les 1 Duits 3TL

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 3

Willkommen les 1 Duits 3TL

Vorstellen / Namen 

wichtig (belangrijk)

jahr 3 

Quizz : Was weißt du noch? 

online aktivieren 

 

Laptop mag dicht blijven op je bureau.

Ich bin 

Mevrouw Adema

[e-mail]

Aanwezig:maandag,dinsdag,woensdag,donderdag

Graag contact via teams/mail

Du bist ?

Was ist deine Name? 

Wo wohnst du ?

Wie alt bist du? 

periode 1 (overgang):  

Repetitie Kapitel 1

Repetitie Kapitel 2

Grote Praktische opdracht.

periode 2 (PTA):

Repetitie Kapitel 3 + ww

Repetitie Kapitel 4

Leesvaardigheid 

periode 3 (PTA)

Repetitie Kapitel 5

Grote praktische opdracht (landeskunde)

Spreekvaardigheid 

Open je laptop en join de lesson up

Gebruik je eigen naam 

Runde 1: Landeskunde

In ronde 1 zitten 8 vragen over kennis van volk en land. 

Wer ist Olaf Schulz?

1. der Bundeskanzler
2. der Bundespräsident
3. der König
4. der Diktator

Wat is de meest voorkomende Duitse achternaam?

1. Schmidt
2. Jansen
3. Müller
4. Schneider

Wie of wat is -Silvester-?

1. de naam van de hond van Olaf Schulz
2. de bijnaam van meneer Oonk
3. oudejaarsavond
4. een kledingstuk

Welche Farben hat die deutsche Fahne?

1. schwartz-rot-gelb
2. schwarz-rot-gelb
3. schwarzt-rot-gold
4. schwarz-rot-gold

Wie viele Bundesländer (provincies) hat Deutschland?

1. 12
2. 14
3. 16
4. 18

Wat gebeurde er in 1989 in Duitsland?

1. Toen werd Duitsland weer 1 land
2. Toen werd de Duitse koning vermoord
3. Toen werd Duitsland wereldkampioen voetbal
4. Toen viel de Berlijnse muur

Wie heißt die Hauptstadt von Deutschland?

1. Bonn
2. Berlin
3. Bern
4. Brandenburg

Was ist das am meisten gegessene Essen in Deutschland?

1. Schnitzel
2. Bratwurst
3. Döner
4. Pommes

Runde 2: Wortschatz

In ronde 2 zitten 8 vragen over Duitse woordenschat. 

der Roller

das Moped

der LKW

das Fahrrad

der PKW

die U-Bahn

Hoe zeg je dat je aan voetbal doet?

1. ich spiele Fußball
2. ich fußballe
3. ich balle
4. ich renne hinter ein Ball an

Was bedeutet "der Enkel"'?

1. het enkelspel (tennis)
2. de enkel
3. de eend
4. de kleinzoon

Wat betekent de zin: "Ich finde das sehr schlimm!"?

1. Ik vind dat heel slim
2. Ik vind dat heel erg
3. Ik vind dat heel stom
4. Ik vind dat heel leuk

Wie heißt dieses Tier?

1. das Wildkaninchen
2. das Cavia
3. das Meerschweinchen
4. der Hamster

Wat betekent de uitdrukking "das ist mir Wurst"?

1. Ik snap er geen worst van
2. Dat maakt mij niet uit
3. Ik heb een mooie worst
4. Ik vind dat heel erg leuk

Wat betekent het Duitse werkwoord: bellen

1. telefoneren
2. aanbellen
3. bellen blazen
4. blaffen

Schrijf het meervoud:
die Freundin

Runde 3: Grammatik

In ronde 3 zitten 7 vragen over Duitse grammatica. 

moeten (een ander wil het)

mogen(toestemming hebben)

weten

leuk vinden, lusten, aardig vinden

willen ( heel sterk)

moeten, het kan niet anders (noodzaak)

kunnen

Sie müssen unbedingt dieses T-Shirt anprobieren.

Hannah und Toni dürfen allein gehen.

Wir wollen beide dieselbe Jeans kaufen.

Sollen wir danach noch etwas essen gehen?

Wir können zusammen shoppen!

Wir mögen blaue und grüne Sachen.

Schwester

Bruder

Artzt

Vater

Hund

Freundin

Oma

Kuh

Elefant

Kaffee

mannelijke personen en dieren

vrouwlijke personen en dieren

Ich (spielen) ___ Saxofon.

meine Schwester (spielen) ___ Gitarre.

wir (geben) ___ auch kleine Konzerte,

Ich (sein) ___ nicht super

(Antworten) ____ du mir bitte schnell?