A31 - Dienstag, den 8.2.2022

Deutschunterricht
Dienstag, den 8.2.2022
1 / 37
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Deutschunterricht
Dienstag, den 8.2.2022

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
  • Ik ken de woorden van Wörterliste A & B.
  • Ik kan de werkwoorden 'haben', 'sein', 'werden' vervoegen in de tegenwoordige tijd EN de verleden tijd.
  • Ik maak kennis met de Plauderecke C.

  • Ik oefen met leesvaardigheid.

Slide 2 - Slide

Lesdoel

  • Ik ken de woorden van Wörterliste A & B.

Slide 3 - Slide

1. der Alltag
A
de oude dag
B
het dagelijkse leven
C
het heelal

Slide 4 - Quiz

2. versagen
A
zeggen
B
verhalen
C
beloven
D
falen

Slide 5 - Quiz

3. daarom
A
trotzdem
B
innerhalb
C
deswegen
D
bereits

Slide 6 - Quiz

4. vaak
A
fach
B
winzig
C
häufig
D
außerhalb

Slide 7 - Quiz

5. er is, er zijn

Slide 8 - Open question

6. graag

Slide 9 - Open question

7. het vuilnis

Slide 10 - Open question

8. die Entscheidung

Slide 11 - Open question

9. der Schnee

Slide 12 - Open question

10. riesig

Slide 13 - Open question

Lesdoel

  • Ik kan de werkwoorden 'haben', 'sein', 'werden' vervoegen in de tegenwoordige tijd.

Slide 14 - Slide

11. werden - Das Wetter ___ prima.

Slide 15 - Open question

12. haben - Frau Schubert ___ am Montag frei.

Slide 16 - Open question

13. haben - Da ___ ich wieder mal
Glück gehabt.

Slide 17 - Open question

14. werden - Mit wem ___ ihr nach Hamburg gehen?

Slide 18 - Open question

15. sein - Warum ___ du nicht mitgegangen?

Slide 19 - Open question

Lesdoel

  • Ik kan de werkwoorden 'haben', 'sein', 'werden' vervoegen in  de verleden tijd.

Slide 20 - Slide

16. haben - Ich ___ gestern Zeit

Slide 21 - Open question

17. haben - Am Vormittag ___ wir Vorlesungen.

Slide 22 - Open question

18. sein - Wo ___ du so lange?

Slide 23 - Open question

19. sein - Die Touristen ___ gestern im Schloss Moritzburg.

Slide 24 - Open question

20. werden - Ich ___ bei dem Lesen der Nachricht blass.

Slide 25 - Open question

21. sein - Das Wetter ___ dieses Jahr echt schön.

Slide 26 - Open question

22. haben - Warum ___ du gestern keine Zeit?

Slide 27 - Open question

23. werden - Wir ___ vom vielen Schreien heiser.

Slide 28 - Open question

24. sein - Alle Passagiere ___ während des Unwetters seekrank.

Slide 29 - Open question

25. werden - Im Laufe der Zeit ___ aus ihrer Freundschaft Liebe.

Slide 30 - Open question

Lesdoel

  • Ik maak kennis met de Plauderecke C.

  • Zoek het juiste antwoord bij de vraag. 

Slide 31 - Slide

Wie war das Wetter letztes Wochenende?
Wie sind die Aussichten für morgen?
Was ist deine Lieblingsjahreszeit?
Wie ist das Wetter im Frühling in Deutschland?
Warum zitterst du so?
Würdest du wegen des Klimas auswandern?
Nein, mir gefällt mein Land trotz Regen.
Im Süden ist es meistens warm.
Es wird schön.
Es hat den ganzen Tag geregnet.
Ich mag den Sommer, weil ich die Sonne liebe.
Mir ist kalt.

Slide 32 - Drag question

Leesvaardigheid

  • Nakijken vraag 1 t/m 13 
  • Verder werken aan het examen in Google Forms

Slide 33 - Slide

Leesvaardigheid
Pak je examen erbij en kijk de vragen bij tekst 1 en 2 na:
1. D
2.
1
d
2
e
3
a
4
c
5
b

Slide 34 - Slide

Leesvaardigheid
3. C
4. 3
5. B
6. D
7.
1
niet
2
niet
3
wel
4
wel
De antwoorden op de vragen bij tekst 3.

Slide 35 - Slide

Leesvaardigheid
8. C
9.



10. Es ist
11. D
12. A
13. B
1
wel
2
wel
3
niet
4
niet
De antwoorden op de vragen bij tekst 4.

Slide 36 - Slide

Leesvaardigheid
TL-examen 2017

  • Open Google Forms (via Teams)
  • Lees tekst 6, 7, 8 
  • Maak vraag 14 t/m 21

Slide 37 - Slide