HNE Duits HAVO2 wk4_les8: Kap1/L4

Herzlich Willkommen im Deutschunterricht!
Heute braucht ihr:
- Stift
- Laptop
Mittwoch 21. September 2022
Herbst- Woche 38

1 / 38
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 8 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Herzlich Willkommen im Deutschunterricht!
Heute braucht ihr:
- Stift
- Laptop
Mittwoch 21. September 2022
Herbst- Woche 38

Slide 1 - Slide

Was machen wir heute?
1) Formative Prüfung
2) Aktuelles



Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Op welk beroemd feest is Checker Tobi?
A
Fall der Mauer
B
Weihnachtsmarkt
C
Oktoberfest
D
Herbstfest

Slide 5 - Quiz

Was weißt du über das ...
Oktoberfest

Slide 6 - Mind map

3

Slide 7 - Video

01:04
Hoeveel voetbalvelden bevat het festivalterrein (alleen cijfers gebruiken)

Slide 8 - Open question

01:19
Wat is de Theresiawiese.
A
Op de wijze van Theresia.
B
Theresia is de eigenaar.
C
Een groot grasveld.

Slide 9 - Quiz

01:23
Hoe noemen de mensen uit München het Oktoberfest ?

Slide 10 - Open question

4

Slide 11 - Video

02:25
Wanneer beginnen ze doorgaans met de bouw van het Oktoberfest?
A
Mei
B
Juli
C
Juni
D
Augustus

Slide 12 - Quiz

02:48
Hoeveel tijd kost het bouwen van de Alpina "Achterbahn"
A
1 Woche
B
2 Wochen
C
3 Wochen

Slide 13 - Quiz

04:11
Hoeveel LKW's (vrachtwagens) zijn er nodig om de achtbaan te vervoeren (vul alleen getal in).

Slide 14 - Open question

04:29
Wat zijn "Fahrgeschäfte"?
A
auto's
B
woonwagens
C
vrachtauto's
D
attractie's

Slide 15 - Quiz

3

Slide 16 - Video

07:21
Hoeveel Fahrgeschäfte zijn er op het Oktoberfest.
A
Meer dan 50
B
Meer dan honderd
C
Meer dan 150
D
Meer dan tweehonderd

Slide 17 - Quiz

07:38
Hoeveel "Essenstände" zijn er op het Oktoberfest? (vul getal in)

Slide 18 - Open question

07:58
Hoeveel jaar staat de "Krinoline" op het Oktoberfest? (alleen getal invoeren)

Slide 19 - Open question

3

Slide 20 - Video

10:27
Wat was de reden van het eerste Oktoberfest
A
Bruiloft
B
Paardenwedstrijd
C
Feestdag

Slide 21 - Quiz

10:56
Welke volgorde klopt
A
Eettentjes, attracties, paardenrennen
B
Paardenrennen, eettentjes, attracties
C
Attracties, paardenrennen, eettentjes

Slide 22 - Quiz

11:41
Waarom begint het Oktoberfest in september?
A
Past beter in de agenda's
B
Anders valt het tegelijk met de herfstvakantie.
C
Het is te kort na de zomer
D
Het weer is dan beter.

Slide 23 - Quiz

5

Slide 24 - Video

12:18
Wat zijn de drie essentials in een Biertent (Bierzelt)
A
Bier, Wurst und Brezel
B
Bier, Hänchen, Brezel
C
Wurst, Hänchen en Brezel
D
Wein, Hänchen und Brezel

Slide 25 - Quiz

12:49
Hoeveel halve haantjes worden er tijdens het Oktoberfest gegeten (alleen getallen invullen)

Slide 26 - Open question

13:34
Hoeveel liter glazen bier (Maß) kan Liesl dragen? (alleen getal invoeren)

Slide 27 - Open question

13:53
Hoeveel kilometer lopen de bediendes gemiddeld in twee weken? (alleen getallen invoeren)

Slide 28 - Open question

14:13
Hoe noem je de typische "Trachten" van Bayern en dus Oktoberfest?
A
Dirndl und Hose
B
Dirndl und Hörnerkappe
C
Dirndl und Lederhose

Slide 29 - Quiz

5

Slide 30 - Video

12:18
Wat zijn de drie essentials in een Biertent (Bierzelt)
A
Bier, Wurst und Brezel
B
Bier, Hänchen, Brezel
C
Wurst, Hänchen en Brezel
D
Wein, Hänchen und Brezel

Slide 31 - Quiz

12:49
Hoeveel halve haantjes worden er tijdens het Oktoberfest gegeten (alleen getallen invullen)

Slide 32 - Open question

13:34
Hoeveel liter glazen bier (Maß) kan Liesl dragen? (alleen getal invoeren)

Slide 33 - Open question

13:53
Hoeveel kilometer lopen de bediendes gemiddeld in twee weken? (alleen getallen invoeren)

Slide 34 - Open question

14:13
Hoe noem je de typische "Trachten" van Bayern en dus Oktoberfest?
A
Dirndl und Hose
B
Dirndl und Hörnerkappe
C
Dirndl und Lederhose

Slide 35 - Quiz

1

Slide 36 - Video

20:52
Hoe is het "jodelen" ontstaan?
A
Vroeger waren de mensen erg moe na het werken en dan zongen ze woordeloze klanken
B
Vroeger had je nog geen telefoon en jodelden ze om elkaar dingen op afstand duidelijk te maken.
C
Alleen rijke gezinnen hadden alpenhoorns, de anderen moesten jodelen om die muziek te maken

Slide 37 - Quiz

Hausaufgaben:
Wörter Lektion 4 + 5 lernen!

Slide 38 - Slide