aandoeningen aan de spijsverteringsorganen



 Urinewegstelsel & spijsverteringsorganen
1 / 19
next
Slide 1: Slide
MBO

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson



 Urinewegstelsel & spijsverteringsorganen

Slide 1 - Slide

Aandoeningen aan het urinewegstelsel kunnen invloed hebben op;
A
Urine en incontinentie
B
Hormoonhuishouding en bloeddrukregulatie
C
Seksualiteit
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 2 - Quiz

Vesica urinaria betekent:
A
de nieren
B
de blaas
C
urineleiders
D
urinebuis

Slide 3 - Quiz

Ureum is het uiteindelijke afbraakproduct van de eiwitstofwisseling dat door de nieren wordt uitgescheiden
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quiz

Een (te) hoog ureumgehalte wijst op ernstige lever insufficiëntie of ondervoeding
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

Bij nierinsufficiëntie is de nierfunctie verminderd waardoor de afvalstoffen niet meer voldoende uit het lichaam worden verwijderd en doet zich altijd acuut voor
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

Dialyse wordt toegepast als de nieren geen afvalstoffen en overtollig vocht kunnen uitscheiden. Klachten zijn:
A
hoge bloeddruk door ophoping vocht
B
Pijn op de borst door te lage bloeddruk
C
urineweginfectie

Slide 7 - Quiz

Als MBO verpleegkundige kun je direct werken als dialyseverpleegkundige
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

De nieren oefenen een grote invloed uit op de bloedsamenstelling en daarmee ook op de bloeddruk
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

Een darmontsteking heet gastro-enteritis
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Hoe worden uitstulpingen in de darm genoemd?
A
Ulcerosa
B
collitis
C
divertikels
D
ascitis

Slide 11 - Quiz

Bij colitis ulcerosa is;
A
de dunne darm ontstoken
B
de dunne darm ontstoken zonder zweervorming
C
de dikke darm ontstoken met zweervorming
D
geen van allen

Slide 12 - Quiz

Bij de ziekte van Crohn ontstaan er ontstekingen in het gehele spijsverteringskanaal, van mond tot anus
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Een gevolg van de ziekte van Crohn is;
A
oog- en huidaandoeningen
B
vochtophoping in de buikholte
C
levercirrose

Slide 14 - Quiz

Colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn zijn beiden chronische darmziekten en hebben een verschillend verloop
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quiz

Ascitis is een op zichzelf staande ziekte
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quiz

De meest bekende spijsverteringsstoornis van de alvleesklier is DM
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quiz

Welke complicatie zien we meestal bij leveraandoeningen?

A
enorme diarree
B
enorme maagzuur
C
enorme jeuk
D
enorme obstipatie

Slide 18 - Quiz

Welke lichamelijke verschijnselen kunnen we waarnemen bij dehydratie?

Slide 19 - Open question