Coronacrisis + hygiene

Hygiëne
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Hygiëne

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Wat zijn de 5/6 momenten van handhygiëne

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Slide

Opdracht 
 Bacterie of virus?
Je kunt ziek worden van virussen, maar ook van bacteriën. Daarom helpen niet alle medicijnen tegen alle soorten ziektes. Met antibiotica kun je bijvoorbeeld bacteriën bestrijden, maar geen virussen. In dit filmpje zie je wat het verschil is en wat er nodig is om virussen en bacteriën te bestrijden.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Micro-organismen
  • Micro = zeer klein
  • Organisme = levend wezen
  • Een micro-organisme is microscopisch klein. 

De meeste micro-organismen zijn onschuldig, maar er kunnen ook ziekteverwekkers tussen zitten. 

Voorbeelden hiervan zijn: griepvirus,  salmonella-bacteriën, E. coli-bacteriën en candida (schimmel).



Slide 7 - Slide

Welke vorm van handhygiëne pas je toe?

Slide 8 - Slide

De verpleegkundige ontsmet de handen, neemt de pols van bewoner X en helpt nadien bewoner Y om op de rand van het bed te gaan zitten. Wat doe je tussen het cliëntcontact door?
A
Handalcohol gebruiken
B
Handen wassen
C
Handschoenen gebruiken
D
Geen actie

Slide 9 - Quiz

Als verpleegkundige help je de cliënt naar het toilet. Wat doe je ter bescherming?
A
Handalcohol gebruiken
B
Handen wassen
C
Handschoenen gebruiken
D
Geen actie

Slide 10 - Quiz

De verpleegkundige heeft de medicatiekar aangevuld en rijdt met de kar door de gang van kamer tot kamer. Ze verdeelt de medicatie aan de bewoners. Medicatie wordt niet toegediend.
A
Handalcohol gebruiken
B
Handen wassen
C
Handschoenen gebruiken
D
Geen actie

Slide 11 - Quiz

De verpleegkundige giet urine in het toilet en schrijft nadien de gemeten waarde in het zorgplan.
Wat gebruik je?
A
Handalcohol gebruiken
B
Handen wassen
C
Handschoenen gebruiken
D
Geen actie

Slide 12 - Quiz

De verpleegkundige neemt de maaltijd van de etenskar op de gang en brengt de maaltijd vervolgens binnen op de kamer van de bewoner.
A
Handalcohol gebruiken
B
Handen wassen
C
Handschoenen gebruiken
D
Geen actie

Slide 13 - Quiz

De verpleegkundige schakelt het oproepsysteem uit op de kamer van de bewoner en doet de bedhekken van het bed omhoog. Nadien verlaat ze de kamer.
A
Handalcohol gebruiken
B
Handen wassen
C
Handschoenen gebruiken
D
Geen actie

Slide 14 - Quiz

De verpleegkundige schakelt het oproepsysteem uit op de kamer van de bewoner en doet de bedhekken van het bed omhoog. Nadien verlaat ze de kamer.
A
Handalcohol gebruiken
B
Handen wassen
C
Handschoenen gebruiken
D
Geen actie

Slide 15 - Quiz

Je hebt iemand met corona verpleegd en moet nu de was meenemen van de kamer. Wat gebruik je?
A
Handalcohol gebruiken
B
Handen wassen
C
Handschoenen gebruiken
D
Geen actie

Slide 16 - Quiz

5 evaluatie vragen

Slide 17 - Slide

Omschrijf je algemene ervaring van dit beroepsthema

Slide 18 - Open question

Welke onderwerpen vond je het meest boeiend en waarom?

Slide 19 - Open question

Wat vond je van mijn manier van lesgeven? Zijn er aspecten van mijn begeleiding die je hebt gewaardeerd?

Slide 20 - Open question

Welke vaardigheden of kennis denk je dat je het meest hebt verbeterd?

Slide 21 - Open question

Heb je suggesties voor verbeteringen of aanpassingen?

Slide 22 - Open question