Disk Thema 4 Eten taak 6: Recept schrijven

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Recept Taart

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Recepten lezen en vragen beantwoorden
  • Een recept schrijven

Slide 3 - Slide

Doelen

  • Je leert hoe je een recept moet lezen.
  • Je leert een recept schrijven.


Slide 4 - Slide

Recept lezen

Slide 5 - Slide

Recepten schrijven
Schrift en pen liggen klaar op tafel.

Slide 6 - Slide

Welke woorden heb je nodig?

Slide 7 - Slide

Het gerecht
Een maaltijd, iets wat je kunt eten.

Ik maak vandaag een nieuw gerecht van een taart.

Slide 8 - Slide

Het recept
Uitleg van hoe jij een gerecht moet maken.

Ik zoek een lekker recept voor een risotto.

Slide 9 - Slide

Het ingrediënt
Eten dat jij nodig hebt om het gerecht te maken.

Welke ingrediënten en hoeveelheden zijn er nodig?

Slide 10 - Slide

Het stappenplan
Een beschrijving waar staat wat je moet doen.

Ik volg het stappenplan om de risotto te maken.

Slide 11 - Slide


Je schrijft de stappen van het stappenplan onder elkaar.

Slide 12 - Slide

Welke dingen schrijf je in een recept?
1 Ingrediënten: Welk eten heb je nodig?
2 Welke kookspullen heb je nodig om het recept te maken?
3 Stappenplan: Hoe moet je het recept maken?

Slide 13 - Slide

Stappenplan schrijven
  • Haal het vlees uit de koelkast. 
  • Pak de snijplank.
  • Snijd het vlees in stukken.

Werkwoord vooraan in de zin.
Werkwoord in de ik-vorm

Slide 14 - Slide

Gebiedende wijs
  • Gebruik je als je een instructie geeft.
  • Als je zegt wat iemand moet doen. 
  • In een recept gebruik je ook de gebiedende wijs.

Slide 15 - Slide

Werkblad Recept schrijven
  • Opdracht 1: Schrijf de goede vorm van de werkwoorden op. 
  • Opdracht 2: Bedenk een lekkere maaltijd
  - Schrijf het stappenplan op voor het recept.
  - Zoek ook woorden op internet of in het woordenboek. 
  • Opdracht 3: Welke boodschappen moeten jullie halen? 
  - Bedenk welke ingrediënten je nodig hebt voor het recept.
  - Maak een boodschappenlijstje. 
  • Klaar? Ga verder met grammatica in DISK. 

Opdracht 1 maak je individueel. 
Opdracht 2 en 3 mag je samen maken. 















  • Oefen het recept in je schrift. 
  • Schrijf alles dan op het werkblad. 
  • Klaar? Ga verder met DISK grammatica.

Slide 16 - Slide

Succes

Slide 17 - Slide