Werkveldoriëntatie

1 / 31
next
Slide 1: Slide
BiologieVoortgezet speciaal onderwijs

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 8 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Helpende in de zorg

Slide 2 - Slide

Wat houdt het in?
Als Helpende Zorg en Welzijn help je en verzorg je mensen 
(MBO niveau 2) 
Na je opleiding kun je veel kanten uit. Je kunt bijvoorbeeld aan de slag bij een kinderopvangcentrum, een instelling voor gehandicapten, of een verzorgings- of verpleeghuis. Doordat de opleiding heel breed is, werk je met veel verschillende soorten cliënten. 

Slide 3 - Slide

Helpende instelling 
In je werk als helpende heb je vaak te maken met ouderen die door de achteruitgang van hun gezondheid niet meer alle zorgtaken zelf kunnen uitvoeren. Zieke mensen of mensen met beperkingen hebben soms hulp nodig om thuis te kunnen blijven functioneren. 
Je ondersteunt deze mensen bij huishoudelijk werk. Daarnaast heb je ook een beperkt aantal verzorgende taken, zoals aan- en uitkleden, verzorging van het haar, het geven van mondverzorging en het helpen bij het eten. Als mensen slecht ter been zijn, help je hen in en uit bed stappen. 

Het uitgangspunt bij al je werkzaamheden is steeds dat de mensen voor wie je zorgt, zoveel mogelijk taken zelf blijven uitvoeren. Daarin stimuleer je hen zoveel mogelijk.  
Als helpende in een instelling doe je huishoudelijk werk in de kamers van bewoners van bijvoorbeeld verzorgingshuizen, verpleeghuizen of een woonvorm voor mensen met een lichamelijke of verstandelijke handicap. Daarnaast breng je maaltijden rond en verricht je verzorgende taken.

Slide 4 - Slide

Helpende thuiszorg 


Oudere of zieke mensen en mensen met beperkingen (gehandicapten) hebben soms hulp nodig om thuis te kunnen blijven functioneren. Als buren, familie en vrienden er niet meer voor kunnen zorgen dat de dagelijkse gang van zaken goed verloopt, biedt de thuiszorg de hulp die nodig is. 
Als degene die gewoonlijk het huishouden doet ziek is geworden of gehandicapt is, neem jij als helpende in de thuiszorg de zorg hiervoor over. Daarnaast heb je ook een beperkt aantal verzorgende taken. 
Bij je huishoudelijke werkzaamheden horen bijvoorbeeld afwassen, strijken en boodschappen doen. 

Omdat je bij mensen thuis werkt, houd je zoveel mogelijk rekening met de wensen en gewoontes van de mensen bij wie je werkt. Naast huishoudelijke taken verricht je – in beperkte mate – verzorgende taken zoals aan- en uitkleden, verzorging van het haar, het geven van mondverzorging en helpen bij het eten. 

De mensen die je helpt zijn vaak ouderen, maar je kunt ook zieken, mensen met beperkingen (gehandicapten) of andere hulpbehoevenden helpen. Af en toe tijd maken voor een praatje is wel zo gezellig en bovendien belangrijk voor het verlenen van goede hulp.  

Het uitgangspunt bij je werkzaamheden is steeds dat de cliënt zoveel mogelijk taken zelf blijft uitvoeren. Daarin stimuleer je de mensen voor wie je zorgt zoveel mogelijk.

Slide 5 - Slide

Helpende welzijn 
Als helpende welzijn werk je met mensen die zich in hun leefomgeving niet helemaal zelfstandig kunnen redden. Bijvoorbeeld met ouderen of mensen met een beperking, maar je kunt ook met kinderen werken. De inhoud van je werk is afhankelijk van het soort instelling waarvoor je werkt en van de cliënten met wie je te maken hebt. 
Kenmerkend aan het beroep van helpende welzijn in de ouderenzorg is dat je meer bezig bent met het welzijn van de cliënt dan met de algehele verzorging. Dit in tegenstelling tot het beroep helpende (gezondheidszorg), waarbij je juist meer licht verzorgende taken uitvoert. Voor beide beroepen geldt dat je ook allerlei huishoudelijke taken uitvoert. In de gehandicaptenzorg houd je je bezig met de algehele ondersteuning. Je begeleidt en verzorgt de cliënten bij verschillende activiteiten. Wanneer je bijvoorbeeld met ze gaat zwemmen, help je naast de begeleiding in het zwembad ook met het aan- en uitkleden. 




