vmbo-T Geluid les 2

Wat gaan we vandaag doen?
  1. We gaan nog even terug naar les 1 --> antwoord op opgave 10!
  2. Aan het einde van de les kun je exact bepalen hoever een onweersbui van je vandaan is.
  3. Je krijgt informatie over de eindopdracht: samenvatting in PowerPoint.
1 / 15
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Wat gaan we vandaag doen?
  1. We gaan nog even terug naar les 1 --> antwoord op opgave 10!
  2. Aan het einde van de les kun je exact bepalen hoever een onweersbui van je vandaan is.
  3. Je krijgt informatie over de eindopdracht: samenvatting in PowerPoint.

Slide 1 - Slide

1

Slide 2 - Video

Een geluidsbron veroorzaakt trillingen.

Deze trillingen verplaatsen zich via een tussenstof (meestal lucht) naar de ontvanger.

Slide 3 - Slide

00:12
Wat gebeurt er met het geluid als de lucht onder de stolp wordt weggepompt?

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Video

De snelheid waarmee het geluid zich door de lucht verplaatst is:
A
34 m/s
B
340 m/s
C
3400 m/s

Slide 6 - Quiz

Je kunt eenvoudig nagaan hoe ver een onweersbui bij je vandaan is. Tel het aantal seconden tussen een bliksemflits en de donder en deel dit aantal door 3. De uitkomst is de afstand in kilometers.
Hoelang doet het geluid dan over 1 km?
A
1 s
B
3 s
C
6 s
D
9 s

Slide 7 - Quiz

De geluidsnelheid in de lucht is 340 m/s.
Uit de vorige vraag heb je berekend dat het geluid 3 s doet over 1 km (=1000 m).

Doet het geluid er in werkelijkheid langer of korter over?
A
langer
B
korter

Slide 8 - Quiz

340 m/s vs. (1000:3) 333 m/s

In werkelijkheid is het geluid ongeveer 7 m/s sneller,

dus het geluid doet er iets korter over!

Het onweer is dus ietsje dichterbij dan dat je dacht...

Slide 9 - Slide

SONAR

Snelheid van geluid in water = 1500 m/s.

 
Op veel schepen wordt sonar gebruikt om de diepte van de zee te meten.
Een geluidsbron zendt onder water pulsen uit, deze weerkaatsen op de zeebodem en worden door een ontvanger weer opgevangen.
Het sonar systeem meet de tijd tussen zenden en ontvangst.
Stel: Een sonar systeem meet 0,5 s tussen zenden en ontvangen.
Hoe groot is de afstand die het geluid heeft afgelegd?
Hoe diep is de zee op deze plaats?

Slide 10 - Slide

Snelheid geluid in water = 1500 m/s
Sonar geluid 0,5 s na zenden weer ontvangen.

Wat is de totale afstand die het geluid heeft afgelegd?

Hoe diep is de zee op die plaats?

Slide 11 - Open question

Antwoord:
Snelheid = 1500 m/s
tijd = 0,5 s

De afgelegde afstand is dan 1500 : 2 = 750 m

Het geluid gaat heen en weer! 
Dus de afstand tot de bodem is dus de helft van de totaal afgelegde afstand.

Diepte = 750 : 2 = 375 m


Slide 12 - Slide

Geluid verplaatst zich met 340 m/s (ruim 1200 km/u) door de lucht.







Dit is langzaam, want door andere stoffen gaat het geluid vaak nog sneller; bv. water = 1500 m/s ( 5400 km/u)

(Zie ook H7.1 PLUS in je boek op blz. 105)

Slide 13 - Slide

Samenvatting in PPT = eindopdracht

Elke week evaluatie/feedback
  1. Je maakt een samenvatting van elke paragraaf in het hoofdstuk op 1 aparte PPT slide.
  2. Duidelijk het nummer en titel van de paragraaf vermelden.
  3. Geen knip en plak werk! Gebruik eigen woorden.
  4. Kort en krachtig (duidelijk).
  5. Illustreer met  plaatjes van het internet, gebruik niet die van het boek.
  6. Beoordeling op inhoud, opmaak en op deadlines!

Slide 14 - Slide



Huiswerk volgende les:
- Samenvatting H7.1

Meenemen volgende les:
- Klein spiegeltje

Succes en tot donderdag!

Slide 15 - Slide