Leerwerkboek rekenen

Welkom!

Pak een pen en papier (wiskundeschrift)

Pak je laptop
1 / 26
next
Slide 1: Slide
RekenenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!

Pak een pen en papier (wiskundeschrift)

Pak je laptop

Slide 1 - Slide

Programma
- schattend optellen met getallen onder de 100
- schattend optellen met getallen onder de 1000

Slide 2 - Slide

Wat is de meerwaarde van een antwoord OOK schatten?

Slide 3 - Mind map

Welk getal geeft de eenheden aan?
3589
A
3
B
5
C
8
D
9

Slide 4 - Quiz

Welk getal geeft het tiental aan?
3589
A
3
B
5
C
8
D
9

Slide 5 - Quiz

Optellen boven de honderd
81 + 48
  1. Eerst afronden op tientallen en een schatting maken
    80 + 50 = 130

  2. Bij elkaar optellen (onder elkaar)

  3. Antwoord controleren


Slide 6 - Slide

Optellen boven de honderd
81 + 48
  1. Eerst afronden op tientallen en een schatting maken
    80 + 50 = 130

  2. Bij elkaar optellen (onder elkaar)

  3. Antwoord controleren


Slide 7 - Slide

Schat het antwoord.
41 + 91

Slide 8 - Open question

Bereken het antwoord.
69 + 48

Slide 9 - Open question

Bereken het antwoord.
163 + 58

Slide 10 - Open question

Schat het antwoord.
74 + 87

Slide 11 - Open question

Bereken het antwoord.
74 + 87

Slide 12 - Open question

Grotere getallen
617 + 384
  1. Eerst afronden op honderdtallen en een schatting maken
    600 + 400 = 1000

  2. Bij elkaar optellen (onder elkaar)

  3. Antwoord controleren


Slide 13 - Slide

Schat het antwoord.
421 + 384

Slide 14 - Open question

Schat het antwoord.
471 + 229

Slide 15 - Open question

Berken het antwoord.
421 + 384

Slide 16 - Open question

Schat het antwoord.
472 + 229

Slide 17 - Open question

Jorrit rijdt naar Oberhausen. Hij heeft 178 km gereden als hij dit bord ziet. Schat zijn totale reisafstand.

Slide 18 - Open question

Nog grotere getallen
2878 + 6274
  1. Eerst afronden op honderdtallen en een schatting maken
    3000 + 6000 = 9000

  2. Bij elkaar optellen (onder elkaar)

  3. Antwoord controleren


Slide 19 - Slide

Schat het antwoord.
6868 + 1013
A
7880
B
7900
C
8000
D
anders

Slide 20 - Quiz

Bereken het antwoord.
2391 + 4573 =

Slide 21 - Open question

De brandweer heeft twee open dagen. Op vrijdag komen er 1367 bezoekers, op zaterdag zijn dat er 2596. Hoeveel bezoekers zijn er in totaal geweest?

Slide 22 - Open question

In de maand september heb ik 425 appjes verstuurd. In de maand augustus 1243. Hoeveel zijn dit er samen?

Slide 23 - Open question

1245 + 679 .. 
 
Hoe pak je dit aan?
 
Op welk getal rond je af met schatten?

Slide 24 - Slide

Ik koop een nieuwe auto van €14895. Daarbij koop ik wat accesoires en winterbanden, die kosten samen €1199. Schat hoeveel ik in totaal moet betalen.
(Alleen getallen, geen € of euro)

Slide 25 - Open question

Teken over en vul in

Slide 26 - Slide