§2.1 ~ Rotterdam: vernieuwing van het stadscentrum

§2.1 ~ Rotterdam: Vernieuwing van het stadscentrum
Hoe kun je de inrichting van het stadscentrum verbeteren?
1 / 16
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

§2.1 ~ Rotterdam: Vernieuwing van het stadscentrum
Hoe kun je de inrichting van het stadscentrum verbeteren?

Slide 1 - Slide

Lesdoelen §2.1:
  • Welke kenmerken de twee perioden van stedelijke vernieuwing in de historische binnenstad hebben;
  • Wat de kenmerken zijn van stedelijke vernieuwing in oude havengebieden;
  • Waarom vernieuwing in Rotterdam nodig was;
  • Waarom de re-urbanisatie voor een stad heel belangrijk is;
  • Welke onderdelen er binnen een stadsmodel zijn;
  • Wat het compacte stad-beleid inhoud;
  • Wat city vorming en stedelijke vernieuwing inhoud en welke gevolgen dit met zich meebrengt

Slide 2 - Slide

Basisboeknummers
B8 = Dimensies
B164 = Compacte stad en re-urbanisatie
B166 = Model van een stad
B167 = City vorming en stedelijk vernieuwing
B168= Grondprijs en ruimtegebruik

Slide 3 - Slide

Wat weet je al van Rotterdam?

Slide 4 - Mind map

In de volgende dia krijg je een filmpje te zien over Rotterdam, hierbij staan er een aantal vragen centraal bij het bekijken van dit filmpje:
  1. Hoe zag het stadscentrum van Rotterdam er vroeger uit?
  2. Hoe ziet het stadscentrum er tegenwoordig uit?
  3. Wat heeft ervoor gezorgd dat Rotterdam de stad heeft kunnen opbouwen zoals het nu is?
  4. Welke invloed geeft de Markthal aan een bezoeker?

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Model van een stad
(Europees model)
  • Oudste deel = historische binnenstad (1e ring)
  • Stadscentrum (ook wel centrale zakenwijk, CBD) -->  hier vind je kantoren-, winkel en uitgaansgelegenheid. (2e ring)
  • Toen de industrie werden er veel 19e eeuwse woonwijken (arbeiderswijken - stadswijken voor WO2(voor 1940)) gebouwd aan de rand van het stadscentrum. (3e ring)
  • Aan de rand van de stad liggen de moderne/nieuwe woonwijken(in de V.S. kennen we die als suburbs). Buiten het stadscentrum is daar meer ruimte voor. (4e ring)

  1. Historische binnenstad
  2. Stadscentrum (centrale zakenwijk, CBD)
  3. 19e eeuwse woonwijken (arbeiderswijken)
  4. Moderne woonwijken(naoorlogse wijken)

Slide 7 - Slide

De volgende dia's bevatten twee filmpjes over de Nederlandse stadswijken toegelicht.
Wellicht wat uitgebreid maar het geeft een duidelijk beeld ervan weer hoe de wijken zijn ingedeeld
1e filmpje ~ opdracht
Geef de verschillende periodes van woonwijken aan met bijbehorende kenmerken

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

De volgende dia's bevatten twee filmpjes over de Nederlandse stadswijken toegelicht.
Wellicht wat uitgebreid maar het geeft een duidelijk beeld ervan weer hoe de wijken zijn ingedeeld
1e filmpje ~ opdracht
Geef de verschillende periodes van woonwijken aan met bijbehorende kenmerken
2e filmpje ~ opdracht
Geef de opbouw van een stad schematisch weer en benoem bij elke ring de bijbehorende kenmerken

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Voor 1980
Na 1980
Saneren
Sloop en nieuwbouw
Betere voorzieningen
Aantrekkelijkheid stadscentrum
Cityvorming
Herinrichting en opbouw

Slide 12 - Drag question

Oude havens, Nieuwe functies
De technologie kwam op en er kwamen modernere schepen. De oude havens van Rotterdam konden dit niet aan en werden niet meer gebruikt. Er moest worden heringericht. Er kwamen nieuwe kantoren voor in de plaats zodat het gebied niet als "vervallen" werd beschouwd. Hiermee kregen de oude havens een andere gebruiksfunctie --> recreatie (bijv. de Oude Haven)


Er werd begonnen aan de havens in het noorden en na 1990 waren de havens in het Zuiden aan de beurt waarbij de Kop van Zuid ontstond. Het stadscentrum werd vroeger verdeeld onder twee stukken, maar na herinrichting kwam de Erasmusbrug die de twee delen(van het stadcentrum) met elkaar verbond. Hierbij kwamen er nog verschillende hoogbouw (met culturele voorzieningen), hotels, restaurants, kantoren en woningen. 
Het maken van plannen voor de herinrichting van een gebied noem je ruimtelijke ordening
Alleen voor VWO

Slide 13 - Slide

Compacte stad-beleid
De steden groeien en daarbij groeit de bevolking ook. Deze groeiende bevolking moeten we kunnen huisvesten. Door suburbanisatie is er ruimte in de stad vrijgekomen. Hierdoor worden oude fabrieken, bedrijventerreinen omgebouwd tot nieuwe woonwijken. Deze woonwijken worden zodanig gebouwd dat ze tegen de bestaande stadscentrum aan worden gebouwd. Het beleid dat gaat over meer bouwen tegen de stad aan heet het  compacte stad-beleid.

Slide 14 - Slide

De kopjes: "een nieuw station" en "aantrekkelijke stad" kan je doorlezen in je lesboek
Hetzelfde geldt voor B-nummer 168 (grondprijs en ruimtegebruik)
Dimensies(B8):
  1. Economisch
  2. Demografisch
  3. Fysisch
  4. Sociaal-cultureel
  5. Politiek

Schaalniveaus(B7):
  1. Lokaal
  2. Regionaal
  3. Nationaal
  4. Continentaal
  5. Mondiaal

Zorg dat je deze twee basisboeknummers leert en goed begrijpt. Probeer ook zelf verbanden te leggen!

Slide 15 - Slide

Lesdoelen §2.1:
  • Welke kenmerken de twee perioden van stedelijke vernieuwing in de historische binnenstad hebben;
  • Wat de kenmerken zijn van stedelijke vernieuwing in oude havengebieden;
  • Waarom vernieuwing in Rotterdam nodig was;
  • Waarom de re-urbanisatie voor een stad heel belangrijk is;
  • Welke onderdelen er binnen een stadsmodel zijn;
  • Wat het compacte stad-beleid inhoud;
  • Wat cityvorming en stedelijke vernieuwing inhoud en welke gevolgen dit met zich meebrengt
Check of je alles begrijpt!

Slide 16 - Slide