Europa deel 2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Klimaat en landschapszones

Waar wonen mensen op aarde en waarom wonen ze daar?

Dat heeft te maken met het klimaat en het landschap dat daarbij hoort.

Natuurlandschappen

Temperatuur en wind hebben veel invloed op de natuurlandschappen. 

Je kunt dus zeggen dat het klimaat de plantengroei in een gebied bepaalt.

Eeen gebied met dezelfde oorspronkelijke plantengroei heet een natuurlijke zone.

Wat weet je al?

Er volgen nu 10 vragen om te kijken wat je eigenlijk al weet over de verschillende natuurlandschappen.

Voor elke vraag heb je 20 seconden de tijd!

Tropisch regenwouden liggen vlakbij de evenaar.

1. Waar
2. Niet waar

In poolgebieden vriest het altijd, zomer en winter, dag en nacht.

1. Waar
2. Niet waar

In woestijnen is het altijd superheet.

1. Waar
2. Niet waar

In een woestijn groeit niets.

1. Waar
2. Niet waar

In poolgebieden vind je naaldbossen.

1. Waar
2. Niet waar

Tropische regenwouden hebben een droge tijd.

1. Waar
2. Niet waar

Ontbossing is het grootste gevaar voor de tropische regenwouden.

1. Waar
2. Niet waar

In woestijnen regent het nooit.

1. Waar
2. Niet waar

In tropische regenwouden valt weinig regen.

1. Waar
2. Niet waar

In poolgebieden komt in de zomer de temperatuur vaak boven de 15 graden.

1. Waar
2. Niet waar

Noem de klimaten
die je kent

Hoe herken je klimaten?

- je kijkt naar de plantengroei

- het klimaat bepaalt grotendeels hoe het landschap eruit ziet

- je kijkt naar de klimaatgrafiek

Even oefenen: je ziet steeds een foto met van  een landschap. Jij moet het klimaat bepalen.

1. Droog klimaat
2. Poolklimaat
3. Gematigd klimaat
4. Tropisch klimaat

1. tropisch klimaat
2. Droog klimaat
3. Pool klimaat
4. Gematigd klimaat

1. Poolklimaat
2. Tropisch klimaat
3. Droog klimaat
4. Gematigd klimaat

1. Droog klimaat
2. Tropisch klimaat
3. Poolklimaat
4. Gematigd klimaat

Welke klimaten heeft Europa?

Klimaatdiagram

Dit is een grafiek waarin je kunt aflezen welk klimaat een plaats of gebied heeft.

Oefenen:

1. Tropisch klimaat
2. Droog klimaat
3. Gematigd klimaat
4. Droog klimaat

1. Tropisch klimaat
2. Droog klimaat
3. Gematigd klimaat
4. Poolklimaat

Verschillen in bevolkingsspreiding 

Dunbevolkt zijn de volgende gebieden:

- teveel hoogteverschil (reliëf)

- klimaat te warm

-Klimaat te koud

- klimaat te droog

Bevolkingsconcentratie =?

In welke klimaatzone vind je de grootste bevolkingsconcentraties?

1. Tropisch klimaat
2. Droog klimaat
3. Gematigd klimaat
4. Pool klimaat