Horen afvaleters bij producenten, consumenten of reducenten?
A
Producenten
B
Consumenten
C
Reducenten
D
Bij allemaal
1 / 19
next
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4
This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Horen afvaleters bij producenten, consumenten of reducenten?
A
Producenten
B
Consumenten
C
Reducenten
D
Bij allemaal
Slide 1 - Quiz
Wanneer planten en dieren sterven zonder te worden opgegeten, worden de organische stoffen opgenomen door
A
Consumenten
B
Eurocenten
C
Reducenten
D
Producenten
Slide 2 - Quiz
Bij welke curve is een populatie het meest stabiel in aantal en dichtheid?
A
S-curve
B
J-curve
Slide 3 - Quiz
Deze relatie is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme
D
Predatie
Slide 4 - Quiz
Deze relatie is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme
D
Cooperatie
Slide 5 - Quiz
Deze relatie is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme
D
Niet zo slim van de vogel
Slide 6 - Quiz
Dit is een piramide van ...
A
aantallen
B
biomassa
Slide 7 - Quiz
Assimilatie vs Dissimilatie
Slide 8 - Slide
Zie afbeelding vorige dia. Bij welk nummer zou je fotosynthese invullen?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Slide
Leg uit waarom de biomassa in een voedselketen altijd piramidevormig is.
Slide 11 - Open question
Het beginstadium van successie
A
Pioniersecosysteem
B
Climaxecosysteem
Slide 12 - Quiz
Wat verandert bij successie?
A
individu
B
populatie
C
leefgemeenschap
D
ecosysteem
Slide 13 - Quiz
Hoe noem je het als een gebied zich helemaal opnieuw moet ontwikkelen na erosie?
A
Primaire successie
B
Secundaire successie
Slide 14 - Quiz
Wat is het verschil tussen primaire en secundaire successie?
A
Bij primaire successie zijn alleen producenten betrokken, de consumenten verschijnen pas bij secundaire successie
B
Primaire successie start op kale rots, secundaire successie start met vruchtbare grond
C
Primaire successie gaat door gebrek aan concurrenten veel sneller dan secundaire successie
D
Primaire successie verloopt ongestoord, secundaire successie kent een sub-climax als eindstadium
Slide 15 - Quiz
Als in een ecosysteem successie plaats vindt dan:
A
Blijft het aantal soorten in dat ecosysteem gelijk
B
Neemt het aantal soorten in dat ecosysteem toe
C
Neemt het aantal soorten in dat ecosysteem af
Slide 16 - Quiz
Wat kan een voorbeeld zijn van successie? Welke opeenvolging past bij successie?
A
heide -> zand -> bos
B
bos -> moeras -> plas
C
strand -> duinen -> bos
D
steppe -> kale grond -> regenwoud
Slide 17 - Quiz
Als natuurgebieden behouden moeten worden zoals ze zijn, moeten gebieden worden beheerd. Hiernaast zie je daar een voorbeeld van. Door vlakke gebieden te begrazen voorkom je successie en blijft het gebied als zodanig behouden. Welke van de volgende redenen is of zijn juist om het gebied te begrazen?
A
door begrazing groeien er minder grote planten. Hierdoor is er meer zonlicht voor
kleinere plantensoorten
B
door begrazing krijgen andere plantensoorten meer kans omdat er minder concurrentie is
C
door begrazing blijft het gebied behouden waardoor het als recreatiegebied
kan worden gebruikt
D
De schapen zijn predator van het gras en andere beplanting en voorkomen dat successie plaatsvindt.
Slide 18 - Quiz
Noteer tenminste één tip en één top voor de afgelopen lessen