3.1 Tijd van voorspoed

3.1 Tijd van voorspoed

Hoofdstuk 3 De Republiek in de Gouden Eeuw


2 VWO
1 / 32
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 75 min

Items in this lesson

3.1 Tijd van voorspoed

Hoofdstuk 3 De Republiek in de Gouden Eeuw


2 VWO

Slide 1 - Slide

Programma

  • Intro H3
  • Voorkennis
  • Video - Uitleg
  • Opdrachten

Slide 2 - Slide

Voorkennis
  1.  Tegenwoordig zijn veel landen een republiek, zoek de betekenis van het woord republiek.
  2. Wat vind je? Is de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden wel een ' echte' republiek? Leg je keuze uit met twee argumenten.


timer
8:00

Slide 3 - Slide

Leerdoel

'Hoe kon de Republiek der Zeven Verenigde 
Nederlanden uitgroeien tot een wereldmacht?' 

Slide 4 - Slide

De Republiek in de Gouden Eeuw
Tijdvak van regenten en vorsten (1600 tot 1700)

Nederland als republiek 
(1588 tot 1795)

Bloeiende economie, cultuur en ontstaan van wereldhandel



Slide 5 - Slide

Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden?

Slide 6 - Mind map

Waarom was 1648 een belangrijk jaartal voor de Republiek?

Slide 7 - Open question

Waarom was de republiek niet 1 staat? Gebruik de Staten-Generaal in je antwoord.

Slide 8 - Open question

Koppel de juiste omschrijvingen met het begrip.
Staten-Generaal
Stadhouder
Raadspensionaris
Gewestelijke staten 
  hoofd over leger en vloot
  beslist over het land
  heeft contacten met het buitenland
beslist over zaken in de provincie

Slide 9 - Drag question

Slide 10 - Video

Intro hoofdstuk
Amsterdam als knooppunt van internationale handelsroutes.

Ontstaan Amsterdamse Stapelmarkt.

Vooral protestanten en Joden die afkwamen op deze bedrijvigheid.

Ontstaan VOC en WIC.




Slide 11 - Slide

Amsterdam als stapelmarkt
Stapelmarkt = plaats waar handelsproducten tijdelijk worden opgeslagen om van daaruit verder te worden verhandeld naar andere gebieden.

Bijvoorbeeld: wijn en olijfolie uit Zuid-Europa -> Stapelmarkt Amsterdam -> verkoop in Oostzeegebied. Maar ook andersom!

Gunstige locatiefactor: Amsterdam & Antwerpen liggen
halverwege Noord/Zuid-Europa.

Slide 12 - Slide

Producten én kennis
Er worden in verschillende gebieden, verschillende goederen vervoerd. Niet alleen goederen, maar ook kennis! 

Amsterdam als knooppunt (stapelmarkt)
Oostzeegebied                  Rest van de wereld

Slide 13 - Slide

Video
Vergelijk het bestuur van toen (Republiek) met het bestuur van nu (Nederland)

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Welke overeenkomsten zie je?
(Continuïteit) 
Welke verschillen zie je? (verandering)

Slide 16 - Slide

Producten op de stapelmarkt
- Stof
- Hout
- Kaas
- Graan

Maar ook producten van de VOC en WIC! -> Specerijen
- Haring
- Wijn
- Olijfolie

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Video
Leg in eigen woorden uit hoe de VOC en WIC zijn ontstaan

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Leg in eigen woorden uit hoe de VOC en WIC zijn ontstaan

Slide 21 - Open question

Protestant, tolerant en rijk
De Republiek was protestant.

In landen rondom de republiek werd je vervolgd om je geloof, de republiek was tolerant.

Veel mensen emigreren naar de republiek. Amsterdam werd een wereldstad




Slide 22 - Slide

Waarom naar de Republiek?
- Rijkdom van de Republiek
- In de Republiek minder oorlog
- Godsdienstvrijheid
- Tolerantie (ook in de wetenschap)

Rond 1625 was 40% van de Amsterdammers migrant.

Slide 23 - Slide

Aan de slag
Wat ga je doen? Je maakt van 3.1 de opdrachten 1, 2, 4, 5,  7, 8, 10 en 11.

Wanneer moet het af? Je krijgt deze les de tijd, volgende les moet het af zijn.

Hulp? 1. eerst de theorie goed lezen, gebruik eventueel internet.
            2. buurman/buurvrouw naast je vragen, dan pas je docent.

Klaar? Markeren belangrijke zinnen 3.1, gebruik de doelenlijst hierbij.


timer
20:00

Slide 24 - Slide

Wat is een stapelmarkt?

Slide 25 - Open question

Waarom was het handig dat vooral rijke protestanten en joodse kooplui uit Antwerpen op de Stapelmarkt actief waren?

Slide 26 - Open question

Een schip dat vanuit Amsterdam naar de landen rond de Oostzee vaart, is meestal geladen met...
A
kaas, textiel en vis
B
wijn en olie
C
specerijen
D
graan en hout

Slide 27 - Quiz

Wat is geen reden voor de vele migranten om naar de Republiek te komen?
A
Rijkdom in de Republiek
B
Migranten kregen gratis land in de Republiek
C
In de Republiek was minder oorlog
D
Godsdienstvrijheid in de Republiek

Slide 28 - Quiz

Welk woord hoort NIET bij de Gouden Eeuw?
A
Rijkdom
B
Kunst
C
Koninkrijk
D
Oorlog

Slide 29 - Quiz

Koppel de juiste omschrijvingen aan oorzaak of gevolg.
Oorzaak
Gevolg
Spanjaarden namen Antwerpen in
Vluchten duizenden kooplui naar Amsterdam
Amsterdam groeide snel
Amsterdam importeert graan uit de Oostzee

Slide 30 - Drag question

Wat vond je nog moeilijk?

Slide 31 - Open question

Schrijf 1 ding op die je geleerd hebt of wat goed ging.

Slide 32 - Open question