ENT Basis Deel A H3 Begrippen

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

H3 Omgaan met anderen

Doelen

- omschrijvingen kunnen geven of herkennen van de begrippen uit hoofdstuk 3. 

Wat zijn waarden?

1. De dingen die je belangrijk vindt in het leven (wenselijk zijn)
2. Wat je over hebt voor een ander
3. Hoeveel geld je op de bank hebt staan
4. Dat wat anderen van jouw denken

Wat zijn normen?

1. Gezondheidswensen die je realiseert
2. Waarden
3. Alles in de maatschappij wat belangrijk is
4. Regels waarvan jij vindt dat jij en anderen zich aan moeten houden. Komen voort uit waarden

Wat is 'respect'?

1. Iemand buitensluiten
2. Iets wat je niet mag doen.
3. goed omgaan met waarden en normen van anderen
4. Iets waar stoere mensen over zeuren

Wat is empathie?

1. dat je mee gaat huilen als iemand een zielig verhaal vertelt
2. je vertelt dat je zelf ook een keer zoiets hebt meegemaakt
3. een ander woord voor oogcontact
4. het kunnen verplaatsen in de gevoelens van een ander

Een ander woord voor empathie
(een synoniem voor)

1. contact gestoord
2. inlevingsvermogen
3. sociaal gedrag
4. inspanning

feedback is:

1. kritiek van een ander op jou
2. aangeven wat je van iets vindt
3. negatieve informatie over jouw gedrag
4. terugkoppeling

Je geeft een terugkoppeling met woorden.

1. spontane feedback
2. non-verbale feedback
3. formele feedback
4. verbale feedback

Je geeft een terugkoppeling met gezichtsuitdrukkingen, houding of gebaren.

1. spontane feedback
2. non-verbale feedback
3. formele feedback
4. verbale feedback

Je geeft iemand een terugkoppeling zonder dat iemand ernaar vraagt.

1. spontane feedback
2. informele feedback
3. formele feedback
4. feedback op verzoek

Je geeft iemand een terugkoppeling nadat iemand ernaar vraagt.

1. spontane feedback
2. informele feedback
3. formele feedback
4. feedback op verzoek

Je geeft iemand een terugkoppeling tijdens een officieel moment.

1. spontane feedback
2. informele feedback
3. formele feedback
4. feedback op verzoek