(2mavo) H2 slaven op plantages paragraaf 1 deel 1

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Planning:

• Introductie
• Uitleg paragraaf 1 H2: Antillen en Suriname + dwangarbeid in Amerika blz. 26 tekstboek
• maken opdracht 1 t/m 5 paragraaf 1 blz. 18/19
• nabespreken paragraaf 1
  
• afsluiting

Aan het einde van de les kan/weet je:

• hoe ontstond de slavenhandel
  

Wat weet jij eigenlijk van slavernij?

uitleg/aantekeningen

Waarom slavernij?

• Veel plantages lagen in Zuid-Amerika en waren bezit van Europeanen
• Plantageprducten, zoals koffie, tabak, katoen en suiker, zijn erg populair in Europa
• Om de producten te verbouwen waren veel landarbeiders nodig.
• De oorspronkelijke bewoners van dit gebied waren volgens de Europeanen 'ongschikt' voor deze arbeid...of al uitgemoord in de eeuwen ervoor...

Opkomst kolonialisme

• Richting het jaar 1500
  steeds meer ontdekkingsreizen
  
  
• Christoffel Columbus
• (India)nen en Amerika
  
  
• Doel van de kolonisten

Plantages en
kolonialisme

• Afbeelding 7 
• Kleine bootjes in binnenland     -->
• Ander klimaat in Amerika!
  
• Suiker, tabak, katoen, koffie, thee en kleurstof.
• Suikerrietplantage                          -->

Plantages en
kolonialisme

• Kolonies van Europese landen in Amerika. (Kolonialisme)
• Oorspronkelijke bevolking van koloniën teruggedrongen naar het binnenland

Antillen en Suriname

De Nederlandse Antillen

Bestaan uit deze landen.

•  Aruba, Curaçao & Sint Maarten, Sint Eustatius, Bonaire
• Te droog voor landbouw -> opslag en  doorverkoop slaven
  

Suriname

- Slaven werken op plantages

- Nederland verdient veel geld aan de kolonie

- Producten: suiker, cacao, koffie, tabak, katoen

De meeste slaven werden onmenselijk behandeld!

-Kleine groep slaven werden beter behandeld ->vakman: mestelaar, timmerman Huisslaaf, maar nog steeds een slaaf..

zelfstandig werken

lezen paragraaf H2 Antillen en Suriname + dwangarbeid in Amerika
maken opdracht 1 t/m 5 paragraaf 1 H1
gebruik hierbij:
tekstboek blz. 25
werkboek blz. 35/36
stoplicht: Rood = stil lezen en werken. Oranje = fluisteren als je wilt overleggen. Groen = normaal praat niveau met werken

herhalen/nabespreken