Een kopje koffie zetten of de maaltijd verzorgen behoren tot de werkzaamheden van de helpende welzijn, maar bijvoorbeeld ook het gezellig maken en schoon houden van de kamer van de cliënt. Ook kun je denken aan het draaien van een bardienst in de kantine, het organiseren van activiteiten als een bingoavond of een verjaardagsfeestje en het bedenken van spelletjes voor kinderen.  
Je werkt nauw samen met je collega’s. Je bent tenslotte helpende. Dat houdt in dat je niet alleen je cliënten helpt, maar je assisteert ook de andere zorgverleners en begeleiders. Je ondersteunt hen bij hun werkzaamheden en krijgt leiding van hen.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Zweminstructeur

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Opleiding zweminstructeur NBZ
Werken met kinderen is leuk en geeft heel veel voldoening! 
Nederland -> waterrijk land -> leren zwemmen is noodzakelijk!
De meeste kinderen leren zwemmen via de opleidingsweg en diplomalijn van het zwem ABC. Tijdens de opleiding worden verschillende zwemwerkplannen en zwemlesmethodes behandeld. Hierdoor krijg je een brede basis. Na het volgen van de opleiding ben je in staat om zelfstandig zwemles te geven aan kinderen en volwassenen in zowel particulier als schoolverband.  

Slide 11 - Slide

Servicemedewerker Sport & Evenementen (bol, mbo)  
Wat doe je in dit beroep? 
Je werkt bij een fitnesscentrum, zwembad of evenementenorganisatie. Je begrijpt de wensen en behoeften van klanten of gasten en staat voor hen klaar. Ook assisteer je bij allerlei uitvoerende werkzaamheden. 
Is dit iets voor mij? 
Je staat graag voor mensen klaar en hebt door wat de wensen en behoeften van anderen zijn. Wil jij een afwisselende baan? Ben je flexibel, heb je een open houding en aandacht voor mensen?

Slide 12 - Slide

Sport- en Bewegingsleider (bol, mbo)  
Wat doe je in dit beroep? 
Je verzorgt zelfstandig sport- en bewegingsactiviteiten en je begeleidt groepen mensen die bewegen en sporten. Ook organiseer je wedstrijden, toernooien en evenementen.  
Is dit iets voor mij? 
Je bent sportief en staat graag voor een groep. Ook help je graag mensen om op de juiste manier te bewegen. Hou je van organiseren? Dan is de opleiding sport- en bewegingsleider iets voor jou.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Kinderdagverblijf

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Pedagogisch medewerker kinderopvang 
Beroepsbeeld: waar werk je en wat doe je? 

Je bent graag met kinderen bezig en kunt goed organiseren. Die eigenschappen komen prima uit de verf wanneer je een functie krijgt als pedagogisch medewerker kinderopvang. Je doet dat werk in een kinderdagverblijf, een peuterspeelzaal of de buitenschoolse opvang. Afhankelijk van je werkplek verzorg en begeleid je baby’s, peuters of kinderen in groepsverband. Je zorgt voor een veilige, gezellige en uitdagende speel- en leeromgeving. Je begeleidt hen bij hun creatieve ontwikkeling. Doet sport- en spelactiviteiten met hen. Of een taalspelletje, iets met muziek of toneelspelen. Bij alles wat je doet, staat de ontwikkeling van de kinderen voorop. Daarover heb je regelmatig contact met de ouders of andere opvoeders. 

