This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Schoonmaak traditioneel
"Schoonmaken is een vak"
Slide 1 - Slide
Voor het certificaat
Proeven van vaardigheid:
Dit zijn de verschillende schoonmaaktaken die je zelfstandig, volgens de juiste stapjes uit moet kunnen voeren (later) op het praktijkexamen schoonmaak.
Slide 2 - Slide
Waarom is dit certificaat belangrijk
Document als bewijs voor:
Professionele manier schoonmaken
Als je gaat later gaat solliciteren
In te zetten bij verschillende beroepen
Slide 3 - Slide
Welke zijn dit:
Stofwissen
Moppen
Stofzuigen
Interieuronderhoud
Sanitair onderhoud
Sanitaire ruimte moppen
Toiletpot ontkalken (periodiek)
Slide 4 - Slide
Wat is.....
Interieur?
Sanitair?
Slide 5 - Slide
Basishouding (ergonomie)
Schoonmaken is geen licht werk. Gelukkig kun je met je lichaam veel doen als je in de juiste houding werkt.
Goede basishoudingen zijn: Zijwaartse spreidstand, voorwaartse spreidstand, balanshouding, op één knie.
Zie plaatjes: boekje svs bladzijde 6.
Slide 6 - Slide
Basis schoonmaakregels:
Van schoon naar vuil
Van hoog naar laag
In een logische werkvolgorde
Zoveel mogelijk van buiten naar binnen
Linksom om rechtsom door de ruimte
Slide 7 - Slide
Gouden regels
Stof is niet te vegen
Laat droog wat je droog kunt verwijderen
Te nat werken geeft fouten, dus extra werk
Kijken, denken en dan doen
Controleer je eigen werk, tijdens en erna
Zorg dat je voldoende werkdoelen en moppen bij je hebt.
Slide 8 - Slide
Werken met een materiaalwagen
Je gaat aan de slag MET een materiaalwagen,
ook bij bijvoorbeeld stofwissen.
Je zorgt dus dat je al de materialen die je nodig hebt voor jouw taak, meeneemt OP de materiaalwagen.
(Voor je examen werk je ook altijd vanaf de werkkar)
Slide 9 - Slide
Welke schoonmaakmaterialen vind je op de materiaalwagen?
Slide 10 - Mind map
Werkdoeken interieur
Groene werkdoek: schone gedeelten
Gele werkdoek: vuile gedeelte
Werkdoeken sanitair
Blauwewerkdoek:
schone gedeelte
rode werkdoek:
vuile gedeelte
Slide 11 - Slide
Stel er zit een vieze vlek aan de buitenkant van het wastafeltje in het toilet. Welke kleur werkdoek gebruik je?
geel
rood
blauw
groen
Slide 12 - Poll
Schoonmaakprogramma
WAT er gedaan moet worden WAAR dit moet gebeuren WANNEER (hoe vaak)
Slide 13 - Slide
Werkzaamheden afronden
Controleer het resultaat
Herstel fouten (of wat je bent vergeten)
Maak de gebruikte materialen schoon
Slide 14 - Slide
Dagelijks interieuronderhoud
Stofzuiger controleren
Werkdoek uitwringen
Werkdoek vouwen
Afvalbak legen
Verwijderen van los en droog vuil
Vingertasten verwijderen
Telefoon schoonmaken (schone kanten werkdoek)
Tippend stofzuigen
Stofzuigermond afzuigen
Snoer controleren en schoonmaken
Controleer het resultaat
Slide 15 - Slide
Vuilsoorten
Los droog vuil (stof en grover los vuil)
Aangekleefd, licht gehecht, vettig of vochtig vuil
Sterk gehecht en/ of ingedronken vuil
(Boekje SVS, voorbeelden bladzijde 17 en 18)
Slide 16 - Slide
Welke vuilsoort zie je op de foto?
Slide 17 - Open question
Gebruik de juiste naam/ vaktaal
Voorbeelden: reinigingsmiddel
werkdoek
stofwisdoek
mop
vingertasten
klamvochtig
Slide 18 - Slide
veiligheid
Slide 19 - Slide
Gevaren symbolen
Op het etiket van je reinigingsmiddel kun je gevaren symbolen tegenkomen.
Slide 20 - Slide
Handen wassen (deeltaak)
Slide 21 - Slide
Werkdoek vouwen (deeltaak)
Als je je werkdoek vouwt, dan kun je telkens een schone kant pakken tijdens het schoonmaken.
(bladzijde 16, boekje svs)
Slide 22 - Slide
persoonlijke verzorging
Haar in een staart
Zorg dat je er schoon en verzorgt uitziet
Draag werkkleding en dichte schoenen
Draag geen ringen
Was je handen goed voor en na je taak
Rook, eet en drink niet op de werkplek (stage)
Slide 23 - Slide
Handen wassen (professioneel)
Slide 24 - Slide
Materiaalverzorging aandachtspunten
Maak alle gebruikte materialen na gebruik schoon.
(Van schoon en naar vuil)
Natte moppen en werkdoeken hang je uit of gaan naar de was.
Controleer voor je gaat stofzuigen altijd het stoffilter, de stofzak en het snoer