Vr. 5: Een auto maakt een rit met een constante snelheid waarbij 4,5 L aan benzine verbrand wordt. Het rendement van de motor is 45%. De motorkracht waarmee de auto voortbeweegt is 3,2·104 N.
a. Bereken hoeveel warmte er in de motor is ontstaan tijdens deze beweging.
b. Bereken hoeveel warmte er is ontstaan door de wrijving tussen de wielen en de weg.
c. Bereken de afstand die de auto heeft afgelegd.
Vr. 6: Een auto met een massa van 4,0·104 kg versnelt van 20 km/h naar 120 km/h over een afstand van 1200 meter. De gemiddelde wrijvingskracht is 0,8·104 N. Bereken hoeveel liter benzine er hiervoor verbrand moet worden. Ga ervan uit dat het rendement van de motor 35% is.