Vragen ondernemingsvormen

Welke stelling is waar?
A
Bij een VOF zijn er meerdere eigenaren én zij kunnen personeel in dienst hebben.
B
Bij een VOF zijn er meerdere eigenaren maar zij kunnen geen personeel in dienst hebben.
C
Bij een VOF is er één eigenaar én die kan personeel in dienst hebben.
D
Bij een VOF is er één eigenaar én die kan geen personeel in dienst hebben.
1 / 13
next
Slide 1: Quiz
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welke stelling is waar?
A
Bij een VOF zijn er meerdere eigenaren én zij kunnen personeel in dienst hebben.
B
Bij een VOF zijn er meerdere eigenaren maar zij kunnen geen personeel in dienst hebben.
C
Bij een VOF is er één eigenaar én die kan personeel in dienst hebben.
D
Bij een VOF is er één eigenaar én die kan geen personeel in dienst hebben.

Slide 1 - Quiz

Welke stelling over een besloten vennootschap (BV) is onjuist?
A
Een BV heeft aandeelhouders als eigenaar
B
De aandelen zijn bij een BV niet vrij overdraagbaar
C
Een BV heeft een directeur
D
De oprichting van een BV is informeler en goedkoper dan een VOF of eenmanszaak

Slide 2 - Quiz

Bij welke ondernemingsvormen zijn/is de eigenaar privé-aansprakelijk?
A
Eenmanszaak en Stichting
B
VOF en eenmanszaak
C
Besloten vennootschap (BV)
D
Naamloze vennootschap (NV)

Slide 3 - Quiz

Welk begrip hoort bij de volgende omschrijving:
winstuitkering aan aandeelhouders
A
Koers
B
Dividend
C
Vennootschapsbelasting
D
Effectenbeurs

Slide 4 - Quiz

Als een BV of NV failliet gaat is de eigenaar van de onderneming
A
het geïnvesteerde geld in de onderneming kwijt
B
het geïnvesteerde geld in de onderneming kwijt. Ook wordt hij op zijn privé-vermogen aangesproken

Slide 5 - Quiz

Bij een N.V. zijn de aandelen verhandelbaar op de beurs
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

Wat is geen oprichtingseis bij een B.V.
A
Aandelenkapitaal van minstens 1 cent
B
Een bankverklaring
C
Notariele akte
D
Dit zijn allemaal oprichtingseisen

Slide 7 - Quiz

NV
Rechtspersoonlijkheid
Aandelen op de beurs
Prive aansprakelijk
Directie
Leden

Slide 8 - Drag question

Hoe noem je de waarde van het aandeel die op het aandeel zelf staat?
A
Nominale waarde
B
Nummerieke waarde
C
Koerswaarde
D
Emissiekoerswaarde

Slide 9 - Quiz

Hoe noem je de waarde waarvoor je een al bestaand aandeel kan kopen?
A
Nominale waarde
B
Nummerieke waarde
C
Koerswaarde
D
Emissiekoerswaarde

Slide 10 - Quiz

wat is het hoogste orgaan binnen een NV / BV
A
het bestuur
B
de algemene vergadering van aandeelhouders
C
de raad van commissarissen
D
de directie

Slide 11 - Quiz

Loodgietersbedrijf Jansen en Zonen BV. Waarom liever BV dan NV?
A
Dan kunnen ze de aandelen verhandelen
B
Gunstigere belasting
C
Dan blijven de aandelen in de familie / bekenden
D
Dan kunnen ze naar de beurs

Slide 12 - Quiz

Opdrachten
1.1 t/m 1.9
1.10 t/m 1.12

Slide 13 - Slide