Paragraaf 6.2 ~ Wat is een ontwikkelingsland?

Paragraaf 6.2 ~ Wat is een ontwikkelingsland?
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Paragraaf 6.2 ~ Wat is een ontwikkelingsland?

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 1a: De omvang van de wereldbevolking is 7,8 miljard mensen.
Bereken en vul in:
Ruim tweeduizend miljardairs zijn rijker dan .............. mensen.

Slide 2 - Open question

7800000 : 100 × 60 = 4680000
7800000 × 0,6 = 4680000
Opdracht 1b: De helft van de wereldbevolking leeft van minder dan € 5 per dag.
Bereken en vul in: € 5 per dag = per maand.

Wat is de goede berekening?
A
€5 × 365 dagen : 12 maanden = €152,08
B
€5 × 7 dagen × 4 weken = €140
C
€5 × 7 dagen × 4,5 weken = €157,50
D
€5 × 12 maanden : 365 dagen = €0,16

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Opdracht 2: Koppel het juiste getal aan het juiste land
Luxemburg
Portugal
Eritrea
€306,5 miljard
€94.531
€1.366

Slide 4 - Drag question

Luxemburg
Inkomen per hoofd: €60,5 miljard : 640.000 inwoners = €94.531,-

Portugal
Nationaal inkomen: 10,3 miljoen inwoners × €29.755 = €306,5 miljard

Eritrea
Inkomen per hoofd: €8,4 miljard : 6.150.000 inwoners = €1.366
Opdracht 5a: Ook zelfvoorziening heeft invloed op de welvaart in een ontwikkelingsland. Kies de juiste woorden.

Door zelfvoorziening kunnen mensen in hun behoeften voorzien zonder producten te kopen / maken.
A
Kopen
B
Maken

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Opdracht 5a: Ook zelfvoorziening heeft invloed op de welvaart in een ontwikkelingsland. Kies de juiste woorden.

Dit zorgt ervoor dat hun welvaart kleiner /
groter wordt zonder dat er geld aan te pas komt.
A
Kleiner
B
Groter

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Opdracht 5a: Ook zelfvoorziening heeft invloed op de welvaart in een ontwikkelingsland. Kies de juiste woorden.

Deze welvaart zie je niet / wel terug in het bbp.
A
Niet
B
Wel

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Opdracht 8: Gebruik nogmaals de gegevens uit de tabel bij vraag 7. Welke Lorenzcurve geeft de inkomensverdeling van Lesotho het beste weer?
Kies de juiste Lorenzcurve.
Goede Lorenzcurve
Foute Lorenzcurve

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Welke kenmerken ontwikkelingslanden hebben
  • Waarom de waarde van de productie in een ontwikkelingsland vaak laag     is
  • Wat de oorzaken van onderontwikkeling zijn
  • Wat ruilvoet is en wanneer die verbetert of verslechtert

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Kenmerken ontwikkelingslanden

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

Kenmerken ontwikkelingslanden
  • Laag inkomen per inkomen
  •  Ongelijke inkomensverdeling
  • Veel werkloosheid
  • Ondervoeding
  • Snelle bevolkingsgroei
  • veel analfabetisme 
  • beperkte technische ontwikkeling

  • Een economische structuur. Dat betekent dat de inkomens vaak afhankelijk zijn van één productiesector, meestal de landbouw.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Wat is een monocultuur?
A
Ontwikkelingslanden zijn voor hun exportinkomsten afhankelijk van veel (landbouw)producten
B
Ontwikkelingslanden zijn voor hun exportinkomsten afhankelijk van een of enkele (landbouw)producten
C
Ontwikkelden landen zijn voor hun exportinkomsten afhankelijk van veel verschillende producten in veel sectoren
D
Ontwikkelden landen zijn voor hun exportinkomsten afhankelijk van een of enkele producten in enkele sectoren

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Monocultuur
Alle 4 sectoren goed ontwikkeld -> innovaties
Nederland (Op de VS na) grootste exporteur van landbouwproducten
Daarnaast wordt er ook veel geld verdient met de Dienstensector

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Monocultuur
  • In ontwikkelingslanden vaak spraken van een Monocultuur
  • Een land voor zijn inkomsten vaak sterk afhankelijk van slechts één of enkele producten.
  • Vaak zijn dit Landbouwproducten. (Denk aan: katoen, rijst, koffie- en cacaobonen.)
  • De toegevoegde waarde van deze producten zijn meestal laag
  • Gevolg: Exportinkomsten van ontwikkelingslanden zijn laag

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Hoe komt het dat ontwikkelingslanden vaak arm zijn?

Slide 15 - Open question

  • Er is gebrek aan goed onderwijs en daardoor minder technische kennis.
  • De infrastructuur is slecht zodat vervoer en communicatie moeilijk is.
  • De bevolking groeit sneller dan de economie. De beperkte welvaart moet hierdoor met steeds meer mensen gedeeld worden.
  • De landen hebben vaak hoge schulden, met als gevolg hoge rentelasten.
  • Protectiemaatregelen door rijke westerse landen gaan ten koste van de export van ontwikkelingslanden.
  • Er komen vaak natuurrampen en conflicten voor, zoals burgeroorlogen.
  • Veel regeringen en dictators zijn corrupt. Ze steken geld in eigen zak. Het geld komt niet bij mensen die het het hardst nodig hebben.
Wat is een ruilvoet?
A
Een speciale maat voor hoe snel je schoenen kunt ruilen met iemand anders
B
Hoe snel er van grondstoffen producten worden gemaakt in een land
C
De verhouding tussen de prijs van exportproducten en de prijs van importproducten.

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Ruilvoet
Ontwikkelingslanden exporteren vaak goedkope landbouwproducten (De prijs wordt bepaalt door het vraag en aanbod op de wereldmarkt)
Zij moeten vaak dure landbouwproducten importeren
De verhouding hiertussen noemen we de Ruilvoet

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Ik kan vertellen welke kenmerken ontwikkelingslanden hebben
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

This item has no instructions

Ik kan in eigen woorden uitleggen waarom de waarde van de productie in een ontwikkelingsland vaak laag is
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll

This item has no instructions

Ik kan in eigen woorden uitleggen wat de oorzaken van onderontwikkeling zijn

😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

This item has no instructions

Ik kan uitleggen wat ruilvoet is en wanneer die verbetert of verslechtert
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

This item has no instructions

Opdracht
Ga aan de slag met de volgende opdrachten
Opdracht 1 - 2 - 7 - 8 - 10 - 11

Slide 22 - Slide

This item has no instructions