PTO 2 BK H3 en H4 Leesvragen
Veranderend Landschap in Nederland blz 47
Niet alleen het gebied van de Alpen zag er in het verleden anders uit. Ook het landschap in Nederland
is veranderd. Verwering, water, wind en ijs zorgen al duizenden jaren lang voor het verplaatsen van stenen,
grind, zand en klei. Deze sedimenten vind je in Nederland terug aan het oppervlak en in de ondergrond.
Rond 200.000 jaar geleden was er een ijstijd. Het was lange tijd zo koud dat er op een groot deel van
Europa een dikke laag landijs ontstond. Het ijs kwam helemaal tot in Nederland (bron 4). Bij de rand van
het ijs is sediment dat al in Nederland lag, door het gewicht en het schuiven van het ijs omhoog geperst
tot heuvels. Deze heuvels noem je stuwwallen.
In Oost- en Zuid-Nederland ligt veel zand aan het oppervlak Het meeste van dit zand is in
Nederland terechtgekomen in de laatste ijstijd, een koude periode tussen ongeveer 115.000 en 12.000
jaar geleden. Nederland was toen een koude woestijn met weinig tot geen plantengroei. De zeespiegel
stond veel lager en een groot deel van de Noordzee lag droog. Dat kwam doordat er veel water uit de zee
bevroren was als landijs en gletsjers. De westenwind kon zand over grote afstanden meenemen en legde
dikke pakketten van dit sediment neer. Dit zand noem je dekzand.