Herhaling §5.1 Verzorgingsstaat en §1 Pluriforme samenleving
Wat houdt de verzorgingsstaat in?
1 / 20
next
Slide 1: Open question
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Wat houdt de verzorgingsstaat in?
Slide 1 - Open question
De verzorgingsstaat heeft drie kritiekpunten: het is duur, de verzorgingsstaat maakt passief en er kan misbruik worden gemaakt van de voorzieningen. Leg elk kritiekpunt uit
Slide 2 - Open question
Welke Minister-President is begonnen met de opbouw van de verzorgingsstaat?
A
Colijn
B
Drees
C
Mussert
D
Kuyper
Slide 3 - Quiz
Bij welke periode past de term verzorgingsstaat?
A
1900-1930
B
1930-1940
C
1940-1945
D
1945-heden
Slide 4 - Quiz
Hoe denk je dat de verzorgingsstaat in Amerika eruit ziet?
Slide 5 - Open question
Vanaf de jaren 80 heeft de Nederlandse politiek bezuinigingen doorgevoerd rondom de verzorgingsstaat. Wat vind je van zulke bezuinigingen? Denk hierbij aan bijvoorbeeld bezuinigingen op uitkeringen of de zorg
Slide 6 - Open question
De huidige pensioenleeftijd is
A
65
B
66
C
69
D
67
Slide 7 - Quiz
Leg uit wat vergrijzing en ontgroening is
Slide 8 - Open question
Wat betekent pluriforme samenleving?
A
Een samenleving met veel gastarbeiders
B
Een samenleving van meerdere culturen en leeftijden
C
Een samenleving met veel sociaal-economische maatregelen
D
Een samenleving met veel segregatie
Slide 9 - Quiz
Wat is een cultuur?
Slide 10 - Open question
Noem minimaal 3 aspecten van de Nederlandse cultuur
Slide 11 - Open question
Leg uit wat een dominante cultuur is
Slide 12 - Open question
Leg uit wat een subcultuur is
Slide 13 - Open question
Noem minimaal 3 subculturen waar jij bij hoort
Slide 14 - Open question
Wat kan het gevaar zijn bij een tegencultuur?
Slide 15 - Open question
Sociale Cohesie betekent
A
Dat je je verbonden voelt met een groep mensen
B
Dat er veel tegenstellingen zijn
C
Dat de wij-groep tegen de zij-groep staat
Slide 16 - Quiz
Weinig sociale cohesie in een wijk is positief voor het welzijn.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 17 - Quiz
In de stad is meer sprake van ____ dan op het platteland.
A
Loyaliteit
B
Sociale cohesie
C
Anonimiteit
D
Rolpatronen
Slide 18 - Quiz
Leg uit wat rolpatronen zijn en geef een voorbeeld van een rolpatroon voor een man en voor een vrouw
Slide 19 - Open question
Culturen zijn in beweging: de cultuur van nu is niet dezelfde als de cultuur van 20 jaar geleden. Leg de uitspraak uit en geef een voorbeeld