Samenvatting BA Permanentie & Verslaglegging

3 onderdelen verslaggeving
1 / 25
next
Slide 1: Slide
BedrijfsadministratieMBOStudiejaar 2,3

This lesson contains 25 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

3 onderdelen verslaggeving

Slide 1 - Slide

Relatie onderdelen verslaggeving

Slide 2 - Slide

De balans

Slide 3 - Slide

Van beginbalans naar eindbalans

Slide 4 - Slide

Permanentie 
Een onderneming wil permanent inzicht hebben in zijn financiële positie (balans), winstgevendheid (resultatenrekening) en liquiditeit, daarom stellen ze vaker dan eens per jaar deze stukken op. 

Slide 5 - Slide

Transitorische posten
Voor een zuiver beeld van de financiële positie en het resultaat worden kosten en opbrengsten toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben. Op de balans ontstaan hierbij de onderstaande transitorische posten. 


Slide 6 - Slide

Uitstel - of anticipatiepost?
Er zijn twee soorten transitorische posten; uitstelposten en anticipatieposten. Bij een uitstelpost wordt de verwerking in de winst-en-verliesrekening UITgesteld. 
Ezelsbruggetje: "voorUIT = Uitgesteld"

Slide 7 - Slide

Kosten
Kosten verlagen het eigen vermogen 
(= winstsaldo of winst na belasting bij BV of NV)

Tip: schrijf bij twijfel de balansmutatie op van een financieel feit. 

Voorbeeld: betaling  € 750 hypotheekrente per bank 




Slide 8 - Slide

Kosten en permanentie 
Kosten willen we verdelen over de periode waarop deze betrekking hebben. Als ik de verzekeringspremie jaarlijks op 1 januari voor een jaar vooruit betaal, wil ik in de winst-en-verliesrekening van januari alleen de kosten opnemen voor januari en niet de kosten voor februari t/m december. Dit lossen we op met de transitorische post "vooruitbetaalde bedragen"

Voorbeeld: betaling  € 3.000  verzekeringspremie voor 1 jaar vooruit 




Slide 9 - Slide

In alle volgende maanden...
Maandelijks wordt de post vooruitbetaalde bedragen afgeboekt met € 250 (ten laste van het eigen vermogen) 




In alle maanden komt zo op de winst-en-verliesrekening de post verzekeringskosten terug 



Slide 10 - Slide

Uitgaven
Uitgaven verlagen het saldo van je kas of van je bankrekening. Uitgaven zie dus terug  in je liquiditeitsbegroting.  

Tip: schrijf bij twijfel de balansmutatie op van een financieel feit. 

Voorbeeld: betaling  € 750 hypotheekrente per bank 




Slide 11 - Slide

Kosten die ook uitgaven zijn
loonkosten, interestkosten, energiekosten, vervoerskosten, reparatiekosten
etc. 

Let op: in de winst-en-verliesrekening neem je de kosten op die betrekking hebben op de periode en de uitgave zie je terug in het liquiditeitsoverzicht van de periode waarin de uitgave werkelijk plaatsvindt. 

Slide 12 - Slide

Kosten die geen uitgave zijn
Afschrijvingskosten (aan wie ga je die betalen??)


voorbeeld: € 1.000 afschrijving op gebouw


Slide 13 - Slide

Uitgaven die geen kosten zijn
  • Aankoop activa 
  • Aflossing op lening 
  • Betaling aan crediteuren
  • Af te dragen omzetbelasting (btw) 
Hoofdregel: Hierbij is sprake van een verschuiving van vermogen, geen afname van EV




Daarnaast: betaling dividend en terugbetaling eigen vermogen aan eigenaar/ aandeelhouders

Slide 14 - Slide

Ontvangsten
Ontvangsten verhogen het saldo van je kas of van je bankrekening. Ontvangsten zie dus terug  in je liquiditeitsbegroting.  

