5.3 Bloemen

                        Onderdelen bloem + Tekenen bloem
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Mens & NatuurBiologieMiddelbare schoolvmbo b, k, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

                        Onderdelen bloem + Tekenen bloem

Slide 1 - Slide

Lesdoelen

Je kunt na deze les:



  • In een afbeelding van een bloem de delen benoemen;
  • Vertellen wat de tekenregels zijn bij een schematische tekening.



Slide 2 - Slide

Functie


de functie van bloemen is

VOORTPLANTEN.


Uit bloemen groeien 

VRUCHTEN 

met daarin 

ZADEN

Slide 3 - Slide

Bloemen
De gekleurde bladeren van een bloem, kroonbladeren, lokken insecten naar de bloem.

De groene bladeren, kelkbladeren, beschermden de bloem toen die nog in de knop zat. 

Slide 4 - Slide

Wat is niet waar over kroonbladeren?
A
Ze zijn fel gekleurd
B
Ze lokken insecten naar de bloem
C
Ze beschermen de bloem

Slide 5 - Quiz

Bloem mannelijk
Stuifmeelkorrels: mannelijke geslachtscellen
Meeldraden: maken stuifmeel

Een meeldraad bestaat uit een helmdraad en een helmknop. De helmknop bestaat uit helmhokjes, waarin stuifmeel ontstaat.


Slide 6 - Slide

Meeldraden zijn
A
Mannelijke voortplantingsorgaan van de bloem
B
Vrouwelijke voortplantingsorgaan van de bloem

Slide 7 - Quiz

Bloem vrouwelijk
Stamper = vrouwelijke voortplantingsorgaan 

Een stamper bestaat uit een stempel, stijl en vruchtbeginsel

In het vruchtbeginsel zitten  zaadbeginsels. Hierin ontstaat één eicel.    

Slide 8 - Slide

Een stamper is
A
Het mannelijke voortplantingsorgaan van de bloem
B
Het vrouwelijke voortplantingsorgaan van de bloem

Slide 9 - Quiz

Wat is géén onderdeel van de stamper?
A
Stempel
B
Stijl
C
Meeldraad
D
Vruchtbeginsel

Slide 10 - Quiz

De stamper is het vrouwelijke voortplantingsorgaan
De meeldraden zijn de 
mannelijke voortplantingsorganen.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Kroonblad
Meeldraad

Kelkblad
Stamper

Slide 13 - Drag question

Kroonblad
Meeldraad

Stamper

Kelkblad
Bloembodem

Slide 14 - Drag question

Slide 15 - Slide

Is de afbeelding hiernaast natuurgetrouw of schematisch?
A
Natuurgetrouw
B
Schematisch

Slide 16 - Quiz

Bij een natuurgetrouwe tekening
A
zie je een een tekening die snel klaar is
B
zie je alleen de belangrijkste kenmerken
C
is alles naar werkelijkheid getekend
D
zie je een eenvoudige tekening

Slide 17 - Quiz

Biologisch tekenen
Bij biologie maak je vaak een tekening. 
Daar heb je tekenregels bij nodig.
Het maakt niet uit of je goed bent in tekenen of niet, als je de tekenregels volgt kun je stap voor stap een biologische tekening maken. 

Slide 18 - Slide

Tekenregels:
  • Teken en schrijf altijd met een potlood.
  • Maak grote tekeningen.
  • Gebruik de hele ruimte die je hebt voor de tekening.
  • Laat rechts van de tekening ruimte over.
  • Maak eerst een schets.
  • Maak dan de lijnen dikker.
  • Trek een lijn naar rechts en zet de naam van het onderdeel erbij.
  • Schrijf de naam van de tekening erboven.

Slide 19 - Slide

Biologisch tekenen

Slide 20 - Slide

Mag je bij een biologische tekening schetsen?
A
Ja
B
Nee
C
Mag je zelf weten

Slide 21 - Quiz

Welke tekenregel klopt niet?
A
Teken en schrijf met potlood
B
Benoem de onderdelen van je tekening
C
Kleur je tekening
D
Schrijf een titel boven je tekening

Slide 22 - Quiz

Waar teken je mee, volgens de tekenregels?
A
pen
B
maakt niet uit
C
potlood
D
stift

Slide 23 - Quiz