Slide 18 - Slide

Opleidingsinhoud  
  
De opleiding begint met een basisdeel, daarin houd je je bezig met ontwikkelingspsychologie, communicatievaardigheden en creatieve activiteiten. Daarna volg je jouw profiel in de kinderopvang. Je leert kinderen van 0 tot 13 jaar te begeleiden in hun dagelijkse doen en laten buitenshuis. Je zorgt voor een veilige en uitdagende speelomgeving. Hygiëne is hierbij belangrijk. Je doet met de kinderen activiteiten die hun ontwikkeling bevorderen. Tijdens de opleiding kun je een aantal keuzedelen doen. Zij maken het mogelijk om je kennis verder te verdiepen.

Slide 19 - Slide

Gezondheidszorg

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Verpleegkundige
Je wilt er zijn voor anderen. Dan ben je helemaal op je plek in een verzorgings- of verpleeghuis, in de thuiszorg of in het ziekenhuis. Als verpleegkundige ben je daar verantwoordelijk voor de lichamelijke verzorging en begeleiding van de zorgvragers. Daarnaast geef je injecties, breng je infusen aan en verzorg je wonden.

Slide 23 - Slide


Dit werk kun je als verpleegkundige ook doen in een ziekenhuis of een psychiatrisch centrum.  Je let niet alleen op hun gezondheid, maar ook op hun woonsituatie en hun welzijn. Hierover onderhoud je met de zorgvragers en hun familie een intensief contact.Het zijn zaken die voor hen – en dus ook voor jou – belangrijk zijn. 

Slide 24 - Slide


Wonden schoonmaken. Verbanden aanleggen. Medicijnen toedienen. Een injectie geven. Het zijn zo maar wat verpleegtechnische handelingen die je leert tijdens de opleiding Verpleegkundige. Daarnaast leer je ook hoe je verpleegkundige zorg plant en coördineert. Hoe je gezondheidsvoorlichting geeft. 
Als verpleegkundige wil je er zijn voor anderen. Dat betekent dat je goed moet kunnen luisteren. Dat je goed moet kunnen omgaan met allerlei typen zorgvragers. Daarom besteed je in de opleiding veel aandacht aan je sociale vaardigheden.

Slide 25 - Slide


De opleiding is breed opgezet. Aan het eind kies je voor een specialisatie in een werkgebied. Dat kan de zorg zijn in een ziekenhuis, verpleeghuis of verzorgingshuiszorg. Ligt de thuiszorg je beter, dan kies je daarvoor. Misschien trekt de zorg voor mensen met een beperking of met psychische problemen jou. Dan specialiseer jij je in de geestelijke gezondheidszorg. Na de opleiding kun je in vrijwel elke zorginstelling gaan werken.

Slide 26 - Slide

BOL
BOL staat voor Beroepsopleidende Leerweg. Dat houdt in dat ongeveer zeventig procent van de onderwijstijd binnen school wordt verzorgd en daarnaast de student stage loopt bij een erkend leerwerkbedrijf.

Slide 27 - Slide

BBL
BBL staat voor Beroepsbegeleidende Leerweg. In deze variant zit je maar een of twee dagen per week op school en werk je minimaal 640 uur (per schooljaar) in een erkend leerbedrijf. Zorg ervoor dat je voor de start van je studie een erkend leerwerkbedrijf hebt.

Slide 28 - Slide

Welk MBO niveau is helpende in de zorg?
A
MBO 1
B
MBO 2
C
MBO 3
D
MBO 4

Slide 29 - Quiz

Wat houdt het beroep helpende instelling in?

Slide 30 - Open question

Opdracht:
Bedenk met een groepje van 3 klasgenoten 2 knutselopdrachten voor kinderen van 8 jaar. 
Maak een werkkaart waarmee de kinderen zelf de knutsels kunnen maken.
Je mag gebruik maken van de materialen verf, papier, lijm, wc-rollen, crepepapier, touw en stiften.
Maak de knutsels als voorbeeld

Slide 31 - Slide