1.1 modern land

§1 De late industrialisatie van Nederland

Wat is niet door Willem I gerealiseerd?

1. De Nederlandse-Handels maatschappij
2. Spoorlijnen in Noord-Holland
3. Kanalen in het Oosten van het land
4. De Nederlandse Bank

Wat hoort niet bij Willem I?

1. Kanalen
2. Luchtvaart
3. Spoorwegen
4. Textielindustrie

Wat laat Willem I aanleggen?

1. Spoorlijnen
2. Nieuwe steden
3. Grensmuren
4. Kanalen

Wat was Willem I niet?

1. Kanalenkoning
2. Koning van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
3. Zoon van stadhouder Willem van Oranje
4. Koning van Frankrijk

Wat wilde koning Willem I

1. Nederland armer maken
2. Nederland rijk maken
3. Alles het zelfde houden
4. Gezellig friet eten met België

Waarom koos Willem I juist voor Twente als textielindustrie-gebied?

1. Daar was hoge werkloosheid
2. Ligt dichtbij Duitsland, makkelijker voor de handel
3. In Twente had men al wat verstand van textiel
4. Daar zaten rijke ondernemers

De industriële revolutie begon daar omdat:

1. Daar de meeste fabrieken waren
2. Zij beschikten over grondstoffen
3. De Engelsen fabrieken stichtten in kolonien
4. Er te weinig mensen op het platteland leefden

Wat was geen oorzaak van de industriële revolutie?

1. Ontwikkeling machines
2. Winstgevende handel
3. Herinrichting Britse kiesdistricten
4. Grondstoffen en plantageproducten

Wat is de industriële revolutie?

1. De overgang van jagen en verzamelen naar de landbouw
2. De trek van het platteland naar de stad
3. De overgang van werken met de hand naar werken met machines
4. Grote groepen arbeiders die in fabrieken werken.

Wat was geen gevolg van de industriële revolutie?

1. Oprichting East India Company (EIC)
2. Groeiende steden
3. Groeiende bevolking
4. Grotere vraag (huishoud)textiel

Is deze afbeelding van voor of na de Industriële revolutie?

1. Voor
2. Na

Is deze afbeelding van voor of na de Industriële revolutie?

1. Voor
2. Na

Wat is de industriële revolutie?

1. De omschakeling van korfbal naar voetbal
2. De omschakeling van machines naar thuiswerk
3. De omschakeling van het boerenleven naar stadsleven
4. De omschakeling van thuiswerken naar machinewerk

Als gevolg van de industriële revolutie ....

1. daalde het bevolkingsaantal
2. groeide het bevolkingsaantal
3. groeide de bevolking op het platteland
4. daalde het aantal mensen in de steden.

Voor de Industriële Revolutie....

1. Leefde het grootste deel van de bevolking in de stad
2. Leefde de helft van de bevolking in de stad en de andere helft op hjet platteland
3. Leefde het grootste deel van de bevolking op het platteland
4. Waren er nauwelijks steden

Wat was niet een oorzaak van de industriële revolutie?

1. Huisnijverheid: boeren wilden meer machines
2. Grondstoffen: grote hoeveelheden steenkool en ijzererts, en katoen uit de kolonies.
3. Verbeteringen in de landbouw leidden tot een voedsoverschot
4. Bevolkingsgroei: sterftecijfer daalde doordat er meer voedsel beschikbaar was

Industriële Revolutie
wat klopt niet?

1. betekent dat handenarbeid wordt vervangen door machines
2. betekent dat huisnijverheid vervangen wordt door fabrieksarbeid
3. leidde tot minder welvaart
4. leidde tot de sociale kwestie

Deze les gaat over de industriële revolutie.

Wanneer was de industriële revolutie?

1. In de 18e eeuw
2. In de 19e eeuw
3. In de 20e eeuw
4. In de 21e eeuw

Wat zal er door de Industriële revolutie veranderen?

1. Engeland heeft India niet meer nodig
2. India stopt met textiel leveren aan Engeland

Wat is de Industriële Revolutie?

1. De overgang van jagen en verzamelen naar de landbouw
2. De trek van het platteland naar de stad
3. De overgang van werken met de hand naar werken met machines
4. Grote groepen arbeiders die in fabrieken werken.

noem de reden dat Koning Willem I de textielindustrie in Twente als eerste opstartte

1. daar was genoeg ruimte voor nieuwe fabrieken
2. er was daar al huisnijverheid
3. Belgische en Engelse textielarbeiders gingen daarnaartoe
4. arbeidskosten lagen in Twente lager dan elders in het land

Is het een feit of een mening?

Kies de zinnen die een MENING bevatten.

1. In Twente was veel textielindustrie.
2. In Twente maakte men vroeger mooiere textiel dan tegenwoordig.
3. Het is gemeen dat arbeiders werden uitgebuit.
4. Met machines kon men sneller en meer produceren.

Wat was de oorsprong van de Twentse textielindustrie?

1. de landbouw
2. de handel
3. de huisnijverheid
4. de gilden

Sleep de zinnen naar het goede vak: Past wel of niet bij de Industriele Revolutie.

Past wel bij de Industriele

Revolutie

Past niet bij de Industriele Revolutie

kolen als energiebron

VOC

Verandering in transport van goederen

Mensen trekken van platteland naar de stad.

Verandering in ziekenverzorging

Voor de Industriele Revolutie

Na de Industriele Revolutie

fabrieken

kapitalisme

landbouwsamenleving

handwerkers

huisnijverheid

spinmachine

Begin

Begin van de industriële revolutie

Voor de industriële revolutie

Na de Industriële Revolutie

auto

fiets

boot

paard 

vliegtuig

tram

Koets

trekschuit

Modern Imperialisme

Sociale kwestie

Industriële revolutie 

Hoort bij de industriële revolutie

Hoort niet bij de industriële revolutie

Sleep het rondje naar de afbeelding van de industriële revolutie

Zijn de situaties voor of na de Industriële revolutie?

Voor

Na

Zet de begrippen bij de juiste periode (vóór de industriële revolutie of industriële revolutie)?

Industriële revolutie

vóór de industriële revolutie

fabrieken

huisnijverheid

landbouw

stoommachine

slechte werkomstandigheden

stad

platteland