Voorbeeld: betaling openstaande rekening door debiteuren







Slide 15 - Slide

Ontvangsten die ook opbrengst zijn
Omzet, huuropbrengst, interestopbrengst

Let op: het moment van opbrengst en ontvangst hoeft niet gelijk te vallen. 
  • betaling op rekening (= debiteuren) 
  • betaling vooruit = transitorische post "vooruitontvangen"
  • betaling achteraf = transitorische post "nog te ontvangen"







Slide 16 - Slide

Vooruitontvangen bedragen
Sportschool heeft een lid die € 240 excl. btw op 1 januari vooruitbetaalt voor zijn/ haar jaarabonnement. 


Slide 17 - Slide

Ontvangsten die geen opbrengst zijn
Afsluiten nieuwe lening 
Betaling door debiteur 
Ontvangen btw 

Check ze door zelf een balansmutatie op te schrijven van deze voorbeelden. 







Slide 18 - Slide

Lenen: kosten en uitgaven
Let op: alleen rente zijn kosten en uitgaven, aflossingen alleen uitgaven. 

Voorbeeld: onderneming X heeft een hypotheek van € 100.000 tegen 6% rente. Op  30 juni  2021 wordt de rente voor een jaar achteraf betaald samen met de jaarlijkse aflossing van € 10.000. 

Bereken de kosten van de hypotheek over 2021 :
Kosten is alleen de verschuldigde rente:  1/2 x 0,06 x 100.000 +  1/2 x 0,06 x 90.000 = € 5.700 









Slide 19 - Slide

Lenen: kosten en uitgaven
Let op: alleen rente zijn kosten en uitgaven, aflossingen alleen uitgaven. 

Voorbeeld: onderneming X heeft een hypotheek van € 100.000 tegen 6% rente. Op  30 juni  2021 wordt de rente voor een jaar achteraf betaald samen met de jaarlijkse aflossing van € 10.000. 

Bereken de uitgaven van de hypotheek over 2021 :
Uitgaven =  werkelijk betaalde rente + aflossing  = 0,06 x 100.000 + 10.000 = 
€ 16.000









Slide 20 - Slide

Debiteuren/ crediteuren 
De onderneming hanteert een betalingstermijn van 1 maand voor de afnemers. 

Bereken de ontvangsten over het eerste kwartaal 









  • let op: ontvangst incl. btw 
  • geen "december" in tabel? controleer balans op debiteuren/ crediteuren! 

Slide 21 - Slide

Btw en verslaggeving
  • Balans: activa tegen prijs exclusief btw
  • W-e-v: kosten en opbrengsten exclusief btw
  • Liquiditeitsbegroting: ontvangsten en uitgaven inclusief btw

Slide 22 - Slide

Winst en vennootschapsbelasting (vpb)
  • Op de balans zijn winst (= na belasting) en vpb soms al gesplitst
  • Winst + vpb op balans = winst op w-e-v-rekening

Slide 23 - Slide

Begrote beginbalans
Investeringsbegroting
  • wat heb ik nodig? vaste activa, voorraad, geld in kas, reservering voor uitgaven etc. 
  • vooraftrek btw 



Financieringsbegroting
  • hoe ga ik dit financieren
  • inbreng privé geld en goederen is EV
  • wordt een rekening-courantkrediet bij de start gedeeltelijk opgenomen, dan staat bank credit (let op mogelijke verschuiving eindbalans door omzet!) 

Slide 24 - Slide

Rekenen
Overzicht bezit knikkers Peter 



In 2020 heeft Peter 12 knikkers verloren 
met wedstrijden 
Hoeveel knikkers heeft hij gekocht 
in 2020? 










Denk aan dit flauwe voorbeeld bij vragen waarbij je op basis van 2 balansdata en tekst vragen krijgt als bereken de omzet, de hoogte van de afschrijving, de hoogte van de inkopen...

Slide 25 - Slide