Les 9 + 10 H1- Lezen Hoofdgedachte en hoofdzaken + docu bars

Planning
Lesstart: Nieuwsquiz (5 min)
Huiswerkcontrole + nabespreken (5-10min)
Korte herhaling hoofdgedachte en hoofdzaken (5min)
Aan de slag! (20min)
Kijkopdracht documentaire Bars (30min)
Huiswerk

1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Planning
Lesstart: Nieuwsquiz (5 min)
Huiswerkcontrole + nabespreken (5-10min)
Korte herhaling hoofdgedachte en hoofdzaken (5min)
Aan de slag! (20min)
Kijkopdracht documentaire Bars (30min)
Huiswerk

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Link

This item has no instructions

Wat was het huiswerk?
Lezen: de theorie over hoofdzaken en hoofdgedachte op blz. 12

Maken: opdracht 1 + 2

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Antwoorden

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat is de hoofdgedachte van een tekst?
A
Alle hoofdzaken op een rij
B
Alle hoofd- en bijzaken op een rij
C
De samenvatting van een tekst
D
Het belangrijkste van een tekst in één zin samengevat

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Planning les 7/10
Huiswerkcontrole + nabespreken opdracht 4 (10min)
Wat weet je nog over hoofdzaken en de hoofdgedachte ? (5min)
Aan de slag met een examentekst! (20min)
Documentaire Bars! (20min)
Klassikale nabespreking (10min)

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat was het huiswerk?
H1- Lezen op blz. 16
Maken: opdracht 4


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Nabespreken opdracht 4

Slide 8 - Slide

This item has no instructions


Leg uit wat de kernzin is.
A
hoofdzaak
B
bijzaak
C
samenvatting
D
hoofdgedachte

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

De belangrijkste informatie in een tekst noemen we de ...
A
Hoofdzaken
B
Bijzaken

Slide 10 - Quiz

Wat is het verschil tussen een kernzin en een hoofdgedachte?
De hoofdgedachte
De hoofdgedachte is een heel korte samenvatting in één zin. Het is het belangrijkste wat de schrijver wil vertellen. 

  • De hoofdgedachte = het onderwerp + dat wat daarover verteld wordt.  

  • Om de hoofdgedachte te formuleren moet je dus eerst het onderwerp bepalen

  • Het onderwerp = waar de tekst over gaat. Dat kun je vaak met één of enkele woorden zeggen.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Dus het onderwerp van een tekst is waar de tekst over gaat en de hoofdgedachte van een tekst is wat de schrijver van die tekst de lezer duidelijk probeert te maken.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Waar vind je de hoofdgedachte?

  • Meestal in de eerste alinea of in het slot van een tekst. 

  • De hoofdgedachte hoeft niet letterlijk in de tekst te staan. 

  • Let op! Twee teksten met hetzelfde onderwerp kunnen heel goed twee verschillende hoofdgedachtes hebben.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!


Met examenteksten!
timer
20:00

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Wat is een documentaire?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Video

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Geen

Slide 20 - Slide

This item has no instructions