(2hv) H4 paragraaf 3 deel 1

Planning:
  • Introductie
  • Uitleg paragraaf 3: blz. 78/79 de water balans
  • maken opdracht 1 t/m 3 paragraaf 3 blz. 64/65
  • Nabespreken paragraaf 3
Aan het einde van de les kan/weet je:
  • wat de waterbalans is
  • de 3 manieren waarop een gebied aan water kan komen
1 / 16
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Planning:
  • Introductie
  • Uitleg paragraaf 3: blz. 78/79 de water balans
  • maken opdracht 1 t/m 3 paragraaf 3 blz. 64/65
  • Nabespreken paragraaf 3
Aan het einde van de les kan/weet je:
  • wat de waterbalans is
  • de 3 manieren waarop een gebied aan water kan komen

Slide 1 - Slide

hoe ontstaat een oase?

Slide 2 - Open question

aantekeningen

Slide 3 - Slide

De waterbalans
- Waterbalans: hoeveelheid water een gebied binnen komt en er wer uit gaat.

- Op drie manieren komt er water binnen:
1. Door neerslag; nuttige neerslag, infiltratie in de bodem.
2. Aanvoer water uit andere gebieden; bv. De Rijn & Maas.
3. Aanvoer fossiel water; aquifer (watervoerende laag).

Slide 4 - Slide

Neerslag
  • Neerslag is ongelijk verdeeld over de wereld. 
  • voorbeelden zijn de volgende afbeeldingen
  • rode lijn = temperatuur. blauwe staafjes = neerslag

Slide 5 - Slide

Chad
Nederland

Slide 6 - Slide

Botswana
Zweden

Slide 7 - Slide

1. Nuttige neerslag
  • Neerslag - verdamping = nuttige neerslag.
  • De hoeveelheid neerslag kan in verschillende landen het zelfde zijn, maar de nuttige neerslag kan dan alsnog verschillen!

Slide 8 - Slide

infiltratie
  • een deel van het regenwater wordt opgenomen door de grond
  • planten houden ook water vast en zijn een extra water bron voor droge tijden

Slide 9 - Slide

2.Grond en rivierwater
  • rivieren als de Rijn en Maas halen water uit bergachtige gebieden
  • onder/in de grond stroom water langzaam terug naar zee

Slide 10 - Slide

fossiel water/ aquifer
  • Oud water
  • Opgeslagen tussen waterdichte lagen
  • bijv. door zandsteen
  • Dìt heet een Aquifer
  • Door druk verschil komt het omhoog, wanneer waterdichte laag wordt doorgprikt

Slide 11 - Slide

fossiel water / aquifer
  • een aquifer is vaak een waterbron in droge(re) gebieden.
  • wordt heel langzaam of soms niet aangevuld
  • voorbeeld afbeelding: ogallala aquifer in de VS.
  • (te) veel landbouw, vooral zomers weinig regen.
  • aquifer loopt snel leeg

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Wat is een aquifer?
A
Een laag met (fossiel)water in de ondergrond
B
Een manier om landbouwgrond mee te kunnen besproeien
C
Water opslag van hergebruikt water
D
Een manier van duurzaam water beheer.

Slide 14 - Quiz

Welke grondsoort(en) kan een aquifer zijn?
A
Klei
B
Grind
C
Leem
D
Zand

Slide 15 - Quiz

zelfstandig werken
lezen paragraaf 3 de waterbalans
opdracht 1 t/m 3 paragraaf 3 H2
gebruik hierbij:
tekstboek blz. 78/79
werkboek blz. 64/65
stoplicht: Rood = stil lezen en werken. Oranje = fluisteren als je wilt overleggen. Groen = normaal praat niveau met werken

Slide 16 - Slide