Les 2 week 2 Lockdown H3 Formuleren

Welkom HV1N
Zorg dat je je telefoon bij de hand hebt

1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom HV1N
Zorg dat je je telefoon bij de hand hebt

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
- je leert signaalwoorden gebruiken om verbanden tussen zinnen aan te geven

Slide 2 - Slide

Lesprogramma
- Welkom en presentie (5 min)
- Terugblik De dief met duizend gezichten/quiz (10 min)
- Uitleg: H3 Formuleren (10 min)
- Zelfstandig werken: opdrachten Formuleren maken en lezen in leesboek


Slide 3 - Slide


- huiswerk
Lezen H3

Vragen?


Slide 4 - Slide

Uit welke drie onderdelen bestaat een tekst?
A
Inleiding, onderwerp en hoofdgedachte
B
Inleiding, slot en hoofdgedachte
C
Inleiding, middenstuk en slot
D
Middenstuk, slot en hoofdgedachte

Slide 5 - Quiz

Waar staat de hoofdgedachte van een tekst vaak?
A
In het middenstuk
B
In de samenvatting
C
In de inleiding of in het slot
D
Dat kun je nooit weten

Slide 6 - Quiz

Wat is de hoofdgedachte van een tekst?
A
Alle hoofdzaken op een rij
B
Alle hoofd- en bijzaken op een rij
C
De samenvatting van een tekst
D
Het belangrijkste van een tekst in één zin samengevat

Slide 7 - Quiz

Wat is de juiste vorm van de hoofdgedachte?
A
Een volledige zin
B
Eén of een paar woorden
C
Een werkwoord
D
Slechts één woord

Slide 8 - Quiz

De dief met duizend gezichten H1, 2 en 3
 1. Welke personages komen voor in deze hoofdstukken
2. Tijd en ruimte: waar en wanneer speelt het verhaal zich af?
3. Wat gebeurt er?


Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Formuleren H3
Verbanden tussen zinnen 
De zinnen van een tekst houden verband met elkaar. Een tekst wordt duidelijker als de schrijver/spreker dat verband duidelijk aangeeft.  

Je kunt verbanden leggen door signaalwoorden te gebruiken. Op de volgende slide staan enkele verbanden in een schema. Bij elk verband vind je een aantal veelvoorkomende signaalwoorden.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Ik kleed me heel mooi aan.
Ik ga naar een feest.

Voeg de zinnen samen met een verbindingswoord/ signaalwoord.
De volgorde van de zinnen en de woorden in de zinnen mag veranderd worden.

Slide 13 - Slide

Vragen?

Slide 14 - Slide

Huiswerk
- Maak opdracht 1 en 2 Ga naar Nieuw Nederlands online: Planning en maak de planning Formuleren H3
- Lees hoofdstuk 5, 6 en 7 uit De dief met duizend gezichten

Slide 15 - Slide