week 9 les 3 lichaamstaal en stemgebruik

Lezen of puzzelen
timer
5:00
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Lezen of puzzelen
timer
5:00

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
- Leerdoel  en instructie

- Zelfstandig werken

- Blooket (herhaling werkwoord spelling)

Slide 2 - Slide

Leerdoel 


Je leert over lichaamstaal en stemgebruik. (Dit is herhaling.)

Slide 3 - Slide

Instructiefilmpje 

Slide 4 - Slide

Instrcutie

Als je kijkt of luistert naar een programma of filmpje, krijg je informatie. Je krijgt niet alleen informatie door wat de personen zeggen, maar ook door hoe ze het zeggen. Ook uit hun lichaamshouding, gebaren en gezichtsuitdrukking kun je veel informatie halen.

Slide 5 - Slide

Let bij het kijken en luisteren daarom goed op de volgende punten:
  • Intonatie (stemgebruik) – Op welke manier spreekt iemand? Welke woorden geeft hij extra nadruk en vindt hij dus belangrijk? Mompelt hij, praat hij op één toon of klinkt hij enthousiast?

  • Houding – Hoe zit of staat iemand? Is hij zenuwachtig of heel ontspannen? Kijkt hij de ander(en) aan of kijkt hij om zich heen?

Slide 6 - Slide

Let bij het kijken en luisteren daarom goed op de volgende punten:
  • Gebaren – Gebruikt hij zijn handen om wat hij zegt duidelijker te maken of om te laten zien dat hij iets leuk of interessant vindt?
  
  • Gezichtsuitdrukking – Kun je aan het gezicht zien hoe iemand zich voelt? Fronst hij zijn wenkbrauwen, kijkt hij verbaasd of moet hij lachen?

Slide 7 - Slide

Even oefenen......

Slide 8 - Slide


Zag je vanaf het begin van de les bij je docent verbale of non -verbale communicatie?
A
Verbale communicatie
B
Allebei
C
Non verbale communicatie

Slide 9 - Quiz


A
geschrokken
B
bang
C
blij
D
boos

Slide 10 - Quiz


A
Moe
B
boos
C
hoofpijn
D
nadenken

Slide 11 - Quiz


A
Boos
B
Blij
C
Hoofdpijn
D
verward

Slide 12 - Quiz

Welke non verbale communicatie zag je?
A
lichaamshouding
B
symbolen en tekens
C
tijd
D
kleding en uiterlijk

Slide 13 - Quiz

welke uitspraak past het beste bij non verbale communicatie
A
zorgt nooit voor verwarring
B
kan je op het verkeerde been zetten
C
geeft duidelijk aan wat je bedoelt
D
is voor een enkeling te snappen

Slide 14 - Quiz

non verbale communicatie is het beste geschikt voor
A
standpunten
B
ideeën
C
gevoelens
D
informatie

Slide 15 - Quiz

Welk signaal is non-verbaal?
A
Schelden
B
Klagen
C
Wenkbrauwen fronsen
D
Roepen

Slide 16 - Quiz

Wat is een voorbeeld van non-verbale communicatie?
A
een brief lezen/ schrijven
B
een gezichtsuitdrukking
C
praten
D
schreeuwen

Slide 17 - Quiz

Wat is verbale communicatie?
A
Communiceren met woorden
B
Communiceren zonder woorden
C
Slechte communicatie
D
Geen communicatie

Slide 18 - Quiz

Wat is een voorbeeld verbale communicatie?
A
Glimlachen
B
Een app sturen
C
Je duim opsteken
D
Zwaaien

Slide 19 - Quiz

Is dit een verbale of non-verbale communicatie?
A
verbale communicatie
B
non-verbale communicatie

Slide 20 - Quiz

verbaal
non-verbaal

Slide 21 - Drag question

Aan de slag
- Ga online naar editie 6  (tl/havo, oranje boek).

- Ga naar samen.

- Klik op lichaamstaal en stemgeluid. Maak opdracht 1 t/m 5.

- Afsluiter: blooket


timer
15:00

Slide 22 - Slide