GC OR 5 les 9

Engels les 9
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EngelsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Engels les 9

Slide 1 - Slide

Oefentoets luisteren 
  1. Ga naar www.toets.nl
  2. Klik op inloggen
  3. Klik op TOA toetsplatform
  4. Inlognaam: je studentnummer zoals op je schoolpasje staat
  5. Wachtwoord: G met je geboortedatum (dag, maand, jaar)
  6. Voorbeeld: G07121996 (7 december 1996)
  7. Tot slot vul je de instellingscode in : GSC

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Slide 4 - Link

Planning
  • Woorden herhalen
  • Zinnen maken 
  • Schrijven oefenen + nakijken 
  • Tijd over? Spel 



Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

Woorden herhalen
Parents - ouders                             Mother - moeder
Siblings - broers/zussen            Pet - huisdier
Grandmother - oma                      Eyes - ogen
Grandfather - opa                          Hair - haren
Borther - broer                                Cook - koken
Sister - zus                                        Work - werken
Father - vader                                   Live - wonen/ leven

Slide 7 - Slide

Volgorde van een zin
Wie | doet | wat | waar | wanneer

Onderwerp | werkwoord | lv of mv | plaats | tijd

I | teach | English | at Graafschap College | every Wednesday

Slide 8 - Slide

Spel: woordvolgorde
Maak 2 teams

Ga in twee rijden staan, team 1 aan de linker kant en team 2 aan de rechter kant

Voor beide teams liggen 7 stapels met woorden klaar

Slide 9 - Slide

Spel: woordvolgorde 
Ieder teamlid moet één kaart vasthouden. De kaarten op de stapels vormen een zin, als je ze in de goede volgorde zet. 

Voor iedere zin kunnen er 6 teamleden meedoen, is jouw team met meer? Dan wissel je na elke zin.

Het team dat als eerst klaar is, heeft gewonnen

Slide 10 - Slide

Schrijven
Jullie gaan zo een korte brief schrijven van 5 zinnen

Deze brief gaat over jezelf en jouw familie

Probeer om Engelse zinnen te maken met de woorden die we vorige week geleerd hebben.  


Slide 11 - Slide

Zinnen voor de brief
I live in ....                                          Ik woon in ....
I have .... siblings                          Ik heb .... broers/zussen
My father's name is ....               Mijn vader's naam is ....
My brother is .... years old        Mijn broer is .... jaar oud
My favorite food is ....                 Mijn lievelingseten is ....

Slide 12 - Slide

Voorbeeld
My name is Jael and I live in Groenlo. I live with my mother, father and little brother. My parents are both 53 years old, my brother is 17 years old. My favorite food is pasta. I also have a dog, her name is Yuko and she is almost 2 years old. 

Slide 13 - Slide

Schrijfopdracht
Schrijf nu zelf een brief in het Engels van 5 zinnen. Vertel:
- in welke plaats jij woont en met wie je daar woont
- hoe oud jij bent
- hoe veel broers en zussen je hebt
- wat jouw lievelingseten is
- of jij een huisdier hebt, en hoe je huisdier heet
Denk aan de volgorde: wie | doet | wat | waar | wanneer

Slide 14 - Slide

Checklist
  • Is de volgorde van de woorden goed?
  • Zijn de woorden uit de les goed gebruikt?
  • Beginnen de zinnen met een hoofdletter en eindigen ze met een punt?

Kijk even 5 minuten goed naar jouw brief. Daarna leveren jullie ze in bij mij.

Slide 15 - Slide

Raad de persoon
Ik ga zo een paar van jullie brieven voorlezen 

Hierbij lees ik alles op, behalve de naam van de persoon

Luister allemaal goed naar de informatie, want als ik klaar ben met voorlezen gaan jullie raden van wie de brief is



Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

Slide 18 - Link