Allemaal super irritant en lastig maar als je het eenmaal doorhebt is het geen probleem!
1 / 15
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2
This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
5. Machten, wortels en verbanden.
Allemaal super irritant en lastig maar als je het eenmaal doorhebt is het geen probleem!
Slide 1 - Slide
Kwadraat:
Een kwadraat is een manier om een getal met zichzelf te vermenigvuldigen.
Het kwadraat van 4 is 4x4 = 16, dit schrijven we met een kleine 2 boven de 4: 4²
Slide 2 - Slide
Invoeren op je rekenmachine:
Dit verschild per rekenmachine.
De meeste rekenmachines zien er ongeveer zo uit:
Druk bijvoorbeeld op 4 en dan op x². Of ².
Daarna op =
Slide 3 - Slide
Wat het het kwadraat van 6? ( Juist geschreven)
A
6²
B
6x6
C
3²
D
2²
Slide 4 - Quiz
Maak opdracht 1 en 2 van voorkennis bladzijde 8.
Slide 5 - Slide
Antwoorden:1
A: 6x6=36
B: 7x7=49
C: 3x3=9
D: 10x10=100
E: 12x12=144
F: 4x4=16
G: 8x8=64
F: 5x5=25
Antwoorden:2
Slide 6 - Slide
Wortels:
Worteltrekken is een manier om het omgekeerde van kwadrateren te doen. Als je bijvoorbeeld het kwadraat van 4 neemt (4 × 4), krijg je 16. Dus de wortel van 16 is 4. Het symbool voor worteltrekken is √.
Slide 7 - Slide
Invoeren op je rekenmachine:
Tik op het wortelteken:√
Voer dan het getal in die je wil wortelen.
Bijvoorbeeld:
√16=
Slide 8 - Slide
Wat is de wortel van 144?
A
8
B
7
C
12
D
11
Slide 9 - Quiz
Wat is √6724?
Slide 10 - Open question
Machten:
2^6 Is een macht.
Hierin is 2 het grondgetal en 6 de exponent.
Als je dit ziet dan betekend het dat de som 2x2x2x2x2x2 is maar dat schrijven we als 2^6.
De macht van een getal nemen heet machtsverheffen.
Slide 11 - Slide
Invoeren op je rekenmachine:
Dit doe je vrijwel op dezelfde manier als met het kwadraat.
Deze keer gebruik je X
of:
Dit klik je eerst in, dan je grondgetal, dan gebruik je je cursortoets en dan je exponent.