloos (na het jaar 359). Maar hij is duidelijk een leermeester op een troon. Hij wordt geflankeerd door Petrus en Paulus evenals op de derde afbeelding.

Op de tweede voorstelling is Jezus een jonge heerser, hoog verheven, in de hemel. Vergelijk het uitspansel en de engelen.
In de derde voorstelling wordt Jezus afgebeeld tussen Petrus en Paulus maar nu als
1. een streng heerser
2. Hij draagt een baard
3. Jezus is duidelijk geen jongeling meer zoals op de eerdere afbeeldingen. 




Slide 9 - Slide

LVB
afhebben: 
LVB-Opdracht 3.2: Interview een christen 

Een begin maken met:
LVB-Opdracht 3.3: Vijf liedjes

Slide 10 - Slide

Deze les werken we aan:
Lezen:
lezen par. 3.2, p.122 t/m p.125

Maken:
Opdr. 27, 29a+b, 30 en 31, p.123 t/m 126

Slide 11 - Slide

Huiswerk: 
Lezen:

lezen par. 3.2, p.122 t/m p.125

Maken:
Opdr. 27, 29a+b, 30 en 31, p.123 t/m 126 

LVB: 
begin maken met LVB-Opdracht 3.3 Vijf liedjes

Slide 12 - Slide