Opfrissen Helpende plus

Even opfrissen
1 / 30
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Even opfrissen

Slide 1 - Slide

Rapporteren doe je feitelijk en respectvol.
Wat is hier GEEN voorbeeld van
A
Mw heeft 6 glazen water gedronken.
B
Mw heeft 100cc urine in de katheterzak.
C
De stuit van mw. ziet er vreselijk uit.
D
Mw. heeft een smetplek onder de rechterborst.

Slide 2 - Quiz

De ademhaling van Dhr. Hendrik is te langzaam
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 3 - Quiz

De mate waarin de cliënt de voorgeschreven behandeling opvolgt
A
therapietrouw
B
informatie
C
presentie
D
acute situatie

Slide 4 - Quiz

Wat is een delier
A
ziekte waarbij de hersenen beschadigd zijn
B
empathie en respect
C
langdurige somberheid
D
concreet gedrag

Slide 5 - Quiz

wat is de wet BIG?
A
Wet langdurige zorg
B
Kwaliteitswet zorginstellingen
C
Wet beroepen in de individuele gezondheidszorg
D
Wet Zorg en dwang

Slide 6 - Quiz

De Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg zorgt ervoor dat
A
verpleegtechnische handelingen goed uitgevoerd worden
B
er geen cliënten tegen hun zin verzorgd kunnen worden
C
de cliënt recht heeft op informatie
D
incidenten gemeld kunnen worden

Slide 7 - Quiz

Wat is de WZD
A
Wet Zorg en Dwang
B
Wetenschappelijk bureau voor Zorgen en Wonen
C
Wet die de kwaliteit van zorg regelt
D
Wet Zonder Dwang

Slide 8 - Quiz

Wat is een voorbeeld van onvrijwillige zorg
A
Toezicht houden
B
Medicatie aanreiken
C
Hulp bij het eten
D
Bewegingsmelder

Slide 9 - Quiz

Welke uitspraak is goed
A
Je mag geen melding maken van huiselijk geweld als de cliënt geen toestemming geeft.
B
Meldcode huiselijk geweld is ter bescherming van de zorgprofessional
C
Als zorgaanbieder ben je niet verplicht om een meldcode op te stellen
D
financieel misbruik is geen vorm van huiselijk geweld

Slide 10 - Quiz

Hoeveel ademhalingen per minuut heb je gemiddeld?
A
14
B
26
C
6
D
10

Slide 11 - Quiz

De druk in in de bloedvaten als het hart zich ontspant is de
A
bovendruk
B
onderdruk

Slide 12 - Quiz

kleine bloedsomloop
grote bloedsomloop

Slide 13 - Drag question

Wat is de functie van de grote bloedsomloop
A
zorgen dat het bloed O2 krijgt
B
kloppen van het hart
C
Alle delen van het lichaam voorzien van O2
D
uitwisseling van O2 en CO2

Slide 14 - Quiz

Wat is de normale lichaamstemperatuur?
A
tussen de 36.0 en 37.5
B
tussen de 35.5 en 37.5
C
dat is persoonlijk
D
tussen de 37.5 en 38.5

Slide 15 - Quiz

Welke methode gebruik je als je de meest betrouwbare lichaamstemperatuur wil meten
A
axillair
B
tympaan
C
oraal
D
rectaal

Slide 16 - Quiz

Wat is COPD?
A
Een verzamelnaam voor de ziektes: longemfyseem en bronchitis
B
Een soort astma
C
Een chronische aandoening van de luchtpijp
D
Een bloedprop in de longen

Slide 17 - Quiz

Iemand met diabetes
A
mag geen suiker eten
B
moet heel veel sporten
C
moet regelmatig eten
D
moet weinig eten

Slide 18 - Quiz

wat is een hyperglykemie
A
BLOEDSUIKER TE HOOG
B
BLOEDSUIKER TE LAAG
C
bloeddruk te hoog
D
bloeddruk te laag

Slide 19 - Quiz

Wat is geen welvaartsziekte
A
Hart- en vaatziekte
B
Diabetes type 1
C
COPD
D
Diabetes type 2

Slide 20 - Quiz

CVA
Cerebraal vasculair accident
Wat hoort hier niet bij:
A
herseninfarct
B
TIA
C
hersenbloeding
D
verhoogd cholesterol

Slide 21 - Quiz

Welke uitspraak past bij Parkinson
A
tremoren
B
kan niet genezen worden
C
progressieve ziekte
D
a, b en c

Slide 22 - Quiz

Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
5x Juist-regel
Zo nodig medicatie malen
Medicatie toedienen
Aftekenen met paraaf/digitaal
Bijwerkingen observeren

Slide 23 - Drag question

Een voorbeeld van een voorbehouden handeling is:
A
Medicatie delen
B
Wondzorg
C
zuurstof toedienen
D
insuline toedienen

Slide 24 - Quiz

Mw de Jong krijgt 4x daags 2 tabletten Paracetamol omdat haar kniegewricht zo pijnlijk is.
Wat is het doel van deze medicatie.
A
Curatief (genezend)
B
Symptoombestrijding (bestrijden van gevolgen
C
Suppletief (aanvullend)
D
Preventief (voorkomend)

Slide 25 - Quiz

Mw. de Jong krijgt bloedverdunners na haar operatie.
Wat is het doel van deze medicatie?
A
Curatief
B
Symptoombestrijding
C
Suppletief
D
Preventief

Slide 26 - Quiz

Waar staat het begrip TIME voor
T= I= M= E=

Slide 27 - Open question

Hoe moet je een rode wond behandelen
A
hydrateren en beschermen
B
debris verwijderen
C
necrose verwijderen
D
niks meer aan doen, die is genezen

Slide 28 - Quiz

De huid biedt géén bescherming tegen de kou. 
Dat klopt 
Dat klopt niet 
De huid is het grootste lichaamsorgaan  
De gezonde huid is een kwetsbaar orgaan 
Voeding heeft geen relatie met een gezonde huid 
Roken en veel alchohol hebben geen effect op de conditie van de huid
Massage van de huid werkt averechts bij decubitus 
Mensen met overgewicht hebben een verhoogd risico op het ontstaan van intertrigo 
Een diëtiste kan betrokken worden bij goede wondzorg 

Slide 29 - Drag question

Wanneer spreek je van een te hoge bloeddruk
A
140
B
110
C
120
D
hoger dan 80

Slide 30 - Quiz